In Memoriam Leo Herberghs

In Memoriam Leo Herberghs

De Nederlandse dichter en schrijver Leo Herberghs is in de nacht van vrijdag op zaterdag overleden. Hij was 94 jaar. Zie ook alle tags voor Leo Herberghs op dit blog.

oude wandelingen

maar de wind is een adelaar
die op ons jaagt, die ons kaal
plukt. we leggen onze snavel
tegen onze borstveren aan

de wind naait met zijn naaigaren
onze ogen dicht. wij draaien
rond een met zilver beslagen
kerktoren die we niet naderen

weggelegd worden we in de laden
van wind en weggedragen
in de diepste aardlagen.
niemand die ons terugvindt

 

Portret van een landschap        

I Bezijden

Waar het licht is, vult het de vlakken, ontvouwt het zijn
zwarten, legt het schaduw op vierkanten, daalt het onder het
vlak: een water misschien dat stil lag.

En het wreedste in de struik, het blijdste, de grond daaronder
angstig. Wat het daar nadert, nadert het langzaam.

Als het nabij is? Waar zal het zich neerleggen? Waarvoor zal
het zich hoeden, waar zal het zich bergen?

Alsof het er niet was. Iemand zag het en toen was het er.
Nooit was het er vroeger geweest. Die het gezien had was
daarna weggegaan, was er daarna niet meer.

Alsof het terug was onder het blauwe, weggenomen was van
het gele.
Alsof het bij sparappels was gaan wonen, bij eikenbladeren,
gegaan was naar het stille van varens, naar kelders, naar zolders.

Dat vlakke was er: een pad.

Alsof het later geworden was, alsof het eerder was begonnen.
Alsof het er vroeger geweest was, ervoor was, erna. Alsof het
daarna op was gehouden, weer was begonnen, schuil was
gegaan.

 

VII Afdrift

Aan alle kanten is het zichtbare zichtbaar, trekt zich daarna
terug, wordt kleiner. Zoveel licht: tot aan de verblinding.
Zoveel duisternis: daarin verliest het zich.
Iets wil het kennen voor het nacht wordt. Het schuift door
onder het liggende: of het daarginds is. Achter het water gaat
het: of het omhoog gaat. Wat is hoger dan water? Wat is lager
dan water?
Het staat en is rond. Of is het niet rond en hangt het?
Wat daar omheen is, is het vlakke. Paden zijn er: wat iemand
zich herinnert. Als de smaak van zichtbare druiven.
Kon het maar liggen zoals de akker ligt. Kon het maar ongeoogst
blijven en ongemaaid. Kon het maar troost zijn.

Ontmoet het dit en waar? Staat het bij een boom en wacht
het? Is het bij de bocht met de vis? Staat het stil waar het is? Is
het er als het komt, bij wat daar waait, wat daar aan de zoom
gezien wordt? Even staat het, zoveel wind in zijn afscheid.

Waarom is het hier, rust het hier uit, ligt het zo, wordt het
weggedragen en neergelegd waar iemand het kan zien, waar
het niet meer kan weggaan.

Zover als het te zien is, is het overal, maakt het de wind overal
donker.
Het is ergens en het staat er. Nergens komt het vandaan, nergens
gaat het heen. Nog even is het te zien. En daarna.


Leo Herberghs (Heerlen, 21 juli 1924 – 11 mei 2019)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *