De Nederlandse dichter Onno Kosters werd geboren op 24 oktober 1962 in Baarn. Zie ook alle tags voor Onno Kosters op dit blog.
Gedicht tot de zee
Zee als bodemloze bodem, aanvankelijke
ondergang die schatten opbrengt; inzicht
dat wie opdiept eerst moest zinken,
dat wie zonk niet wist dat hij niet zocht naar
wat hij vond, maar vond wat er, Marco-gelijk,
gevonden worden moest: Dasajevs hand voorbij.
Zee als uitzicht voor wie vast zit, Ruby, Silvio,
verte zonder land in zicht, cel
waar je in ronddoolt, waar dan Windows
soms een deur naar buiten biedt,
mits ontgrendeld, mits met mate,
dat wil zeggen, meestal niet.
Zee als polder, voedingsbodem
voor gewassen die niet aarden in een
niet-brood-, wel welvaartsziek systeem.
Zee die wijzelf ten diepste zijn, zog
zonder schip dat wij nog maar zo zelden volgen.
Zee neem mij mee, zee wijs en wees mijn weg.
De man in de muur (Fragment)
Het nieuws wordt verpakt in de vis van morgen.
Lezen wij de ingewanden van het wezen dat hapt
naar lucht, dat spartelt. In het water op het droge.
Hoofdpersonen rennen aan de inktzwarte plas voor-
bij. De man in de muur, only in it for the money,
metselt zich in, wordt dan wat ik al van hem maakte.
Schepsel van mijn kop en been van mijn merg,
kloppend orgaan van deze ontzette inwendige mens.
Als voorbereid op mijlen onder zee verdwijnt
een laatste rechthoek luchtblauw licht. Zuinig
met zuurstof! Luidt nu het devies, de noodklok
in de verte. Hij zet zich op het onontslapen bed
in die totaal zwarte kamer, die huivering wekt. Men
hoort nog het tikken in het witsel, lijkenwindsel,
maar men zoekt er niets achter, ja pa ging een pakje
sigaretten halen, plakte een geeltje op zijn monitor,
‘Ben even weg, tot later’, was getekend, ‘Godot’.
Humor, dus wordt de tafel gedekt, de pasta gekookt,
worden glazen gevuld en ligt op zijn plek keurig een
placemat. Zijn stoel staat comfortabel klaar, Eliah! Eliah!
Ze hebben geen idee wat ze doen, zijn geliefdste gezin,
ze missen alleen de vaas, zien nog niet de bloemen
in de tuin, nat nog, slap al, oogverblindend, het zwart
in de bloeiwijze besloten, als een bedoelde barst.
Hij hoort het getik van het bestek, maakt zijn eigen op.
Hij ruikt de pasta, de kruiden, het wijnrode zoet.
Hij schikt zich voorbeeldig, legt zijn oor te luisteren, daar
aan de andere kant van de muur, waar het koud wordt
Lees verder “Onno Kosters, August Graf von Platen, Ernest Claes, Zsuzsa Bánk, Denise Levertov”