Hendrik Marsman, Stephan Reich

De Nederlandse dichter en schrijver Hendrik Marsman werd geboren op 30 september 1899 in Zeist. Zie ook alle tags voor Hendrik Marsman op dit blog.

Uit: Tempel en kruis

De dierenriem (Fragment)

Naar deze reede zenden zon en maan
hun zwevend schip met droomen; zie, de jacht
der bliksemende vleugels in hun val
sneeuwen voorbij zijn raam; hij peinst en schrijft,
en langzaam vult zich het geduldig blad
met teekens die zijn hand bevreemd herkent
als letterbeelden uit een dood visioen;
en als ’t papier doorschijnend wordt en zwart
van woorden uit een blinden onderlaag
van de moerassen der vergetelheid,
bezweert zijn schrift als een mystiek getal
het sterrenbeeld dat in zijn droomen hing
en dat nu, volgezogen van ’t geheim
der noodlotsgronden, neergeslagen ligt
in ’t blanke veld, dat langzaam blauw en goud
zich kleurt als ’t byzantijnsch missaal
dat hij als jongen las: wéer klinkt de taal
der catacomben, ruischend als een bron.

Het oud gesternte gloeit, en in den nacht
leest hij het spijkerschrift van het heelal,
dat in de sterren stond van Babylon
en klinken zal wanneer de kinderstem
het dies irae zingt bij de Bazuin:
en diep in ’t microscopisch onderzoek
van ’t peilloos hart, hoort hij de nachtegaal
de vlammen uitslaan van het pinkstervuur
en in een vergezicht ziet hij den tuin
die aan het einde blinkt van het Verhaal:
want eenmaal zal het luiden van de schel
den klank verkrijgen van een nieuw metaal.

het wordt nu langzaam duister in de stad,
en opziend van het dichtbeschreven vel
draalt hij een oogwenk bij het avondraam,
vóor hij het grijs struweel der schemering
scheidt van het witte donker van zijn cel.

 

Hendrik Marsman (30 september 1899 – 21 juni 1940)

 

Onafhankelijk van geboortedata

De Duitse dichter en schrijver Stephan Reich werd geboren in 1984 in Kassel. Zie ook alle tags voor Stephan Reich op dit blog.

 

43° 42′ 15″ N, 7° 18′ 42″ E

Je opent de diepte
als een ritssluiting,
een zachte, waterige naad

je draagt de stroming als huid & je hoofd
in de wolken
van een omgekeerde hemel

als je duikt, ben je het eo
in neopreen: daar, tot dit punt
van een absoluut recht labyrint.

maar er is geen aardkern, alleen
de weg daarheen & jij
vervoegt de tinten blauw
maakt deze ene beweging: hoe het aanvoelt
iets helemaal loslaten

& in de verte gaan vissen branden
als lampions pulseren kwallen & jij
wil krill zijn, een substantie, lichter
dan vloeibaar zout.

trek aan het koord.
doof het licht.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Stephan Reich (Kassel, 1984)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 30e september ook mijn blog van 30 september 2020 en eveneens mijn blog van 30 september 2018 deel 1 en ook deel 2.

Pé Hawinkels, Stephan Reich

De Nederlandse dichter, schrijver, songwriter en vertaler Pé Hawinkels werd geboren op 29 september 1942 in Heerlen. Zie ook alle tags voor Pé Hawinkels op dit blog.

 

