Lied van de vrede op aarde (Anton van Duinkerken), Ingo Baumgartner

 

Aan alle bezoekers en mede-bloggers Prettige Kerstdagen!

 

De aanbidding door de herders door Ciro Ferri, ca. 1670

 

Lied van de vrede op aarde

Men zoekt helaas de vrede niet,
Waar God beloofde, dat men vindt:
Bij ’t pas geboren Kind
En bij het hemels lied.

Is door het simpele gebaar
Der moeder, die haar boorling beurt
De hele wereld niet gescheurd
In die van hier en die van daar?

Hier zijn de herders in de stal,
De wijzen met hun heldre ster,
Elk, die van dicht en ver
Het Kind aanbidden zal.

Daar is de koning op zijn troon,
De schriftgeleerden bij het boek,
De nijd, het ijdele gezoek,
De hoogmoed en de hoon.

Herodes troont in ieder mens
En maakt hem kindermoordenaar,
Streeft eens zijn dwaze heerszucht naar
Vervulling van haar wens.

In ieder echter waakt het kind
In ieder wacht het zwijgend lied.
Zoek dus de lieve vrede niet
Waar gij de wroeging vindt.

 

Anton van Duinkerken (2 januari 1903 – 27 juli 1968)
Sint-Gertrudiskerk in Bergen op Zoom, de geboorteplaats van Anton van Duinkerken

 

De Oostenrijkse dichter en schrijver Ingo Baumgartner werd op 24 december 1944 in Oberndorf an der Salzach geboren. Zie ook alle tags voor Ingo Baumgärtener op dit blog.

 

Arme-Leute-Krippe

Künstlerhand wirkt oft bescheiden, verborgen,
bäuerlich, ländlich – der Hochkultur fern.
Jahreskreis, Glaube, die täglichen Sorgen
zeigen gestaltet ihr Wesen im Kern.

Bienenwachs, Farbe, gerändelte Borte,
Lindenholz, Haare, manch wolliger Ball
werden im mühsamen Schaffen zum Orte
eines Begebens im ärmlichen Stall.

Schnitzwerk, Gemälde, die Stiche der Nadel
zaubern ein Bildnis in Schlichtheit hervor.
Dennoch ein Werk von besonderem Adel.
Dringt aus dem Rahmen nicht englischer Chor?

 

Krippen öffnen Kinderaugen

Krippen öffnen Kinderaugen,
zaubern Irisglanz hervor.
Walzenzungenmelodien
dringen an das Lauscheohr.

Hirten, die ein Lämmchen tragen,
dann ein König mit Kamel,
dort der Engel mit Posaune,
da der Müller mit dem Mehl.

In der Grotte Ochs und Esel,
Jesuskind im Windelpack.
Josef mit der Räucherpfanne,
Hühner vor dem Jutesack.

Staunen, Strahlen – Wangen röten
sich, die Fantasie macht heiß.
Wunderholzfiguren reichen
Kindern für den Heilsbeweis.

 

Armeluis-kribje

Kunstenaars hand lijkt vaak sober, verborgen,
landelijk, boertig – vrij van strenge normen.
Kring van ’t jaar, geloof, dagelijkse zorgen
tonen hun wezenlijke kern in vormen.

Bijenwas, kleuren, gerafelde boorden,
Lindehout, haar, menig wollige bal
worden in moeizame arbeid tot oorden
van een voorval in armoedige stal.

Houtsnijwerk, prenten, getik van naalden,
Laten een beeld van bescheidenheid gloren.
Nochtans een werk van bijzondere adel.
Dringen door de lijst geen engelenkoren?

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Ingo Baumgartner (24 december 1944 – 16 juli 2015)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 24e december ook mijn blog van 24 december 2018 deel 1 en eveneens deel 2.

In Memoriam Joan Didion

 

In Memoriam Joan Didion

 

De Amerikaanse schrijfster Joan Didion is op 87-jarige leeftijd overleden. Joan Didion werd geboren in Sacramento Valley op 5 december 1934. Zie ook alle tags voor Joan Didion op dit blog.

Uit: Blue nights

“In certain latitudes there comes a span of time approaching and following the summer solstice, some weeks in all, when the twilights turn long and blue. This period of the blue nights does not occur in subtropical California, where I lived for much of the time I will be talking about here and where the end of daylight is fast and lost in the blaze of the dropping sun, but it does occur in New York, where I now live. You notice it first as April ends and May begins, a change in the season, not exactly a warming—in fact not at all a warming—yet suddenly summer seems near, a possibility, even a promise. You pass a window, you walk to Central Park, you find yourself swimming in the color blue: the actual light is blue, and over the course of an hour or so this blue deepens, becomes more intense even as it darkens and fades, approximates finally the blue of the glass on a clear day at Chartres, or that of the Cerenkov radiation thrown off by the fuel rods in the pools of nuclear reactors. The French called this time of day “l’heure bleue.” To the English it was “the gloaming.” The very word “gloaming” reverberates, echoes— the gloaming, the glimmer, the glitter, the glisten, the glamour—carrying in its consonants the images of houses shuttering, gardens darkening, grass-lined rivers slipping through the shadows. During the blue nights you think the end of day will never come. As the blue nights draw to a close (and they will, and they do) you experience an actual chill, an apprehension of illness, at the moment you first notice: the blue light is going, the days are already shortening, the summer is gone. This book is called “Blue Nights” because at the time I began it I found my mind turning increasingly to illness, to the end of promise, the dwindling of the days, the inevitability of the fading, the dying of the brightness.

 

Joan Didion (5 december 1934 – 23 december 2021)