Helga Ruebsamen, Richard Jones

De Nederlandse schrijfster Helga Ruebsamen werd op 4 september 1934 geboren in Batavia, in Nederlands lndië. Zie ook alle tags voor Helga Ruebsamen op dit blog.

Uit: Beer is terug (Postbode)

“De bel ging. Het was een uur of elf. Dora stond in haar peignoir in haar droomkeuken. Ze stond hier al een poosje, maar ze wilde eigenlijk niets. Behalve misschien weer terug naar bed, met alle dekens over haar hoofd. Een paar uur eerder op deze grauwe winterochtend was Nils humeurig vertrokken omdat zij niets had kunnen verzinnen dat hem een erectie bezorgde. Ze was er nog te slaperig voor geweest. “Heb je gisteravond toch weer te veel gezopen”, snauwde hij haar toe. Zwakjes had zij geantwoord, zo zacht dat hij het niet kon horen, want hij was al bijna de slaapkamer uit: Bij sommige mannen gaat het ook gewoon vanzelf. Hij had het toch gehoord. Hij kwam er zelfs voor terug, boog zich over haar heen en schreeuwde: “Niet met een kouwe koe.” Ze wist al langer dan vandaag dat het niet zo goed ging, met haar en Nils. Maar ze had niet geleerd, zoals talrijke mensen in haar omgeving klaarblijkelijk wel, hoe men een uitgeblust huwelijk nog tot de dood erop volgt in stand houdt. Haar dag was bedorven. Ze had geprobeerd van welke kant ze haar huwelijk liet beste kon beschouwen. Dacht ze terug aan hoe het vroeger was geweest, dan begreep ze dat veel was verloren, zo niet alles. Dacht ze vooruit, aan hoe het moest worden, de volgende twintig jaar, dan zag het er pas echt wurgend uit. Nils kon niets meer van haar verdragen. Als hij niet kwaad was over haar drankgebruik, dan minachtte hij haar omdat ze te veel rookte, en als ze de sigaretten met veel moeite had afgezworen, dan vond hij dat ze te veel vrat. Haar gewicht en omvang mocht ze weleens halveren, had hij haar zondagavond toegebeten, hij ging er nota bene tegen opzien naast zo’n mastodont in bed te schuiven, hij keek liever naar het laatste tv-journaal, met die leuke Pia Dijkstra. “Zal ik dan spelen dat ik Pia Dijkstra ben, die het nieuws voorleest en dat jij dan als inbreker vermomd de studio binnensluipt en mij van achteren bespringt…?” Hoe diep kon een mens zinken? “Hm”, had Nils gezegd, “van achteren, hm, dat zou nog gaan, met niet te veel licht erbij dan. Zeg, jij kunt haar stem toch wel een beetje nadoen, hè?” Waarom was ze, meer dan een kwarteeuw geleden, toen ze trouwde met Nils, van ganser harte gestopt met haar kwakkelende loopbaan in het theater? Om beter voor haar man te kunnen zorgen? Ze speelde de laatste jaren meer en beter toneel dan ze op de planken had gedaan. De bel ging nog eens, niet opdringerig maar heel decent. Don keek door de luxaflex, oei, een boeman stond voor de deur. Ze rilde ervan, maar het was de postbode, met een bivakmuts op.
Ze bestudeerde hem door de spleetjes van de zonwering, ze nam hem van top tot teen op, meer uit gewoonte dan uit veiligheidsoverwegingen. Ze kon aan de verleiding van een pakje toch geen weerstand bieden, daarom ging ze de deur hoe dan ook opendoen. Al zou het de laatste daad van haar leven zijn, al was ze nog in haar smoezelige peignoir. In de gang stelde ze zich voor hoe de dikke roodgekuifde postbode haar met een schot hagel in de onderbuik zou vloeren, hoe hij haar met zijn voet opzij zou schuiven, hoe hij vloekend voor de lege brandkast zou staan en uit woede haar dus alsnog verkrachten. Dan bloedde ze langzaam leeg op het marmer.”

 

Helga Ruebsamen (4 september 1934 – 8 november 2016)

 

Onafhankelijk van geboortedata

De Amerikaanse dichter dichter Richard Jones werd geboren in Londen, Engeland, in 1953.  Zie ook alle tags voor Richard Jones op dit blog.

