Bij de Tour de France
Uit: Dieselmotoren die hijgen in je nek
“De camera trilt nogal, met elastiekjes vastgebonden op het stuur, bij zo’n 50 kilometer per uur. Het zijn maar een paar van de, ongeveer, 105 bochten van de Costas del Garraf, op mijn bijna dagelijkse tocht (nou ja, twee, drie keer per week) van huis naar het werk. Afdalingen zijn momenten van een beetje bijkomen van het klimmetje ervoor, maar ook van opperste concentratie op een weg die, dat wel, een stuk veiliger is geworden. Vangrails over de volle 15 kilometer (meestal van beton, in plaats van wat houten hekjes vroeger) en één lange doortrokken streep; inhalen is, in tegenstelling tot vroeger, de hele route lang verboden, ook op de korte rechte stukjes waar je vroeger een soort Russische roulette met de mogelijke plots opdoemende tegenliggers speelde. Trouwens, vanaf de fiets zie je pas goed hoe diep het aan de andere kant van de vangrail is…
De andere grote plaag is gebleven, de steengroeve’s die niet alleen een diep litteken in het landschap achterlaten, maar ook deze smalle weg laten vollopen met vrachtwagens vol stenen, cementmolens en vooral veel ongeduld. Voordeel is wel dat je op de fiets in de afdalingen iets sneller dan die mastodonten gaat, maar de grote dieselmotoren in je nek horen hijgen blijft een onplezierige ervaring.”
Edwin Winkels (Utrecht, 1962)