Heinrich Heine, José Eduardo Agualusa, Kenneth Patchen, Jean Rouaud, Ida Vos, Robert Gernhardt

De Duitse dichter Heinrich Heine werd geboren in Düsseldorf op 13 december 1797. Zie ook alle tags voor Heinrich Heine op dit blog.

 

Burleskes Sonett

Wie nähm die Armut bald bei mir ein Ende,
Wüßt ich den Pinsel kunstgerecht zu führen
Und hübsch mit bunten Bildern zu verzieren
Der Kirchen und der Schlösser stolze Wände.

Wie flösse bald mir zu des Goldes Spende,
Wüßt ich auf Flöten, Geigen und Klavieren
So rührend und so fein zu musizieren,
Daß Herrn und Damen klatschten in die Hände.

Doch ach! mir Armen lächelt Mammon nie:
Denn leider, leider! trieb ich dich alleine,
Brotloseste der Künste, Poesie!

Und ach! wenn andre sich mit vollen Humpen
Zum Gotte trinken in Champagnerweine,
Dann muß ich dürsten, oder ich muß – pumpen.

 

Deutschland. Ein Wintermärchen, Caput I (Fragment)

Im traurigen Monat November war’s,
Die Tage wurden trüber,
Der Wind riß von den Bäumen das Laub,
Da reist ich nach Deutschland hinüber.

Und als ich an die Grenze kam,
Da fühlt ich ein stärkeres Klopfen
In meiner Brust, ich glaube sogar
Die Augen begunnen zu tropfen.

Und als ich die deutsche Sprache vernahm,
Da ward mir seltsam zumute;
Ich meinte nicht anders, als ob das Herz
Recht angenehm verblute.

Ein kleines Harfenmädchen sang.
Sie sang mit wahrem Gefühle
Und falscher Stimme, doch ward ich sehr
Gerühret von ihrem Spiele.

Sie sang von Liebe und Liebesgram,
Aufopfrung und Wiederfinden
Dort oben, in jener besseren Welt,
Wo alle Leiden schwinden.

Sie sang vom irdischen Jammertal,
Von Freuden, die bald zerronnen,
Vom Jenseits, wo die Seele schwelgt
Verklärt in ew’gen Wonnen.

Sie sang das alte Entsagungslied,
Das Eiapopeia vom Himmel,
Womit man einlullt, wenn es greint,
Das Volk, den großen Lümmel.

Ich kenne die Weise, ich kenne den Text,
Ich kenn auch die Herren Verfasser;
Ich weiß, sie tranken heimlich Wein
Und predigten öffentlich Wasser.

 

 
Heinrich Heine (13 december 1797- 17 februari 1856)
Monument in St. Goarshausen

Lees verder “Heinrich Heine, José Eduardo Agualusa, Kenneth Patchen, Jean Rouaud, Ida Vos, Robert Gernhardt”

In Memoriam Martijn Teerlinck

 

In Memoriam Martijn Teerlinck

De Vlaamse dichter en muzikant Martijn Teerlinck is afgelopen dinsdag, 10 december, op 26-jarige leeftijd overleden. Martijn Teerlinck werd geboren op 31 maart 1987 in Lendelede. Zie ook alle tags voor Martijn Teerlinck op dit blog.

 

Lucht

alle lucht is ingehouden adem van de wereld
die langzaam aan het stikken is

maar mensen hebben vijgenbladgezichten
en zij lopen onbekommerd in hun eeuwen

mensen slikken alles zonder storm: aarde en vlees
daar stinkt het binnen in hun stolpen naar

en ik, al ben ik dunbevleugeld
en al heb ik een lichaam van draden

als ik toch longen had gehad
had ik ze aan de wereld willen geven

maar ik heb lege druppels
die te drogen hangen in mijn borst

daarom beadem ik zachtjes een stem bij elkaar
en laat ik de wereld waaien in mij

 

 
Martijn Teerlinck (31 maart 1987 – 10 december 2013)

Anton H.J. Dautzenberg

De Nederlandse schrijver Anton H.J. Dautzenberg werd geboren in Heerlen op 13 december 1967. Hij publiceerde in 2010 de absurdistische verhalenbundel ‘Vogels met zwarte poten kun je niet vreten’ en in 2011 het autobiografische ‘Samaritaan’, over zijn keuze om bij leven een nier ter donatie af te staan aan een onbekende en de reacties daarop. Eerder verschenen drie boeken onder het pseudoniem ‘Troy Titane’. Dautzenberg woont en werkt in Tilburg. Dautzenberg studeerde journalistiek en bedrijfskunde. In februari en maart 2011 publiceerde Dautzenberg in de VPRO-Gids een serie van drie interviews. De interviews waren bedoeld als begeleiding bij drie programma’s over de op dat moment actuele financiële crisis. Eén daarvan had Dautzenberg gehouden met Lemmy Kilmister (de oprichter van de band Motörhead), die een expert op het gebied van de financiële crisis zou zijn. Kort hierop publiceerde de VPRO een rectificatie op haar website en in de VPRO Gids. Dautzenberg bleek de serie artikelen volledig uit zijn duim te hebben gezogen, om “de werkelijkheid als thema te onderzoeken door deze te duiden, te manipuleren, te transponeren, te vermenigvuldigen of te negeren”.[1] Dautzenbergs beschrijving van een interview met Arnon Grunberg berustte wel deels op waarheid, maar ook deels op verzinsels. Dautzenberg werd in 2011 lid van Vereniging MARTIJN, die een tijdlang verboden is geweest. Hij deed dit uit protest tegen een zoals hij het zelf stelde ‘heksenjacht tegen pedofielen’. Hoewel hij het gedachtegoed van Vereniging MARTIJN niet ondersteunt en het uitoefenen van pedofiele handelingen ten strengste verwerpt, vindt hij dat mensen met pedofiele gevoelens hierover moeten mogen fantaseren en praten zonder daarvoor bedreigd of geweld aangedaan te worden

 Uit: Samaritaan

“Wie ben jij?
‘Ik ben de schrijver van dit boek.’
De schrijver? Dit boek?
‘Een autobiografische roman nog wel.’
Het moet niet gekker worden… Volgens mij is de dosis morfine te hoog, veel te hoog. Ik ben overvallen door een mystieke slaap. Ik zal de verpleegster even bellen, dan kan zij het pompje nakijken.
‘Dat is niet nodig. Ik heb helemaal geen kwade bedoelingen. Zoals ik al zei, is het een autobiografisch boek.’
Ik laat dit even tot me doordringen…
‘Neem de tijd.’
Stel dat ik mijn hallucinatie voor de grap even volg… Ik ben een personage in een boek, in jouw boek?
‘Klopt.’
En dat boek is autobiografisch?
‘Ook juist.’
Dan ben ik dus in feite… jou?
‘Ja en nee.’
Waarom doe je toch zo moeilijk?
‘Ik geef antwoord op je vraag.’

 
Anton H.J. Dautzenberg (Heerlen, 13 december 1967)