Hugo von Hofmannsthal, José Luis Sampredo, Günter Eich, F. B. Hotz, Dieter Kühn

De Oostenrijkse dichter en schrijver Hugo von Hofmannsthal werd geboren op 1 februari 1874 in Wenen. Zie ook alle tags voor Hugo von Hofmannsthal op dit blog.

Aber seltsam!

Ein namenloses Heimweh weinte lautlos
In meiner Seele nach dem Leben, weinte,
Wie einer weint, wenn er auf großem Seeschiff
Mit gelben Riesensegeln gegen Abend
Auf dunkelblauem Wasser an der Stadt,
Der Vaterstadt, vorüberfährt. Da sieht er
Die Gassen, hört die Brunnen rauschen, riecht
Den Duft der Fliederbüsche, sieht sich selber,
Ein Kind, am Ufer stehn, mit Kindesaugen,
Die ängstlich sind und weinen wollen, sieht
Durchs offene Fenster Licht in seinem Zimmer –
Das große Seeschiff aber trägt ihn weiter,
Auf dunkelblauem Wasser lautlos gleitend
Mit gelben, fremdgeformten Riesensegeln.

 

Im Grünen zu singen

War der Himmel trüb und schwer,
Waren einsam wir so sehr,
Voneinander abgeschnitten!
Aber das ist nun nicht mehr:
Lüfte fließen hin und her;
Und die ganze Welt inmitten
Glänzt, als ob sie gläsern wär.

Sterne kamen aufgegangen,
Flimmern mein – und deinen Wangen,
Und sie wissens auch:
Stark und stärker wird ihr Prangen;
Und wir atmen mit Verlangen,
Liegen selig wie gefangen,
Spüren eins des andern Hauch.

 

Besitz

Großer Garten liegt erschlossen,
Weite schweigende Terrassen:
Müßt mich alle Teile kennen,
Jeden Teil genießen lassen!

Schauen auf vom Blumenboden,
Auf zum Himmel durch Gezweige,
Längs dem Bach ins Fremde schreiten,
Niederwandeln sanfte Neige:

Dann erst komme ich zum Weiher,
Der in stiller Mitte spiegelt,
Mir des Gartens ganze Freude
Träumerisch vereint entriegelt.

Aber solchen Vollbesitzes
Tiefe Blicke sind so selten!
Zwischen Finden und Verlieren
müssen sie als göttlich gelten.

All in einem, Kern und Schale,
Dieses Glück gehört dem Traum
Tief begreifen und besitzen!
Hat dies wo im Leben Raum?

 
Hugo von Hofmannsthal (1 februari 1874 – 15 juli 1929)
Borstbeeld in het Festspielhaus, Salzburg

Lees verder “Hugo von Hofmannsthal, José Luis Sampredo, Günter Eich, F. B. Hotz, Dieter Kühn”

Muriel Spark, Langston Hughes, Michel Zevaco, Jevgeni Zamjatin, Georg Rendl, Abraham E. Fröhlich

De Schotse schrijfster Muriel Spark werd op 1 februari 1918 geboren als Muriel Sarah Camberg in Edinburgh. Zie ook alle tags voor Muriel Spark op dit blog.

Uit: A Far Cry from Kensington

“Evidently, the baby slept through the pandemonium for all we could hear were the wife’s shouts and screams and the husband’s fury: noises off.
Suddenly they appeared on the stairs, the second half of their staircase, before our eyes, as on a stage. Milly, always with her sense of the appropriate, dashed down to her bedroom and reappeared with a near-full box of chocolates. We sat side by side, eating chocolates, and watching the show. So far, no blows, no fisticuffs; but much waving of arms and menacing. Then the husband seized his wife by the hair and dragged her up a few stairs, she meanwhile beating his body and caterwauling.
Eventually I phoned the police, for the fight was becoming more serious. A policeman arrived at our door within ten minutes. He seemed to take a less urgent view of the din going on in the next-door house and was reluctant to interfere. He joined us on the staircase from where we could now only see the couple’s feet as they wrestled. The policeman crowded beside us, for there was no convenient place for him to sit. My hips took up all the spare space. But finally our neighbours descended their staircase so that we could see them in full.
“Can’t you stop them?” said Milly, passing the chocolates.
The policeman accepted a chocolate. “Mustn’t come between husband and wife,” he said. “Inadvisable. You get no thanks, and they both turn on you.
We could see the force of this argument. Milly offered to make a cup of tea, which she was always ready to do. Finally the policeman said, “I’ll go and have a word with them. This time of night, disturbing the peace.”

