De Duitse dichter Klaus M. Rarisch werd geboren op 17 januari 1936 in Berlijn. Zie ook mijn blog van 17 januari 2009 en ook mijn blog van 17 januari 2010.
Zynische Zitate
Zum Zauber Satanischer Verse
Zitierend einen Kaiser von Byzanz –
hat so der Papst das Christentum verteidigt,
auf dessen Heilsparolen er vereidigt?
Entkleidete er sich des Amtsgewands,
entledigend sich eigenen Verstands,
hat er die Stimme wölfisch nur bekreidigt,
bestreitend, daß er den Islam beleidigt?
Vielleicht aus Neid auf fremden Glaubens Glanz?
Entehrt das Schwert der Mensch, der Frieden lehrt?
Verdient der Gläubige das Paradies
als Mörder, wie es der Prophet verhieß?
Die Heiden, die ein Märtyrer bekehrt,
sind sie vor der Verdammnis nun bewahrt?
Und bleibt dem Teufel schließlich nichts erspart?
Behaust
Der Garten ist zwar winzig, doch autark.
Nur Wasser geb ich ihm, bin ich zu Hause
in dieser alten Hütte, meiner Klause,
Da sitze ich allein und fühl mich stark,
und kommt der Tod, sei er nicht allzu arg.
Ich zögre: schreib ich oder mach ich Pause,
doch dann ergötz ich mich am kargen Schmause.
Und über mir hängt licht ein Kindersarg.
Seit langem, glaub ich, birgt er teure Seelen,
birgt Goethe, Platen, Benn und Arno Holz.
In ihrem Schutz und Trutz kann mir nichts fehlen.
Mag auch die Welt mir Ruhm und Würde stehlen –
was liegt daran? Ich bleibe schwach, doch stolz,
und muß mich vor mir selbst nicht mehr verhehlen.
Klaus M. Rarisch (Berlijn, 17 januari 1936)
De Duitse schrijver en regisseur Einar Schleef werd in 1944 geboren in Sangershausen, Thüringen. Zie ook mijn blog van 17 januari 2009 en ook mijn blog van 17 januari 2010.
Uit: Tagebuch 1999
„11.2.99 Wien Opernball
Die weiße Lady, in Sternen voll, bei der ich die obligatorische Kartoffelsuppe esse, schielt mich an, während Annette englisch sprechend diese Österreicherin aus Dallas attackiert, sie wahrzunehmen, vorigen Opernball trug die Weißhaarige Grün, genauso gepudert, genervt, mit dem gleichen Gesicht einer altgewordenen Barbie, doch darin alterslos jung, ein Münchner Modeschöpfer habe das Sternenkleid nach ihrem Entwurf hergerichtet, später posiert sie Fotografen, die auf den Knien kriechen, bis sie will, mir erscheint sie wie ein gutes Gespenst, das in seiner Suppentasse rührt, unwillkürlich hochsieht, einen Fettwanst vor sich, mich, schwitzend in seinem Frack, gut sitzend, aber müde. Früh 5 spendiert Dr. Springer seine übliche Gulaschsuppe, ein Termin, den ich wie voriges Jahr wahrnehme. Die Opernkantine ächzt in Qualm und Durchzug, wir gepreßt im Eck zwischen den
angeblich richtigen Besuchern, alle anderen seien schon weg, auch die Disco im Keller ist dicht, einige Leute schoben in den Treppen sich verzweifelt von Termin zu Termin, eher ein großes Gedränge, überall kleine Klübchen, die an ihrem Tisch ihr Essen servierten, in der Loge der Russen Sektkartons bis zur Decke, eng Schoß an Schoß, Kaviar aus der Dose mit Löffeln, dieses sei die georgische Nachtigall, dieser der russische Großtänzer, dieses der Mann, der alles bezahlt, der österreichische Ehemann einer Nobelrussin, die ihrerseits Bilder verkauft, Künstler vermittelt, eben Kontakte, vollbusig tanzte sie später, ich sah von oben zu, neben ihrem Mann, der das mit Genugtuung notierte, Fürsten nickten in den Saal, derweil sich das Fleisch amüsierte.“
Einar Schleef (17 januari 1944 – 21 juli 2001)
Zelfportret
De Nederlandse dichter en schrijver Ilja Leonard Pfeijffer werd geboren op 17 janauari 1968 in Rijswijk. Zie ook mijn blog van 17 januari 2007 en ook mijn blog van 17 januari 2008 en ook mijn blog van 17 januari 2009 en ook mijn blog van 17 januari 2010.
