De Nederlandse schrijver Pieter Frans Thomése werd geboren in Doetinchem op 23 januari 1958. Zie ook alle tags voor P. F. Thomése op dit blog.
Uit Greatest hits
“We gingen eigenlijk voor de namen, de namen van het Oude Zuiden die zingen als oude tunes: swingend als Chattanooga, Opelousa, Bogalusa of Pascagoula, statig als Beaumont, Baton Rouge of Lafayette, exotisch als Cocodrie en ronduit bekend als Nashville alias Music City USA, Memphis, the home of the blues, en the big easy New Orleans – en tussen al die namen stroomt lazy de Mississippi, die zo oud en moe is dat hij ook Ole Man River wordt genoemd.
We vermoedden geloof ik wel dat de werkelijkheid naargeestiger zou zijn, grauw als krantenstukken over armoede, achterstand en algehele achterlijkheid, toch zochten wij wat zou beantwoorden aan de zang van die namen: witte zuilen van mansions als in Gone with the wind, witte houten kerkjes waar op zondag de gelovigen de hemel dankten dat zij mogen wonen in God’s own country, stoffige wegen en broeierige plaatsjes zoals in de romans van William Faulkner, op zonnige dagen als Huckleberry Finn met een stok aan de waterkant zitten, en in de verte zingende negers op de velden.
Een verkeerde instelling, dat zeker, maar reizen heeft alles te maken met misverstand, en per slot van rekening heeft ook Columbus Amerika per ongeluk ontdekt.
De Amerikanen spreken zelf van het Oude of Diepe Zuiden – ze bedoelen daarmee dat het ver verwijderd ligt, in afstand, maar vooral in tijd, van de dynamische, van voorwaarts vervulde wereld die in de reclame zo brutaal wordt voorgesteld als the choice of the new generation.
Terwijl de rest van Amerika steeds opnieuw last frontiers bereikt, verlangen ze in het Zuiden terug naar de antieke grens van 1863, toen de Confederate States of America op het slagveld bij Gettysburg de vooruitgang nog dachten te kunnen tegenhouden. En alsof in de slagen bij Gettysburg en Vicksburg de Burgeroorlog niet verloren is en de Mason-Dixon-grens nog bestaat, wapperen in old Dixie meer stars and bars dan nationale stars and stripes.
De vlag van de Confederates, hij wappert vooral in het achterland, langs de backroads van het Zuiden, op de lege pleinen van vergeten stadjes, waar het stof neerdaalt op de magnolia’s en waar oude mannetjes zitten te dammen in de koffiehuizen en negers op de zanderige paadjes van het getto quarters & dimes inzetten op de snelste kakkerlak van de buurt.”
P. F. Thomése (Doetinchem, 23 januari 1958)
De Nederlandse dichter Wouter van Heiningen werd geboren op 23 januari 1963 in Leidschendam. Zie ook alle tags voor Wouter van Heiningen op dit blog.
Engelendraden
In een hoek
in het goud van de zon
ligt het stof van jaren her
Fijne draden
lichten op in zilver
en vlechten een web
van onzichtbaar leven
Het symbool van geloof
vanuit een hemel gezonden
standvastig, om de toekomst
te trotseren in vertrouwen
A la carte
Kraaien vreten hun buikjes
rond, aan het kadaver van een
aangereden eend gaat geen
menukaart vooraf
palingen van de lucht zijn het
vuilnisbakkenrakkers in doodskleed
dan volgen de eksters, het blauw
van hun veren doet koninklijk aan
hun manieren aan tafel echter
bewijzen het tegendeel
Wouter van Heiningen (Leidschendam, 23 januari 1963)
Leidschendam
De Franse schrijver Stendhal werd op 23 januari 1783 in Grenoble geboren als Henri Beyle. Zie ook alle tags voor Stendhal op dit blog.
Uit: Le Rouge et le Noir
« Il est vrai que cet arrangement a été critiqué par les bonnes têtes de l’endroit. Une fois, c’était un jour de dimanche, il y a quatre ans de cela, M. de Rênal, revenant de l’église en costume de maire, vit de loin le vieux Sorel, entouré de ses trois fils, sourire en le regardant. Ce sourire a porté un jour fatal dans l’âme de M. le maire, il pense depuis lors qu’il eût pu obtenir l’échange à meilleur marché.