Het uiterlijk van de Rolling Stones (Fragment)
Een lyrisch-episch leerdicht

Nu moet hij altijd wandelen. Nu wordt van hem
Verwacht dat hij het laagland dwars & delicaat
Doorkruist. Vol onbegrip voor zijn martyrium
Wuift het riet, onnut & dor als winterboeketten,
Naar hem als naar een anachronisme;
Vlijmsnel schiet het daglicht als een passerende snoek
Naar het Westen, waar de nerveuze keizer hof houdt,
Marionet & voetveeg van hem, in de abyssus
Van wiens muil plaats zat is voor de zwarte keizer,
Zijn onderhorigen en zijn antipoden, van wie
Men op een plaats als deze steeds de verpauper-
De prins der Pyrenaeën noemt. Aan het hof,
Het enige dat beter eeuwen interesseren kan, neemt de invloed
Van de elfendertig intriganten toe. Neemt toe,
En wie, in ’t hart gegrepen door een humide
Aantrekkingskracht in de manège strelen wil
Wat de nooit bereden paarden in hun neusgaten hebben,
Een edel beven, komt op de koffie:
Die randen snijden, wat het riet niet langer deed,
Zijn ruw & scherp als likzout onder vele rundertongen,
Waarop de myriaden van papillen ieder ogenblik
Tot kraaloogjes kunnen uitbotten.
Mijn pooiertje wordt ziek bij de gedachte, maar,
Onder de bedreven vingers van de enige coiffeur,
Die niet hoeft te ademen of eten maar
Z. bitterder betalen laat dan onverschillig wie
In zijn dienst betaald kan worden,
Verandert dat, en is het ziek met hem,
Is niet hìj meer ziek, maar hij deeltje van
Een ziekte die hèm onberoerd laat, maar
Met listen en met lagen huig doet zwellen,
Okselklieren opzet, de liezen corrumpeert
Van het avonduur, dat, met een mauve spoeling in
Het haar – de avond heeft de haren telkens anders –
De vervolmaking wacht.
Een zwaluw is het dan, die voor
De finishing touch zorgt, met opengesperde kaakjes
De atmosfeer schoonveegt en verdwijnt,
Verdwijnen, weet U wel, maar niet zonder sporen na
Te laten die te velen van de slaap beroven.
Wie heeft er in dit teken ooit ’t geduld,
De deemoed opgebracht om alle soorten bloesem met
Zijn eigen oogwit te vergelijken, om de iris
Te bedekken, en z. zo een indruk te verwerven
Van het toekomstig dodenmasker? Zijn keuze zal
Tenslotte vallen op een snipper van een keukenrol.
Want wij sterven als gloeilampen, die, men weet het,
Onmogelijk onverslijtbaar geproduceerd kunnen worden:
Men moet ook om de toekomst denken. En,
Voor wie dit te kras geformuleerd vindt,
De schildersleerling heeft zoiets nooit gezegd.
Hij zwijgt, staat stralend naar de aanstromende massa’s
Gekeerd in de ingang van Barnum & Bailey
Tot de oneindige, oneindigste macht.

 

Pé Hawinkels (29 september 1942 – 16 augustus 1977)

 

Onafhankelijk van geboortedata

De Duitse dichter en schrijver Stephan Reich werd geboren in 1984 in Kassel. Zie ook alle tags voor Stephan Reich op dit blog.

 

urban legend

’s nachts, zeggen ze, krabbelen spinnen, arachne,
over je tongstyx, god

zit in jou & in het vuil van je lakens, aan een zijden draadje eet
je gemiddeld 8 in de loop van het jaar als

scheermesjes in appels, van mond
tot mond, arachne, laat geschiedenis zich doorgeven

als een ziekte, een legende, voor elk van de poten,
de korte, een mogelijk einde, een fantasie

van constante transformatie de verdubbelde puls in de
maag het tintelen dat niet kan worden verpopt, arachne:

naai je mond dicht.
span er een net voor.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Stephan Reich (Kassel, 1984)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 29e september ook mijn blog van 29 september 2020 en eveneens mijn blog van 29 september 2018 deel 1 en ook deel 2.

Hendrik Marsman, Stephan Reich

De Nederlandse dichter en schrijver Hendrik Marsman werd geboren op 30 september 1899 in Zeist. Zie ook alle tags voor Hendrik Marsman op dit blog.

Uit: Tempel en kruis

De dierenriem (Fragment)

I
De man van wien ik dit verhaal vertel
keerde voor kort naar zijn geboorteland;
’t wordt nu een jaar, dat hij zijn intrek nam
boven het vredig makelaarskantoor
dat op den hoek tusschen twee grachten ligt
aan ’t plein dat als een zeester in het zand
zijn schachten uitzendt in de mijn der stad.
rechts ziet zijn raam het krimpende gelid
der smalle bruggen de verbinding slaan
naar feodale deuren – een huizenrij
die met zijn kelders in het water staat -,
links raakt het scherend zoeklicht van zijn blik
den top der boomen die geworteld staan
in de verzakte werven van de gracht;
en als een leege krater ligt het plein
in het zieltogend duister uitgespreid
van ’t helsche neonlicht der doode stad.

De kamer waar hij werkt is als een cel.
geen schilderij, geen bloemen, geen portret.
niets dat verteedring of herinnering wekt
aan dood of liefde; de wanden naakt en licht,
de ruimte leeg, en in de ramen stijgt
het jong en blauw profiel der dageraad
waarin de sporen van den nacht vergaan.
een ijl vertrek, een absoluut wit nu,
door niets gevlekt dan door ’t verweerd papier,
het palimpsest van het gemeene leven,
dat hij ontraadslen moet en lezen als gedicht;
een stilte, vol van de insectenplaag
van zijn gedachten –

op het bureau een lamp,
het eenig wezen dat hem gadeslaat
en dat hem bijlicht als de zee rondom
zoo hol en donker naar den hemel gaat
dat hij den oever niet bereiken kan;
de lamp – drie stangen draaiend om hun as
en iedre as doorwentelt een heelal –
de lamp, die knielen kan als een kameel
en rijst als een giraffe.

 

Hendrik Marsman (30 september 1899 – 21 juni 1940)

 

Onafhankelijk van geboortedata

De Duitse dichter en schrijver Stephan Reich werd geboren in 1984 in Kassel.Zie ook alle tags voor Stephan Reich op dit blog.

 

aokigahara

hangen lichamen
tussen de bomen
als daglicht

nauwelijks zichtbaar
aan de stammen, takken, objects
which some may find
disturbing

slaan de klokken altijd
vijfvoortwaalf, vlees op hout, your life
is a precious gift
from your parents

& in de windgong verrotten
de tonen van de mobieltjes, de boeketten bloemen, please
reconsider

noodremmen, touwen naar de paden, tot lussen gebonden
dromenvanger, mobilés, de echo
van spechten, danspassen
op een podium uit lucht please,
we still need

to see each others faces

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Stephan Reich (Kassel, 1984)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 30e september ook mijn blog van 30 september 2020 en eveneens mijn blog van 30 september 2018 deel 1 en ook deel 2.

Pé Hawinkels, Stephan Reich

De Nederlandse dichter, schrijver, songwriter en vertaler Pé Hawinkels werd geboren op 29 september 1942 in Heerlen. Zie ook alle tags voor Pé Hawinkels op dit blog.

 

Het uiterlijk van de Rolling Stones (Fragment)
Een lyrisch-episch leerdicht

Totale bouwwerken, flets als vetvrij boterhampapier,
Woongelegenheden zonder inkijk. Alsof dat anders kon!
Alsof er een andere houding bestond tegenover
De grote zandstraler, de lamstraal, die met stroperige passie
Voorgeeft jeugdigere kleuren op te willen sporen
Dan er aan de oppervlakte zijn gekomen,
Alsof bijvoorbeeld onze angelieke schildersleerling
Greep had op een stuk gereedschap, waartoe
Hij in de verhouding staat die een gemorste
Knoop carboleum met een pasgeteerde scheepswand
Onderhoudt. Ach nee. Hij drinkt –
De straat is leeg & schoon, ’t is hartje zomer –
Met zijn gore gezicht agressief & zenuwachtig
Een bekertje koffie uit de automaat.
Over de geuren is dus, hier & nu,
Maar, naar men colporteert, in oertijden niet minder, die
Onweerstaanbare aantrekkingskracht op anthroposofen
En progressieve moralisten paren aan
Absolute oncontroleerbaarheid voor de junkies

Van de vrijheid, de teerling dik & dwars geworpen;
En, een blikkerend détail: als wijzerplaat
Draagt zijn gouden polshorloge een foto van James Dean.
Zo raakt de schudkoffie, meer dan aan
Het idiomatisch afwaswater herinnerend aan
Het geurig vocht waarin vermoeide grootindustriëlen
Hun edele delen wassen als handen, opgedronken, uit.
De jongen moet waarschijnlijk solliciteren, vráágt,
Zoals hij daar, bleek & attractief, staat, om een baantje
In het bedrijf van de purperen patroon,
De sacrale vader, en moet wellicht op weg, opdat
Men om hem schreien kan, weerloos als een ivoren,
Pas met levensvatbaarheid ingespoten aapje, –
Op juten gympies, zijn luwe lippen in de gerekte boog
Die bepaalde eutopische culturen konden gebruiken
Om kracht en wreedheid van de woerd mee aan te geven.
En wreed zal het eraan toe gaan: met bij leven-
De wezens ontstellende regelmaat duiken –
Vliegtuigjes van een luchtcarrousel –
De kadereskadrons van het moment zeepkleurig
Naar zijn wangen, krijgen beet, en trekken er de huid in
Repen als behang vanaf. Uit het zachte vlees
Van de ontvelde tomaat verrijzen, springen klare,
Transparante druppels op, wipt met de tranen,
De zweetdruppels, voor de op goochelen verzotte
Westerling een leger lymfkleurige sneeuwhazen te voorschijn,
Verdwijnt, en verdwijnen.

 

Pé Hawinkels (29 september 1942 – 16 augustus 1977)

 

Onafhankelijk van geboortedata

De Duitse dichter en schrijver Stephan Reich werd geboren in 1984 in Kassel.Zie ook alle tags voor Stephan Reich op dit blog.

 

aokigahara

hangen lichamen
tussen de bomen
als daglicht

nauwelijks zichtbaar
aan de stammen, takken, objects
which some may find
disturbing

slaan de klokken altijd
vijfvoortwaalf, vlees op hout, your life
is a precious gift
from your parents

& in de windgong verrotten
de tonen van de mobieltjes, de boeketten bloemen, please
reconsider

noodremmen, touwen naar de paden, tot lussen gebonden
dromenvanger, mobilés, de echo
van spechten, danspassen
op een podium uit lucht please,
we still need

to see each others faces

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Stephan Reich (Kassel, 1984)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 29e september ook mijn blog van 29 september 2020 en eveneens mijn blog van 29 september 2018 deel 1 en ook deel 2.

