De Nederlands dichter en neerlandicus Anton Korteweg werd geboren in Zevenbergen op 31 januari 1944. Zie ook alle tags voor Anton Korteweg op dit blog.
Reiger
Die, sloot verlaten, in de hemel
uit vissen meende te moeten gaan,
ving vuur, hing, maanden nog, aan
een hoogspanningskabel te waaien,
steeds rafeliger en valer.
Was eindelijk zo mooi versleten,
als was hij nooit reiger geweest.
Toen kon ik me weer vergeten.
Herrlich Weit
Reeds werd ik voor de Rotary gevraagd, waar ik
het zelf wel naar gemaakt heb, want
ik heb het herrlich weit gebracht en ondanks dat
nog iets jongensachtigs behouden.
Mijn vrouw werd in die jaren nauwelijks
wat ouder, eigenlijk kleedt ze zich nog steeds
eenvoudig maar met smaak en maakt
’s avonds textielschilderijen.
Onze kinderen noemen wij grut, het zijn
precies één jongen en één meisje, zij
zijn steeds het zonnetje in huis en wekken
bij vrienden afgunst of vertedering.
Als dit zo doorgaat houd ik het niet tegen
dat ‘k eens met vochtig oog ’n stuk triplex afzaag
en daarin met een gloeiende breinaald brand:
‘Waar liefde woont, gebiedt de Heer zijn zegen.’
Tunnels
Gebruik de tunnel, staat er, en, die raad gevolgd,
Astrid, I love you. Mooi. So far, so good.
Daal je de Straatweg af het Haagse Bos in:
Astrid. Skelethoer. Negative Erection.
Zo kom je ’s morgens om halfnegen in Wassenaar
in tien minuten maar van de banaalste uiting
van liefde tot het grofst vertoon van walging.
In ’t echt duurt dat zo’n vijf tot zeven jaar.
Anton Korteweg (Zevenbergen, 31 januari 1944)