Pour arriver à la considération publique à Verrières, l’essentiel est de ne pas adopter, tout en bâtissant
beaucoup de murs, quelque plan apporté d’Italie par ces maçons, qui, au printemps, traversent les gorges du Jura pour gagner Paris. Une telle innovation vaudrait à l’imprudent bâtisseur une éternelle réputation de mauvaise tête, et il serait à jamais perdu auprès des gens sages et modérés qui distribuent la considération en Franche-Comté.
Dans le fait, ces gens sages y exercent le plus ennuyeux despotisme; c’est à cause de ce vilain mot que le séjour des petites villes est insupportable, pour qui a vécu dans cette grande république qu’on appelle Paris. La tyrannie de l’opinion, et quelle opinion! est aussi bête dans les petites villes de France, qu’aux États-Unis d’Amérique.
Heureusement pour la réputation de M. de Rênal comme administrateur, un immense mur de
soutènement était nécessaire à la promenade publique qui longe la colline à une centaine de pieds
au-dessus du cours du Doubs. Elle doit à cette admirable position une des vues les plus pittoresques de France. Mais, à chaque printemps, les eaux de pluie sillonnaient la promenade, y creusaient des ravins et le rendaient impraticable. Cet inconvénient senti par tous, mit M. de Rênal dans l’heureuse nécessité d’immortaliser son administration par un mur de vingt pieds de hauteur et de trente ou quarante toises de long.
Le parapet de ce mur, pour lequel M. de Rênal a dû faire trois voyages à Paris, car l’avant-dernier
ministre de l’Intérieur s’était déclaré l’ennemi mortel de la promenade de Verrières, le parapet de ce mur s’élève maintenant de quatre pieds au-dessus du sol. Et, comme pour braver tous les ministres présents et passés, on le garnit en ce moment avec des dalles de pierre de taille.”
Stendhal (23 januari 1783 – 23 maart 1842)
Scene uit de mini-serie uit 1997 met Kim Rossi Stuart als Julien Sorel
De Westindische dichter en schrijver Derek Walcott werd geboren op 23 januari 1930 op St. Lucia, een van de kleine Bovenwindse Eilanden. Zie ook alle tags voor Derek Walcott op dit blog.
The Star-Apple Kingdom (Fragment)
Strange, that the rancor of hatred hid in that dream
of slow rivers and lily-like parasols, in snaps
of fine old colonial families, curled at the edge
not from age of from fire or the chemicals, no, not at all,
but because, off at its edges, innocently excluded
stood the groom, the cattle boy, the housemaid, the gardeners,
the tenants, the good Negroes down in the village,
their mouth in the locked jaw of a silent scream.
A scream which would open the doors to swing wildly
all night, that was bringing in heavier clouds,
more black smoke than cloud, frightening the cattle
in whose bulging eyes the Great House diminished;
a scorching wind of a scream
that began to extinguish the fireflies,
that dried the water mill creaking to a stop
as it was about to pronounce Parish Trelawny
all over, in the ancient pastoral voice,
a wind that blew all without bending anything,
neither the leaves of the album nor the lime groves;
blew Nanny floating back in white from a feather
to a chimerical, chemical pin speck that shrank
the drinking Herefords to brown porcelain cows
on a mantelpiece, Trelawny trembling with dusk,
the scorched pastures of the old benign Custos; blew
far the decent servants and the lifelong cook,
and shriveled to a shard that ancient pastoral
of dusk in a gilt-edged frame now catching the evening sun
in Jamaica, making both epochs one.
Derek Walcott (St. Lucia, 23 januari 1930)
De Franse schrijfster en actrice Françoise Dorin werd geboren op 23 januari 1928 in Parijs. Zie ook alle tags voor Françoise Dorin op dit blog.
Uit: Les Corbeaux et les Renardes
« Quand vous voyez une femme escortée en tous lieux d’un état-major de servants, ce n’est pas tant qu’ils la trouvent belle, c’est qu’elle leur a dit qu’ils sont beaux. »
À demi allongée sur sa méridienne, son dos douloureux calé contre deux oreillers, Lili – pour l’état civil Liliane Riquet – vient de lire cette phrase de Jean Giraudoux (dont le nom ne lui est pas totalement inconnu) dans son magazine préféré, celui grâce auquel elle peut vous citer de mémoire le nom, l’âge et les titres du parrain de la deuxième fille du premier mariage de la princesse de Lusigny-Fontange, née Chaumont des Rouzière.
Elle sourit presque, relit la phrase, puis, comme beaucoup de personnes qui vivent seules, se met à parler tout haut :
– Ah ben ! en voilà un qui n’est pas bête, ce Giraudoux. Il pense tout à fait comme moi… Et comme ma pauvre Marguerite !