Dimitri Verhulst, Stephan Reich

De Vlaamse dichter en schrijver Dimitri Verhulst werd op 2 oktober 1972 geboren in Aalst. Zie ook alle tags voor Dimitri Verhulst op dit blog.

Uit: De pruimenpluk

“Oefening die ik somtijds maak: mijn ogen sluiten en slenteren door het ouderlijk huis dat waarschijnlijk niet meer bestaat, of anders onherkenbaar is verbouwd zoals ik mezelf soms vanbinnen helemaal zou willen verbouwen. De kleur van het (afwasbare) behang oproepen, de motiefjes ervan, waarvan men zich afvraagt hoe ze in godesnaam ooit modieus kunnen zijn geweest. De geur van vocht in elke kamer. De geur in de woonkamer, sterk bepaald door het krantenpapier op de bodem van de vogelkooi waarin de sappen van talloze kanariekakjes waren gedrongen, vermengd met zaadjes. Onze kanarie (ik zou mijn moeder kunnen citeren, ik zou bijna al mijn vergane liefdes kunnen citeren) at zaden zoals ik chips, zodat er meer op de grond lag dan er in het eetgat was gegaan.
Weet ik nog elke lichtschakelaar staan? Ja!
In alle huizen die ik heb bewoond, in ieder appartement van elke vrouw bij wie ik introk, ook deze die het zo lang met me uithielden dat ik nog lang niet al mijn dozen had uitgepakt toen ik alweer op zoek mocht naar een ander onderdak, weet ik nog de lichtschakelaars staan, allemaal. Elke nacht nog zou ik er dronken kunnen thuiskomen en het bed zien te halen zonder dat ook maar één vaas aan diggelen gaat. Mijn ruimtelijk geheugen is feilloos: ik stoot aan niets een teen, na mijn doortocht door de gangen hangen alle schilderijen steeds nog waterpas. Het geheugen van een blindschaker.
Maar misschien ook niet. Niet het verstand namelijk – het lichaam zélf herinnert zich. Uit het hoofd zou ik nooit kunnen zeggen hoeveel trappen de woning telde waar ik m’n veertigste verjaardag vierde, maar mijn benen weten het. Zeer precies. En zij zouden mij opnieuw en veilig naar boven loodsen in het donker. Mijn voeten voelen een half centennium na datum de kou na van de vloer in het huis van mijn grootmoeder, op weg naar het veel te verre toilet in de nacht. En mijn beenspieren herinneren zich haarscherp hoeveel kracht ze moesten zetten om mij als kleine koter zo hoog te laten springen opdat ik, eindelijk, eindelijk, de deurbel kon raken.
Ik geloof dat zulks geluk was: het moment waarop ik voor het eerst de deurbel haalde. Een gedachte, geformuleerd wanneer ik eraan begonnen ben vooral nog dingen voor het laatst te doen.
Talrijk al waren de huizen die ik kon bezoeken in mijn herinnering, de zomer waarin ik de Dictionnaire français las, van a tot z, van a tot zythum. Alles bij elkaar een hele straat vol. Ouderlijke huizen, internaten, de huizen en vakantiehuizen van tantes die op me pasten, de zolderkamers aan het begin van mijn volwassendom, koterijen, appartementen waar je de stoelgang van de bovenburen naar beneden hoorde kletteren en de kreten van de afgeroste onderbuurvrouw uitgeschreeuwd, waar je als het ware haar kaakbeen hoorde kraken tegen de gebalde vuist, en gaandeweg de betere burgerhuizen die ik mij onverhoopt veroorloven kon, met tuintjes waar je meer werk dan genot aan had.”

 

Dimitri Verhulst (Aalst, 2 oktober 1972)

 

Onafhankelijk van geboortedata

De Duitse dichter en schrijver Stephan Reich werd geboren in 1984 in Kassel.Zie ook alle tags voor Stephan Reich op dit blog.

 

in de hoeken van de slaap
verzet zich de geometrie

bijna als dropen de muren
op de grond groeien de ledematen
vanuit het gebouw, vanuit de droom
hoort men

het zwijgen, zware ademhaling
in onrustige slagen tegen de klok
(maar heel weinigen slapen zich zelf)

& op het dak is iets groenachtigs
trillen de dakspanten
ontgroeien reeds hun vorm

wordt de ruit te strak
om de nek
& te werkelijk, waarachtig

een huis, een huid
van vier graden, tien hoeken, een tweede gezicht

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Stephan Reich (Kassel, 1984)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 2e oktober ook mijn blog van 2 oktober 2018.