 

Zijn er gedichten die je niet publiceert?

Zelfs C. P. Kavafis –
cynisch, ascetisch,
onbekend in zijn tijd –
drukte op eigen kosten
gedichten die niemand wou publiceren,
gedichten intiem, persoonlijk,
om te delen met lezers
die hij vrienden noemde.

Maar ik heb honderden gedichten
verstopt in een doos.
Ook al weet ik dat
Kavafis ooit verzen
In zwarte en gouden linten wikkelde
om cadeau te doen.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Richard Jones (Londen, 1953)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 4e september ook mijn blog van 4 september 2018.

Jacq Firmin Vogelaar, Adrian Matejka

De Nederlandse dichter, schrijver en literatuurcriticus Jacq Firmin Vogelaar (pseudoniem van Franciscus Wilhelmus Maria (Frans) Broers) werd geboren in Tilburg op 3 september 1944. Zie ook alle tags voorJacq Firmin Vogelaar op dit blog.

Uit: Oefeningen in het dagboekschrijven (augustus ’81, tweede keus) 28/7. Dinsdag

“+ In het voorgaande heb ik gesmokkeld. Teveel gestileerd. Als schermbloemen voegen zich aantekeningen rond een kern, waaieren uit en er komt tekening in. Alsof dat vanzelf gaat. De volgorde heb ik echter pas achteraf aangebracht, zodat er een natuurlike ordening van gedachten is ontstaan (in tegenstelling tot de wanorde van sprongen, zijpaden, herhalingen enz. zoals de aantekeningen van dag tot dag op papier komen), een natuurlike ordening die het resultaat is van een ingreep.

Zo kwam het mij bvb., voor het kontrast, beter uit om het bezoek aan N. een week naar voren te schuiven. Daardoor komt de mededeling van A. harder aan, daar ik (net ziek geweest) nog niet bekomen ben van het onthutsende bericht dat W. mij stuurt over D., zijn zoon, met wie ik vele jaren eng bevriend ben geweest.

+ Zolang ik niet het geschikte schrift heb, kan ik niet beginnen.

+ Beschouw deze maand als voorspel – als inwerkperiode. Misschien zal ik daarna echt kunnen beginnen.

+ Ik wil een tijdje m’n handen vrij hebben, me niet zo volledig binden aan de Operaties. Het geplande deel 4 is nog lang niet in het stadium van schrijven. En het dagboekplan komt vooral voort uit de (bijna fysieke) behoefte om te schrijven, aan iets substantieels, dageliks. In principe moet die vorm me de gelegenheid bieden om niet direkt bij elkaar horende bezigheden en onderwerpen in één kontekst samen te brengen.

De werkwijze ligt voor de hand: sinds Raadsels heb ik de voortgang van de produksie systematies in draaiboeken bijgehouden – de schriften als logboek (of: machinekamer en stuurhut tegelijk). Niet alleen kon ik dankzij de chronologiese ordening op elk moment alles terugvinden en rekapituleren; ik hield daardoor ook greep op het vermenigvuldigingsproces. In de metode van werken verwarring zoveel mogelik uitschakelen. ‘Un hasard doit être incessament la matière d’un calcul rigoureux’ (Poe geciteerd door Jules Verne).

+ Ik hoorde de transistorradio schetteren en nam daarom aan dat de buurman aan het werk was; er bleek niemand te zijn, maar de radio stond wel aan. De stad is overal.

+ Waarom zou ik geen wederwaardigheden (wat ’n woord) verzinnen? Ik kan me in een bedachte situatie gemakkeliker van een afstand bekijken dan in een verslag. Een fiksie maak ik intenser mee dan een gebeurtenis die me overkomt.”

 

Jacq Firmin Vogelaar (3 september 1944 — 9 december 2013)

 

De Afro-Amerikaanse dichter Adrian Matejka werd geboren in Neurenberg, Duitsland, op 5 september 1971 en groeide op in Californië en Indiana. Zie ook alle tags voor Adrian Matejka op dit blog.

 

Prijsvechter

Ik hou van paarden omdat ze de snelste man
voorbij zullen lopen. Ze zijn majestueus,

zo statig als een zaterdagse vrouw
voor een feest. Paarden ruiken naar wat

het betekent snel te zijn: zweet en grind
dat opspat tijdens het vroege ochtend lopen.