Lili tourne la tête vers la cheminée où trône la photo de la vieille amie défunte qu’elle vient d’évoquer et qui a tant influencé sa vie. Sourire enjôleur et poitrine opulente… Le cliché a été pris au temps de sa splendeur, au temps où elle était la « poule du notaire ».
Eh oui ! dans Cambrai, les bonnes paroissiennes ne désignaient Marguerite que sous ce terme méprisant, sanctionnant ainsi ses relations, certes rémunérées mais très discrètes, avec Maître Poperinge – le père, bien entendu, pas le fils – dont les gilets de laine fleuraient à la fois la naphtaline du conjungo et le patchouli de l’adultère. Cela semble à peine croyable aujourd’hui. Pourtant ce n’est pas si vieux. Il y a tout juste… quoi ? Soixante-trois ans ? Ce n’est pas possible ! Mais si, Lili, fais le compte, tu avais juste cinq ans quand ta mère, jeune veuve sans ressources, avait été obligée de se placer comme « bonne à tout faire chez la poule du notaire ». Toute une époque, hein ? dans ces quelques mots.”
Françoise Dorin (Parijs, 23 januari 1928)
De Oostenrijkse dichter, schrijver en musicus Gerald Jatzek werd geboren op 23 januari 1956 in Wenen. Zie ook alle tags voor Gerald Jatzek op dit blog.
Griechisches Lied
Mittags singen die Zikaden
in der Tamariske Minnelieder.
Wir sind müde von der Liebe,
still in einem Kreis aus Steinen,
die ein Zimmer unter Zweigen bilden,
dreißig Schritte vor der Gischt.
Nachtflug
Zwei Ziegen fliegen durch die Nacht,
die erste grinst, die zweite lacht.
Die erste grölt, die zweite singt,
derweil der Wind sie südwärts bringt.
Ein Bauer schaut hinauf und raunt:
»Warum sind die so gut gelaunt?«
»Ich denke, es muss daran liegen,
dass Ziegen ziemlich selten fliegen.«
Gerald Jatzek (Wenen, 23 januari 1956)
De Duitse dichter en schrijver Friedrich von Matthisson werd geboren op 23 januari 1761 in Hohendodeleben bij Magdeburg. Zie ook alle tags voor Friedrich von Matthisson op dit blog.
An die Stille
Wann aus leichter Silberhülle
Luna niederschaut,
Sehn’ ich mich nach dir, o Stille,
Wie der Jüngling nach der Braut!
Ach! mit Wehmutsvoller Rührung,
Freundin! denk ich dein,
Hier wo Leichtsinn und Verführung
Giftbetaute Rosen streun!
Wo des Lasters Stirn zu kränzen
Tausend Blumen blühn,
Wo vor wilden Taumeltänzen
Grazien und Unschuld fliehn;
Wo der Name des Verbrechers
Zu den Sternen dringt,
Und das Haupt des Tugendrächers
In des Kerkers Nächte sinkt!
O beglückt, wen in des Haines
Dämmerung versteckt,
An der Quelle Rand, ein kleines,
Buschumwölbtes Strohdach deckt!
Du nur, heil‘ge Stille, flügelst
Hoch den Geist empor!
Führst der Hoffnung Schifflein, spiegelst
Uns des Himmels Freuden vor!
Lenzwonne
Könnt’ ich das Entzücken Adams malen,
Als in Edens aufgeblühten Talen
Ihn des ersten Lenzes Duft umfloss,
Sanft ihn zu begrüßen, jede Kehle
Seines Hains ihm in die trunkne Seele
Nie gefühlte Seligkeiten goss!
Dann, o! dann wollt’ ich, auf Adlerschwingen,
Dich, o Taumelquell der Wonne, singen,
Dessen Nektar meine Seele trank,
Als der Lenz, mit morgenroter Wange,
Unter hellem Nachtigallgesange,
Heut’ in Laura’s Garten niedersank!
Friedrich von Matthisson (23 januari 1761 – 12 maart 1831)
Portret door Christian Ferdinand Hartmann, 1800
De Braziliaanse schrijver João Ubaldo Osório Pimental Ribeiro werd geboren op 23 januari 1941 in Itaparica, Bahia. Zie ook alle tags voor João Ubaldo Ribeiro op dit blog.