Khalid Boudou, Stephan Reich

De Nederlands – Marokkaanse schrijver Khalid Boudou werd geboren in Tamsamane, Marokko op 1 oktober 1974. Zie ook alle tags voor Khalid Boudou op dit blog.

Uit: Iedereen krijgt klappen

“Iedereen krijgt een keer klappen. Vroeg of laat. Of je nu goed doet of fout. Dat is wat mijn trainer Mickey vaak tegen me zei. En het is nog waar ook, weet ik nu. Met een beetje geluk heb je mensen om je heen die op je letten, die wat klappen voor je kunnen opvangen. Zo niet, dan moet je goed kunnen incasseren of hard terug kunnen slaan. Ik heb zelf al heel vroeg klappen moeten opvangen.
Niet dat ik meteen stoer wil doen, zeker niet. Maar ik heb ook veel klappen uitgedeeld. Zeker in de tijd dat ik nog twee harde vuisten had. Maar soms is terugslaan niet genoeg. Zoals trainer Mickey ook zei: ‘Je kunt wel een paraplu dragen als het regent, maar als het ook nog hard gaat waaien, heb je daar niet genoeg aan. Wees dus op alles voorbereid. Op alles!’
Ik ben nu op een boerderij in Frankrijk. Ik ga niet zeggen waar precies. Ik kijk wel uit. Wat ik wel kan zeggen, is dat ik in een gammele caravan woon. Als je die holle zwabberbak op wielen ziet, lig je echt dubbel van het lachen. Het is zo’n Bassie-en-Adriaanding. Hij is geel en bruin geverfd. Het dak lekt. Het raam lekt. De kraan lekt. De wc lekt. Alles lekt. De bekleding van de bank is net een kattennest, helemaal stuk gevreten. En er staat een aardappelkist die als tafel dient. Daar leg ik soms mijn stink-
voeten op en er staat vaak een kaars op te branden. Maar ik zit hier goed. Beter dan waar ook. Ik drink vers appel- en perensap. Boer Jerôme schept altijd op over zijn sapjes. Die maakt hij zelf en hij verkoopt ze daarna op de markt.
‘Le jus de pommes de Jerôme est un délicieux jus frais!’ of zoiets, zegt hij altijd als hij mij een flesje vers sap overhandigt.
Soms klim ik in een appelboom. Daar ga ik een beetje zitten nadenken. Net als de man in het enige boek dat ik tot nu toe heb uitgelezen. In het meertje achter de boerderij trek ik soms wat baantjes op mijn buik en rug. Als mijn arm pijn begint te doen, denk ik aan Mickey. Dan hoor ik zijn hese, opzwepende stem: ‘Kom op, lui welvaartskind! Hoppa! Nog een baantje, Mr T.! Door! Door!’
Ik mis Mickey. Ik mis hem erg. Nooit heb ik meer van iemand gehouden dan van mijn trainer Mickey. De meeste mensen haat ik nu. Ik wil voorlopig geen contact, met niemand. Mijn telefoon en laptop worden bewaard door mevrouw Luzac, de vrouw van boer Jerôme.”

 

Khalid Boudou (Tamsamane, 1 oktober 1974)

 

Onafhankelijk van geboortedata

De Duitse dichter en schrijver Stephan Reich werd geboren in 1984 in Kassel.Zie ook alle tags voor Stephan Reich op dit blog.

 

We lagen ineengeklemd
met de uren pelden
de slaap

& de nacht groeide om ons heen als vlas, we herinnerden ons
alleen stroboscopisch, telden schapen, tussenruimtes

uit zwartheid, sisklanken, een metronoom,
die de geluiden van het huis vastbond, we droomden
van elektrische as, mechanisch water.

maar met de ochtend
schoven de muren op & wij
druppelden ons beetje bij beetje
licht in de ogen

vulden ze
als zandlopers
met uitzicht, draaide ons om

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Stephan Reich (Kassel, 1984)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 1e oktober ook mijn blog van 1 oktober 2018 en ook mijn blog van 1 oktober 2017 deel 1 en eveneens deel 2.

Dolce far niente, Paul Laurence Dunbar, Khalid Boudou, P. N. van Eyck, Michael Bijnens, Titus Meyer, Stephan Reich

Dolce far niente

 


October Morning Deerfield door Willard Leroy Metcalf, 1917

 

October

October is the treasurer of the year,
And all the months pay bounty to her store;
The fields and orchards still their tribute bear,
And fill her brimming coffers more and more.
But she, with youthful lavishness,
Spends all her wealth in gaudy dress,
And decks herself in garments bold
Of scarlet, purple, red, and gold.