Het in- en uitademen als grind
in vermoeide longen. Ik verzorgde ze en racete met

paarden van Texas tot Boston totdat
er een mijn dijbeen brak met een zijwaartse

trap. Ik kan geen paard meer rijden,
maar zelfs als ik het zou kunnen, we hebben deze

auto’s nu die ons met 1 km per minuut
kunnen vervoeren. Ik koop de snelste

auto die ik kan vinden zodra ik mijn geld
bij elkaar heb. In de ring,

ben ik als een auto. Mijn vuisten werken
als opgevoerde motoren. ik heb

het soort elasticiteit waar andere vechters
van dromen nadat ik ze heb laten inslapen

op het canvas. Als ik een man vastgrijp,
is het alsof ik wordt gewikkeld in vergeving.

Als ik een man haak, is het alsof ik wordt geraakt
door frustratie. Ik weet niet of paarden

blij of verward zijn door de nieuwe
manier van voortbewegen, maar ik kan met zekerheid

zeggen: mijn prijsvechtende cohorten
zijn beslist ontevreden over mijn aanwezigheid.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Adrian Matejka (Neurenberg, 5 september 1971)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 3e september ook mijn blog van 3 september 2018 en ook mijn blog van 3 september 2017.

Willem de Mérode, Sabine Scho

De Nederlandse dichter en schrijver Willem de Mérode (pseudoniem van Willem Eduard Keuning) werd op 2 september 1887 geboren in Spijk. Zie ook alle tags voor Willem de Mérode op dit blog.

 

Bach

Ich will dir mein Herze schenken,
Senk dich, mein Heil, hinein
Mattheus Passion

Het huis is donker, maar het raam
Opent op den kristallen hemel.
Doorschijnend deint ‘t bloed rood gewemel
Van wijnloof: zalig aardsche naam.
Wij kijken met onwillige oogen.
De lucht lijkt donkerder en dof,
En zilverzijig glanst de hof;
‘t Aardsch paradijs beheerscht het Hooge.

Dan dringt de hemel tot ons binnen,
Een stem verheft zich, wij beginnen
Met een ontspannen aangezicht
En vredig hart ons weg te schenken
En voelen ons van licht doordrinken
En gaan verloren in het licht.

 

De schilder

Hij schilderde, en somtijds was hij dronken.
Hij joeg den roes na, en hij schilderde
Zelden en trager, en verwilderde
Zijn wezen; uit zijn doeken sloegen vonken
En duisternis; een gouden chaos zwol
En spookte om aangezichten zondoorblonken.
En zijn gelaat met de geschonden schonken
Brak uit dien nacht: een zieklijk bleeke bol.

Was dit een leed of een delirium?
En lag hij voor Gods lichtempyreum
Gelijk de schaduw van de hooge zuilen
Den grond dekt, stil, waar anderen in schuilen,
En rees zijn ziel gelijk de ranke schacht
Glanzend en gaaf hoog boven dezen nacht?

 

De schat van duizend kinderharten

Mij is de schat van duizend kinderharten,
Mij is de jonge toegenegenheid
Van oogen, iedren morgen nieuw verblijd,
Hun luide vreugde, die elk leed durft tarten.

Elk lachje dat er in hun oogen rijst,
Schenken zij gul en gaarne weg en blij.
Ik min hen allen, allen minnen mij.
Daar is niet een, die mij geen gunst bewijst.

Ik ben bemind van schoone jonge knapen,
Mij minnen teedre meisjes rilde en rank,
En aller liefde is als hun zielen blank.
Naar mij verlangend gaan zij blozend slapen.

O, wie zou niet mijn heerlijk lot benijden?
Maar waar is ’t hart om mij aan uit te schreien?

 

Willem de Mérode (2 september 1887 – 22 mei 1939)

 

De Duitse dichteres en schrijfster Sabine Scho werd geboren op 1 september 1970 in Ochtrup. Zie ook alle tags voor Sabine Scho op dit blog.

 

green

iemand wil dat ik gras
zeg en een deken uit-
spreid, goed gras, de pure
weelderigheid van herkauwers
het is niets, laat ik bereid–
willig weten, niets dan
wind in de wilgen, marsdeug-
delijk, blue jeans uit de
snelreiniger, bij voorkeur
fotosynthese, stromatoliet-
velden, temperatuurdalingen in woeste
bloei, korstig uitzicht, koste-
loze lasergravering, niets en niet
de geringste neerslag

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Sabine Scho (Ochtrup, 1 september 1970)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 2e september ook mijn blog van 2 september 2020 en eveneens mijn blog van 2 september 2018 deel 1 en ook deel 2.

