Dolce far niente – Bij de Tour de France
Mark Cavendish
Uit: Mark Cavendish, een tijdbom op twee wielen
“Cavendish is, naast de beste sprinter van het afgelopen decennium, een onhandelbaar klein kind dat niet tegen zijn verlies kan. Als hij een keer niet wint, schreeuwt en scheldt hij iedereen verrot – en smijt hij met alles wat hij in zijn handen krijgt.
Hij riskeert alles in de laatste kilometers van de koers. Hij duikt in gaatjes die alleen hij ziet, hij stuurt onderdoor in blinde bochten en hij rijdt renners van de fiets; eerder in deze Tour veegde hij Bauke Mollema ook al van een rotonde. In de Ronde van Zwitserland van drie jaar terug waren zijn collega’s zó klaar met zijn kamikazeacties, dat ze twee minuten staakten om de jury ervan te overtuigen dat er moest worden opgetreden tegen het Engelse testosteronbommetje. En o wee als een andere renner een gevaarlijke actie uithaalt waarvan hijzelf het slachtoffer is. De klassementsrenners moeten van hem opzouten uit de voorposten van het peloton in de aanloop naar een sprint en hij bestempelde een legertje jonge sprinters als brokkenpiloten. Vorig jaar riep hij in de Giro dat Roberto Ferrari naar huis moest toen die van links naar rechts zwiepte en daarmee het halve peloton op zijn muil legde.
Daar was ik het destijds mee eens, overigens. Wie lijf en leden van zijn collega’s riskeert door bodychecks, kopstoten of zwiepers verdient het niet om in het peloton te rijden. Daarom had de jury van de Tour Cavendish van mij ook naar huis mogen sturen na zijn actie van gisteren.
Cavendish kreeg uiteindelijk geen enkele sanctie. Hij werd niet teruggezet naar de laatste plaats, hij werd niet uit de koers gezet, hij hoefde geen boete te betalen. Het is een schoolvoorbeeld van klassenjustitie. Als Veelers of een onbekende Kazak hetzelfde had gedaan, was de beslissing van de jury heel anders uitgevallen.
Dat Cavendish er zonder straf vanaf kwam, was maar aan één ding te danken: zijn status.”
Thijs Zonneveld (Leiden, 28 september 1980)
Lees verder “Thijs Zonneveld, Gerard Walschap, Hans Arnfrid Astel, June Jordan, John Heath-Stubbs, Ann Radcliffe”