Zondag
geef mij vandaag geen dichters
die beginnen met geef mij
dan wel zich concentrisch cirkelen
aan lijnen rakend van rechtzinnig
aritmisch gedragen zwijgen
laat mij ranzen laat onder mijn wollig meurende dek
bed van ronkende woorden naast wollige woorden
en serveer mij geen imperatieven
als je mij laat in de middag wakker kust
bij het krieken van de televisie
geen verschijn van maning
maar een ovenvers geurend gezegde
of een lied over litmanen
en maar want gisteren was kwieker
wiekelwakke winkelwagenwieltjes waren
gisteren toen zei jij nog wakker als een wekkerspel
wikkelwakkelwaait het snel
maar je moet
je moet vandaag wat langzamer voor mij zijn
dring ook niet op ochtendwandel aan
langs beemdgras bermtoerisme of om jonge
sla te zien slap nog in vochtige bedjes
lurk lekker op mens
sabbel zachtjes concentrisch
cirkelend aan rechtse zinnen rakend
van de luilekkerman
Ilja Leonard Pfeijffer (Rijswijk, 17 janauari 1968)
De Nederlandse dichter en schrijver Roel Houwink werd geboren op 17 januari 1899 in Breda. Zie ook mijn blog van 17 januari 2007 en ook mijn blog van 17 januari 2009 en ook mijn blog van 17 januari 2010.
Laatste oogenblik
Zij hadden reeds zijn handen saâmgelegd
en hoog getrokken het verfomfaaid laken,
opdat geen vreemde ’t schrikkelijk doodsgevecht
met zijn ontstelde blikken zou genaken.
schaduwen sloten reeds den valen mond,
blinkende vliegen vingen aan te plagen
der lippen leêg gebloede wond…
maar nog was hij niet ganschelijk verslagen.
want eenmaal nog riepen zijn oogen luid
het licht in hunne schemerdiepten binnen
en als een kind met gulzig kreungeluid
dronk hij zijn laatsten dag van het besmeurde linnen.
De kinderen
Voor Anne de Vries
Zij komen uit een rijk voorbij dit leven
en gaan langs wegen waar geen mensch van weet
een verren onbekenden einder tegen,
de zoom strijkt langs ons van hun wapprend kleed.
Hoe houden zij zoo licht en bijna blij geheven
den beker van ’t oneindig bittre leed?
hoe ligt voor elk een argelooze zegen
in ’t teere hunkren van hun hart gereed?
Maar Die zegt: ‘Laat de kindren tot mij komen!’
spreekt daarmee over ons een streng gericht,
want wij staan tusschen hen en hunne droomen
vaak als een muur van angsten opgericht.
Roel Houwink (17 januari 1899 – 3 juni 1987)
Tekening van Wybo Meyer
De Amerikaanse dichter William Edgar Stafford werd geboren op 17 januari 1914 in Hutchinson, Kansas. Zie ook mijn blog van 17 januari 2009 en ook mijn blog van 17 januari 2010.
Ask Me
Some time when the river is ice ask me
mistakes I have made. Ask me whether
what I have done is my life. Others
have come in their slow way into
my thought, and some have tried to help
or to hurt: ask me what difference
their strongest love or hate has made.
I will listen to what you say.
You and I can turn and look
at the silent river and wait. We know
the current is there, hidden; and there
are comings and goings from miles away
that hold the stillness exactly before us.
What the river says, that is what I say.
The Light By The Barn
The light by the barn that shines all night
pales at dawn when a little breeze comes.
A little breeze comes breathing the fields
from their sleep and waking the slow windmill.
The slow windmill sings the long day
about anguish and loss to the chickens at work.
The little breeze follows the slow windmill
and the chickens at work till the sun goes down–
Then the light by the barn again.
William Stafford (17 januari 1914 – 28 augustus 1993)