She heedeth not how swift the hours fly,
But smiles and sings her happy life along;
She only sees above a shining sky;
She only hears the breezes’ voice in song.
Her garments trail the woodlands through,
And gather pearls of early dew
That sparkle, till the roguish Sun
Creeps up and steals them every one.

But what cares she that jewels should be lost,
When all of Nature’s bounteous wealth is hers?
Though princely fortunes may have been their cost,
Not one regret her calm demeanor stirs.
Whole-hearted, happy, careless, free,
She lives her life out joyously,
Nor cares when Frost stalks o’er her way
And turns her auburn locks to gray.

 


Paul Laurence Dunbar (27 juni 1872 – 9 februari 1906)
Dayton, Ohio, de geboorteplaats van Paul Laurence Dunbar

 

De Nederlands – Marokkaanse schrijver Khalid Boudou werd geboren in Tamsamane, Marokko op 1 oktober 1974. Zie ook alle tags voor Khalid Boudou op dit blog.

Uit: De kleine heerser

“Terug naar Malinka. Malinka had veel problemen. Malinka voedde ik zoals ik al mijn onderdanen had gevoed en ik lokte haar naar mijn huis. Ik zei dingen tegen haar die bij haar vielen zoals een glanssham-pooreclame valt bij iemand met droog en futloos haar.
‘Mijn god, je bent toch geen loverboy?’ vroeg ze met een hand op haar mond.
‘Wat denk je zelf,’ zei ik.
Al snel kreeg ik wat ik verdiende: een koninklijke rondleiding in de krochten van haar ziel.
‘Ik… ik loop bij een gebedsgenezer,’ zei ze en braakte al haar zielenroerselen uit. ‘Morgen ga ik weer. Misschien heb je zin om mee te gaan, Iljas?’
‘Waarom ook niet,’ zei ik. En ik liep mee. Een beetje uit medelijden, maar meer om het stukslaan van de tijd. Ook al had ik toen inmiddels zo’n zeven bewoners, ik had een teveel aan tijd, veel te veel tijd, wat natuurlijk betekende dat ik te weinig onderdanen had, en zeg nou eerlijk, is het niet zo dat slachtoffers je leiden naar andere slachtoffers.
Ik liep dus mee met Malinka, en belandde uiteindelijk in een bedompt kamertje in Utrecht Zuilen. De muren waren er bedekt met bloemetjesbehang vol zwarte vlekken, en er hing een penetrante lucht, die iets weg had van een mix van oude bloemkool en wierook.
Nu heb ik in het algemeen sowieso weinig appreciatie voor gebedsgenezers, maar erger was dat Malinka zich op een zodanige manier overgaf aan deze charlatan, gekleed in een afgrijselijk blauw zijden overhemd dat hem veel te groot was, dat ik een zware concurrentie voelde. Vergeef me, maar mij werd het kwaadaardige idee ingegeven deze genezer, die luisterde naar de naam Mawschinski, te wurgen. Maar, zo bedacht ik na een rondje wandelen in de avondkoelte met een sigaretje, terwijl de twee binnen verder hun consult tot een goed einde probeerden te brengen, het was beter hem te winnen voor mijn huis. De genezer was pafferig, kaal en beschikte over dikke doorgeaderde wallen, die als rotte pruimen onder zijn ogen hingen. Allemaal tekenen kortom, die duidden op een kwakkelende geest. Geen geduchte tegenstander dus. En ook hij was toe aan warmte en liefde.
Ik zag hoe machteloos Malinka voor zijn voeten neerviel en met haar handen wapperde als een nicht die een modeshow bespreekt. Vervolgens begon ze te schreeuwen: ‘Laat mich loos! Laat mich frei!!’ als een Duits sprekend kind in de handen van een Belgische pedofiel.
Mawschinski stopte peperkorrels in haar hand en riep: ‘Snel! Snel! Nu moeten we bidden. Nu moeten we echt bidden!!!’


Khalid Boudou (Tamsamane, 1 oktober 1974)

 

De Nederlandse dichter criticus, essayist en letterkundige Pieter Nicolaas van Eyck werd geboren op 1 oktober 1887 in Breukelen. Zie ook mijn blog van 1 oktober 2010 en eveneens alle tags voor P. N. van Eyck op dit blog.

Herfstmiddag

I
Mijn ziel is als een zwijgend woord,
Dat zwaar gaat van bedroefd geheim,
Zij heeft vandaag Uw ziel gehoord
En vond in U haar eeuwig rijm.

Niet dat ge U zelf hebt uitgezegd,
Wij zaten saam, maar spraken niet:
De middag had zich stil gelegd
Rondom ons mijmerend verdriet.

Wij zaten aan ’t verneveld strand
In ’t langzaam ebbend zeegeluid,
Gij zondt maar somtijds naar mijn kant
De boden Uwer oogen uit.

O kind, zij zeiden al genoeg
Van wat Uw peinzen heeft doorwoeld:
Reeds zonder dat mijn mond U vroeg,
Had ik uit hen Uw leed gevoeld.

Maar toen gij, roerloos zittend, zaagt
Naar ’t grijzen van den horizon,
En toen gij zwijgend nederlaagt
Waar U mijn blik niet roeren kon,

Heb ik geluisterd naar den zang
Van stervensdroef geluk-gemis,
Dat aan Uw ziel, voor woorden bang,
Tot God in stilte ontrezen is.

Gij zongt…, de dag bleef aarzel-stil
Nog mèt mij luistren, vóór hij ging,
Toen werd de late herfstlucht kil,
Toen doofde Uw woordeloos gezing.

En langs den bruinen waterzoom
Gingt gij met mij dan onvereend, –
Maar in mij heeft Uw stille droom
Met àl zijn droefheid nageweend.

Ik zal hem, kind, diep in mijn hart
Bewaren als mijn duurste schat, –
Wat bleef mij van mijn eigen smart
Wanneer ik zijn verdriet vergat?

Mijn ziel is als een zwijgend woord,
Dat zwaar gaat van bedroefd geheim, –
Zij heeft vandaag misschien gehoord
Naar ’t roepen van haar eeuwig rijm.

 

Een donker huis

Een donker huis
In donkre tuin:
Gemurmel van water en ijl geruisch
Van kruin tot kruin.

Boven de deur
Eén venster licht:
Stilte van sterren en bloesemgeur, –
De deur blijft dicht.

Of niemand kwam?
O lange wacht
Bij de roerlooze droom van die bleeke vlam!
Rondom de nacht…

Vreemd huis dat geen
Zijn deur ontsluit:
Voor de zwerver, weg in de nacht, alléén
Die helle ruit.

 
P. N. van Eyck (1 oktober 1887 – 10 april 1954)
In 1914

 

Onafhankelijk van geboortedata

De Vlaamse schrijver Michael Bijnens werd geboren in 1990 in Genk. Zie ook alle tags voor Michael Bijnens op dit blog.

Uit: Cinderella

‘Ik moet nu godverdomme, nu onmiddellijk vuur hebben!’
En als om haar zenuwen te ontwijken liep ik het tuinhuis in om naar een oude aansteker te zoeken. Natuurlijk had ik op voorhand kunnen weten dat in dat tuinhuis geen aanstekers lagen, maar laten we het erop houden dat ik nooit echt thuis was in de praktische wereld. Zeker in panieksituaties als deze. Al was in het bijzijn van mijn moeder zo goed als alles reden tot stress en paniek. Of het nu ging om een aansteker, het eten van diezelfde avond of een paar honderd euro, het minste gebrek, de geringste behoefte die niet direct ingewilligd kon worden, bestendigde de crisis waarin zij leefde. Haar hele bestaan was een noodsituatie. Elke slok lucht die zij terug uit haar lijf wist te persen was een alarmsignaal.
Gelukkig had ik de stress ondertussen leren verdragen.
Zij had de adrenaline nodig om op haar poten te blijven staan. Was zij niet overspannen, dan viel zij flauw of bloedde zij leeg gelijk een inwendig orgaan na een schotwond.
Na enige tijd had ik zelf opnieuw een sigaret nodig. Ik kroop uit het tuinhuis en liep terug naar het kapblok. Zij stond blijkbaar gewoon weer te roken en terwijl ik haar aankeek, bedacht ik hoe dat roken in de grond een soort rituele kracht leek te bezitten. Het deed haar een paar seconden ontsnappen aan de gang der zaken, het onophoudelijke geraas van de loop der dingen die mislopen, het maakte haar voor even los van de lucht die haar omgaf en omsloot.
‘Gevonden?’ vroeg ik.
‘Er zat nog een allumeur in dat pak. Gij hebt dat gewoon niet gezien.’
Ik stak zelf ook een sigaret op.
‘Ik ben blij,’ zei ze. Met de uitgeblazen rook ging het ventiel van haar gemoed eindelijk weer open en volgde verzuchting. Ik haalde adem en voelde mijn spieren langzaam ontspannen en zweeg. Ook door mijn aderen begon voorzichtig verheugenis te stromen. Het was een belangrijke dag. Zo’n dag waarop een deel van uw leven in gang schiet waarvan gij later durft te beweren dat het een nieuw begin was geweest.”

 
Michael Bijnens (Genk, 1990) 

 

De Duitse dichter Titus Meyer werd geboren in 1986 in Berlijn. Zie ook alle tags voor Titus Meyer op dit blog.