 
Muriel Spark (1 februari 1918 – 13 april 2006)

Lees verder “Muriel Spark, Langston Hughes, Michel Zevaco, Jevgeni Zamjatin, Georg Rendl, Abraham E. Fröhlich”

Toine Heijmans

De Nederlandse schrijver, journalist en columnist Toine Heijmans werd geboren in Nijmegen op 1 februari 1969. Heijmans studeerde geschiedenis aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Tijdens zijn studie werkte hij als verslaggever voor het Nijmeegs Dagblad en de Arnhemse Courant. In 1995 kwam hij in dienst bij De Volkskrant in Amsterdam. Daar werkte hij vier jaar op de redactie binnenland, voordat hij verslaggever werd met als specialisme minderheden en asielzoekers. Een aantal jaren was hij plaatsvervangend chef van de redactie verslaggeverij. Tussen 2007 en 2010 was hij chef van de reisredactie. Sindsdien is hij algemeen verslaggever van de krant. Sinds enige jaren is Heijmans ook columnist. Heijmans is de eerste Nederlandse schrijver die de prestigieuze Franse literatuurprijs Prix Médicis Etranger kreeg, voor zijn in het Frans vertaalde roman Op Zee (En Mer). In 2014 won hij de Aad Struijs Persprijs voor reisjournalistiek. Voor zijn andere journalistieke werk kreeg hij een Europese non-discriminatieprijs. Heijmans schreef een aantal non-fictie boeken, en twee romans. Zijn eerste, “Op zee” verscheen in 2011. In 2012 verscheen de Duitse vertaling Irrfahrt. De Franse vertaling (En mer) verscheen in 2013 en won in hetzelfde jaar de Prix Médicis étranger. Het boek is verfilmd voor televisie door regisseur Marinus Groothof en scenariste Anne Hofhuis. Heijmans’ tweede roman “Pristina” verscheen begin 2014.

Uit: Op zee

“De wolken had ik niet gezien. Ze moeten zich verzameld hebben achter mijn rug. Ze moeten, op bevel van iets, naar voren zijn getrokken. Daar hangen ze nu in slagorde voor de boeg. Als platte kiezels, leigrijs in de lucht. Een gigantisch mobiel van wolken, zoals er vroeger ook een hing boven haar babybed.
De wolken maken de ochtend donker. Ze halen het licht weg van de zee. Urenlang bescheen de maan de golven, en waakte over de boot als een nachtlamp. Maar nu is het licht uit en sta ik er alleen voor.
Het moet ochtend worden. Er moet meer licht komen. Maar het wordt alleen donkerder, alsof de boot terug de nacht in vaart. Alsof er een keuze is: achteruit of vooruit. Naar het begin van de reis, of door naar het eind. Maar er is geen keuze. Ik ben niet langer de baas.”

 

Uit: En mer (Vertaald door Danielle Losman)

“Je n’avais pas vu les nuages. Ils ont dû se rassembler dans mon dos. Ils ont dû s’avancer sur ordre de Dieu sait quoi. Les voilà qui voguent en rangs serrés devant l’étrave. Des galets plats, gris ardoise dans le ciel. Un gigantesque mobile fait de nuages, comme il y en avait un autrefois, suspendu audessus de son berceau
Les nuages assombrissent le matin. Ils privent la mer de lumière. Pendant des heures la lune a éclairé les vagues et veillé sur le voilier comme une lampe de chevet. Mais maintenant la lumière est éteinte et je me retrouve seul.
Il faudrait que le matin se lève. Il faudrait plus de lumière.
Mais il fait de plus en plus sombre, comme si le bateau retournait s’enfoncer dans la nuit. Comme si j avais le choix : reculer ou avancer. Retourner au début du voyage, ou continuer jusqu’à la fin. Mais je n’ai pas le choix. Je ne suis plus maître à bord.”

 
Toine Heijmans (Nijmegen, 1 februari 1969)