Uit: Brasilien, Brasilien (Vertaald door Curt Meyer-Clason en Jacob Deutsch)
„Denn wenn es nach dem portugiesischen Geschoßhagel dort nur noch Seevögel gab, den Ozean und den Gleiehmut der Naturvorgänge. so blieb doch genug. damit sich für alle Zeiten dem Bewußtsein der Menschen die Worte einprägten. die er ietzt aussprieht. obwohl man sie von hier aus nicht hört, selbst aus größerer Nähe nicht, auch sieht man seine Lippen sich nicht bewegen, noch ist in seinem Gesicht mehr wahrzunehmen als der verblüflte Ausdruck dessen, der stirbt und es nicht weiß.
Es sind aber hehre Worte gegen Tyrannei und Unterdrückung, dem Fäahnrich vom Tod ins Ohr geblasen. und daher sind sie wahr.
Entgegengesetzte Dinge: Ruhm im Leben und Ruhm im Tode nur dieser scheint die noch immer sich inkarnierende Seele des Fähnriclts zu verfolgen. Anderenfalls stünde er nicht dort, an diesem Tag und an diesem Ort, da er sich doch zu irgendeiner anderen Stelle in der weiten Buchtgegend hätte begeben können, wo das Volk sich versammelte, um zu trinken und dem Regenten und Unsterblichen Fürsten Dorn Pedro zuzujubeln, dem immerwährenden Verteidiger der südlichen Hemisphäre. Da der Fähnrich, dessen den Möwen mitgeteilte Worte sich ausbreiteten und nun von Mund zu Mund gingen, bereits verstorben war und ein Held, sollte er die feierliche Proklamation nicht hören. die in der Stadt Cana unter großen Festlichkeiten zu vernehmen war, wie er auch verschiedene andere nicht erleben sollte, die einander seit dem ahnungsvollen Tage ablösten, an dem der Senat des Staatsrats von Bahia, vor Groll und Haß kochend, weil der Hof sich mit dem gleichen befremdlichen Gebaren nach Portugal einsehiffte, mit dem er angekommen war, die Annahme des Königlichen Erlasses verweigerte, die den Brigadier lnäcio Madeira de Melo zum Waffenkommandanten ernannte. Das brasilianische Volk erhob sich gegen die Portugiesen, und wortgewaltige Reden hallten zwischen den Mauern von Kirchen, Apotheken und Salons wider, wo die Versehwörer den Ruhm des Südlichen Amerika prophezeiten.“
João Ubaldo Ribeiro (Itaparica, 23 januari 1941)
De Oostenrijkse schrijver Franz Rieger werd geboren op 23 januari 1923 in Riedau. Zie ook alle tags voor Franz Rieger op dit blog.
Uit: Fleisch wie Gras
“Georg hatte von seiner Tante ein Häuschen geerbt. Georg ist mein Mann, und er sagte damals: Besser drei kleine Räume in einer wackeligen Hütte als einen großen Raum in Untermiete bei einem Drachen.
Die Vermieterin konnte uns nicht leiden. So zogen wir ins alte Haus der Verstorbenen, wo’s keine Wasserleitung gibt und kein Bad. Es ging eine zeitlang gut. Dann lernte Georg Leute kennen, die holten ihn abends ins Gasthaus, und er sagte zu mir: Wenn du maulst, weiß ich, was ich zu tun hab’; aber mit dem Kleinen, nein, mit ihm erpreßt du mich nicht.
Der Kleine war ein Knabe, er hieß Georg wie sein Vater, und weil ihn ein Kollege meines Mannes aus der Taufe gehoben hatte, hieß er auch Karl. Der Mann hatte sich Georg schon während meiner Schwangerschaft als Pate angetragen. Acht Tage nach der Geburt tranken er und Georg eine halbe Nacht in der Küche draußen und sagten: Die Beschneidung des Herrn. ’s sollte ein Fest sein, und sie lachten und grölten. Ich hatte Georg Karl bei mir im Bett und baute das Deckbett hoch vor seinem Gesichtchen auf, damit er nichts hören sollte. Er aber schrie, laut und kräftig, die Augen geschlossen wie im Traum. Einer der Männer riß die Tür zum Schlafzimmer auf, so wie’n Page in einem Hotel die Türe öffnet, und rief – ich erkannte Georg an der Stimme: Die Erscheinung des Herrn!“
Franz Rieger (23 januari 1923 – 11 juni 2005)
Zie voor nog meer schrijvers van de 23e januari ook mijn blog van 23 januari 2016 deel 2 en eveneens deel 3.