Ernste Sterne

Tagsüber: geraubtes
Hiersein. Hinreise
lediger Glieder.

Abgeriegelte Lagergebiete.
Fernste Fenster.

Nachtsüber berauschten
ernste Sterne,
Ebenbild bleibend,
deine Ideen.

 

Hüte dich vor dem Lieht, das den Raum hohler macht

Ach du, daheim schlummert hold die verrohte Nacht.
Schimmert ihr Dach, haucht der Sollmond heute: Ade.
Da träum ich mehr vom Tod, ich Hiund, rede hell, sacht.
Und mild. Ach! Oh, alles dreht, atmet mich (vonher dich?)

Hautnah dreh` Daliche ich, doch leide verarmt, stumm.
Der Viiithdämon lauert dicht, lacht sehr hoch, dumm.
Oh ich schaudere. Da droht hell vermummt die Nacht:
Hallo, hüte dich vor dem Thaum, der dich sehen macht!


Titus Meyer (Berlijn, 1986)
Cover

 

De Duitse dichter en schrijver Stephan Reich werd geboren in 1984 in Kassel.Zie ook alle tags voor Stephan Reich op dit blog.

aokigahara

hängen körper
zwischen den bäumen
wie tageslicht

kaum zu sehen
an den stämmen, ästen, objects
which some may find
disturbing

schlagen die glocken immer
fünfvorzwölf, fleisch auf holz, your life
is a precious gift
from your parents

& im windspiel verwesen
die töne der handys, die blumenbouquets, please
reconsider

reißleinen, taue zu den wegen, zu schlaufen gebundene
traumfänger, mobilés, der widerhall
der spechte, tanzschritte
auf einer bühne aus luft, please,
we still need

to see each others faces


Stephan Reich (Kassel, 1984)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 1e oktober ook mijn blog van 1 oktober 2017 deel 1 en eveneens deel 2.

Michael Schindhelm, Louis Untermeyer, Inge Merkel, Sergej Aksakov, Michael Bijnens, Titus Meyer, Stephan Reich

De Duitse schrijver, vertaler en dramaturg Michael Schindhelm werd geboren op 1 oktober 1960 in Eisenach. Zie ook alle tags voor Michael Schindhelm op dit blog en ook mijn blog van 1 oktober 2009 en ook mijn blog van 1 oktober 2010.

Uit: Letzter Vorhang

„Die Bahn Richtung Friedrichstraße war losgefahren und so rüttelte nun das für unsere Hauptstadt ungewöhnlich gepflegte Regierungsviertel vorbei.
In gut zweieinhalb Stunden würde die vierhundertdreiundsechzigste Vorstellung von Einer flog über das Kuckucksnest beginnen, einer Produktion, die im Herbst 1989 entstanden war und wie keine andere die revolutionäre Tugend jener Zeit beschworen hatte. Das war übrigens nicht meine Privatmeinung, sondern stand am Vortag – als Tipp zum Wochenende – fast buchstäblich so in der Zeitung.
Das Theater, unser Liebknecht-Theater, war damals das Glashaus gewesen. Ich einer von denen, die drin gesessen hatten. Und jetzt spielten wir dieses Stück im achtundzwanzigsten Jahr. Die Vorstellung war auch diesmal ausverkauft. Und darauf würde der letzte Vorhang folgen.
Vor nicht einmal drei Jahren hatte ich dafür gesorgt, dass sie die Abendspielleitung von Kuckucksnest übernahm. Doch im letzten Herbst hatte ich zugelassen, dass sie diese
Produktion gegen Malapartes Die Haut tauscht hatte, weil dort jemand krank geworden war. Gegen meinen Willen hatte ich das zugelassen. Sie war die weitaus bessere Assistentin gewesen als Leitterfeldt, der seitdem Kuckucksnest betreute. Hätte ich im letzten Herbst meinen Willen durchgesetzt, würde ich sie unweigerlich heute Abend im Theatersehen.
Meine revolutionäre Tugend war mitnichten unerschöpflich. Im besten und im schlimmsten Fall sollte ich noch heute herausfinden, was sie mit ihrem orakelhaften Warte nicht auf mich gemeint hatte. Im besten Fall würde sie spätestens heute Nacht in der Solinger auftauchen und sich still neben mich legen. Wir würden über Oia reden. Über die Intimität im Glashaus. Eine konkrete Zukunft. Sie würde sich an meinen ausgezehrten, liebebedürftigen Körper klammern. Irgendwann würde das Knistern zurückkehren.“

 

 
Michael Schindhelm (Eisenach, 1 oktober 1960)

Lees verder “Michael Schindhelm, Louis Untermeyer, Inge Merkel, Sergej Aksakov, Michael Bijnens, Titus Meyer, Stephan Reich”