W. F. Hermans, Sabine Scho

De Nederlandse dichter en schrijver Willem Frederik Hermans werd geboren op 1 september 1921 in Amsterdam. Zie ook alle tags voorW. F. Hermans op dit blog.

Uit: Van Oudshoorn, wat ik me van hem herinner

“Zo ongeveer in de maand maart van het jaar 1951 moet Van Oudshoorns toenmalige uitgever, die een grote hekel had aan bestsellers, me verteld hebben dat de bijna vergeten schrijver van Willem Mertens’ Levensspiegel en andere boeken, een eenzame oude man was en dat hij niet ver bij mij uit de buurt woonde. – Ik was destijds gevestigd in Voorburg. – Van Oudshoorn zou het vast en zeker zeer op prijs stellen als ik hem eens ging opzoeken. De bloemlezing uit Van Oudshoorns werk Doolhof der Zinnen was onlangs verschenen en allesbehalve een bestseller, wat ik betreurde. Ik vond b.v. de roman Louteringen indrukwekkender dan Vestdijks Anton Wachterromans, die er hier en daar enigszins op lijken.
De uitgever gaf me Van Oudshoorns adres en liet me ook een papiertje zien, waarop de schrijver met grote oudemannenhanepoten had genoteerd: ‘Robert Musil. Die Verwirrungen des Zöglings Törless’. Dit was, zei hij, Van Oudshoorns lievelingsboek.
Musil en dit al in 1906 geschreven verhaal waren toen bijna bij iedereen onbekend. Ik had er ook nooit van gehoord. Pas zes jaar later zou Musil plotseling beroemd worden. Er is, voor wie dit denken mocht, weinig overeenkomst tussen Van Oudshoorn en Musil.
Ik vroeg bij Van Oudshoorn schriftelijk belet en een ontmoeting vond plaats op dinsdagmiddag 3 april 1951, in zijn bovenhuis Van Imhoffplein 17, Den Haag, aan de rand van een geweldig platgebombardeerd stadsgedeelte. Er had daar toen nog weinig of geen herbouw plaatsgevonden. Bij de begroeting zei Van Oudshoorn:
‘Zo. Ik ben aan het eind van mijn schrijversloopbaan en u aan het begin. Dat lijkt me allebei even onaangenaam.’
Hij had een zure, enigszins nasale stem, met een lichtelijk Amsterdams, ten minste West-Nederlands accent.
Zijn vrouw, die zeer slecht Hollands sprak, met veel Duits er doorheen, deelde op een gegeven ogenblik mede:
‘Iek bin geborene Deutsche.’
‘Hè, ja,’ zei de schrijver, ‘dat moet je meneer Hermans vooral gaan vertellen, dat jij een geboren Duitse bent. Dat kan die man nou echt helemaal niet aan je horen.’
Hij praatte op vlakke, maar vernietigende toon.
De vrouw liet zich daarop gaan in een heftig soort zelfvernedering, met uitroepen over ‘wij stomme Duitsers’, over Hitler ‘slechte rotvent’ (daarna sloeg ze haastig haar hand voor haar mond, omdat ze een voor haar gevoel zeer onbehoorlijk woord had uitgesproken), over dat Hitler ‘Europa kaputtgemacht’ enzovoorts.”

 

W. F. Hermans (1 september 1921 – 27 april 1995)

 

De Duitse dichteres en schrijfster Sabine Scho werd geboren op 1 september 1970 in Ochtrup. Zie ook alle tags voor Sabine Scho op dit blog.

 

yellow

twee even grote helften
de pitten, het sap, de knobbels
tentakels van binnenuit die
alles bij elkaar houden, de binnen
huid van de binnenhuid, elastomeren
doorgesneden, ik ging door de
schil, passievrees inboezemen
een schilder stond model, and you really
wanted to ask, what I was afraid of?

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Sabine Scho (Ochtrup, 1 september 1970)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 1e september ook mijn blog van 1 september 2020 en eveneens mijn blog van 1 september 2018.