Astrid Lampe, Kenneth Rexroth

De Nederlandse dichteres en schrijfster Astrid Lampe werd geboren in Tilburg op 22 december 1955. Zie ook alle tags voor Astrid Lampe op dit blog.

 

banjerend over de slingerdijk

banjerend over de slingerdijk
kreeg ik eerst dansles
met geschuif van één strenge hak
werd ons juist afstand gewezen

kerk nog in de steigers
zerk van bord-
papier; de namen en –

hooglied jij
in

ruwe schets, een
zachtkool schriftuur in passen
– zo passend – opgetekend:
een datum bij het uur
het eerste en

hooggehield ben ik dan ook
tot de graven gegaan, heb
weifelend een naam gefluisterd – ge-
proefd tegen de wind in wie weet mijn rok
een ietsje opgelicht en
– nog geknield ook -:

de jouwe

in scherp grint toe dans lief,
een laatste maal de armen tot een
lint -; sling slang de
slingerdijk

dans ons juist dronken
dans ons…

banjerend over de dijk
heb ik een naam gezwegen
een horizon die wijkt

 

de strakke horizon

de strakke horizon
leunt zwaar op nieuwe beelddragers

hier telt het zuiden
in schokdempers
fijnstof
een haperend rolluik

hier telt het zuiden
iets te grof afgesteld
mijn hele cruiseschip
draait om je as

 

iets leuks aantippen

iets leuks aantippen in de catalogus van je moeder
pannen van zeildoek
ik woon hier
lijkt de centrale gedachte van dit werk

(met dikke vingers denkend aan de zwarte madonna
pelgrimage naar het lipstickenorgel, rap een kruis
zijn zelfportret gekerfd uit een aspirine)

knor knor
nooit met een lege maag door het museum gaan
van haar tasje een glimp
de lappen tekst maar overslaan. dus hup

van het verzekeringsgeld, een smak dollars
liet hij die bouwkeet
toch mooi vol isolatie pompen – pik van marshmallow – licht ving!
hoe één van haar sporen…
oortje oortje
knabbel knabbel
sexy slang

dit testosteronfeest
niet versjteren
in de lucht simuleer ik
the non-logical hunt for toverknal

( …mooi rond alles
tril me los lieve ridder
zoem ice cube ice cube en

blok me
blok me)

 

Astrid Lampe (Tilburg, 22 december 1955)

 

De Amerikaanse dichter Kenneth Rexroth werd geboren in South Bend (Indiana) op 22 december 1905. Zie ook alle tags voor Kenneth Rexroth op dit blog.

 

Discriminatie

Ik vind het menselijk ras niet erg.
Ik ben er behoorlijk aan gewend geraakt
In de afgelopen vijfentwintig jaar.
Ik vind het niet erg als ze naast me zitten
In trams, of eten
In dezelfde restaurants, zolang
Het niet aan dezelfde tafel is.
Ik ben het echter niet mee eens
Dat een vrouw die ik respecteer
Met een van hen danst. Ik heb
Geprobeerd ze bij mij thuis uit te nodigen,
Zonder succes. Het zou me niets moeten schelen
Mijn eigen zus te zien
Trouwen met een van hen. Zelfs als ze
Van hem hield, denk aan de kinderen.
Hun kunst is interessant,
Maar zonder twijfel barbaars.
Ik weet het zeker, als ze de kans kregen,
Zouden ze ons allemaal in ons bed vermoorden.
En je moet toegeven, ze stinken.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Kenneth Rexroth (22 december 1905 – 6 juni 1982)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 22e december ook mijn blog van 22 december 2018 deel 1 en eveneens deel 2.

Ted van Lieshout, Ivan Blatný

De Nederlandse dichter en schrijver Ted van Lieshout werd geboren op 21 december 1955 in Eindhoven. Zie ook alle tags voor Ted van Lieshout op dit blog.

 

Afscheid

Maar ook zonder ons samen
draait de wereld wel door,
al weet ik niet waarom.

Voor vriendschap is verhuizen
als de dood. En ik blijf stom
omdat ik stoer en sterk moet zijn,

zoals wij waren. Maar stil
durf ik een onbeholpen woord:
enzovoort, enzovoort, enzovoort.

 

Moeder

Ik wil graag weten wanneer volwassenheid begint.
Ik vraag het maar – mijn moeder zegt:
hoe oud je ook bent, je blijft altijd mijn kind.
Ze heeft haar dood nog niet gepland, is zelfs niet ziek.
Ik heb wel alvast gezegd dat ik de kast wil hebben;
tegen de tijd dat ik hem erf is hij antiek.

Maar dat duurt nog vele jaren.
Ze wijst soms naar de rust van Avondrood –
daar wil ze later wonen (en of ik vast wil sparen).

Het is voor haar eigen bestwil dat ze eerder doodgaat
dan ik: een moeder zonder kind, daar bestaat
zelfs geen naam voor, zoals weduwe of wees.

Nou ja, voorlopig mag ze blijven leven.
Een moeder is altijd handig als er even
niemand anders is die van mij wil houden.

 

Een rivier dankt haar naam

Een rivier dankt haar naam

aan de oevers, want het water
stroomt anoniem voorbij.

Zoals ook ik beweeg binnen
de uiterwaarden van wetten,
aangeduid word en bepaald.

Als ik geen naam had kwam ik
in de Noordzee uit, maar
de regel houdt me bij elkaar.

En als ik overstroom staan dijken
mij terecht te wijzen. Toch laat
ik schepen door en soms vergaan.

 

Ted van Lieshout (Eindhoven, 21 december 1955)

 

De Tsjechische dichter Ivan Blatný werd geboren op 21 december 1919 in Brno. Zie ook alle tags voor Ivan Blatnýop dit blog. Zie ook alle tags voor Ivan Blatný op dit blog.

 

JANUA SAPIENTIAE

The Monx speak Monx
I speak czech and english
I have an instrument for getting traffic-wardens out of the drain-pipes
and changing them into an apple-rose

It all happens in time-space
when the traffic warden is already out
we can hear the noise.

 

SLAVHOST

Poetry is a panacea for all illnesses
The Marx Brothers pluck the egg yolk out

Der Dichter spricht in verschiedenen Sprachen
On the bottom of the lake where mermen spend the night

The open road was blocked
quite blocked by gaiety girls.

 

Vlak land

De bergen zijn de vragen van de bergbeklimmers
Maar ze geven geen antwoord
Het zijn tenslotte geen schoolkinderen
Maar St. Bernardhonden zullen aan komen kuieren
Het advies geven om te keren
En nooit meer te klimmen.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Ivan Blatný (21 december 1919 – 5 augustus 1990)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 21e december ook mijn blog van 21 september 2018 en ook mijn blog van 21 december 2014 deel 2 en eveneens deel 3.

Maria Verkündigung (Johannes Rothensteiner), Kenneth Rexroth

Bij de 4e zondag van de Advent

 

De Annunciatie door Mathieu Le Nain, ca. 1650

 

Maria Verkündigung

Das Mondlicht ruht wie Schnee so bleich
Auf Dach und First in stiller Stunde,
Und durch den weiten Traumbereich
Geht weihevoll geheime Kunde:
Mir ist, als stünde still die Zeit,
Und dort sei Nazareth am Hügel,
Und jenes Haus, mondglanzbeschneit,
Es lausche bang dem Klang der Flügel.

So kehrt im Sternenlauf zurück
Die ewig gnadenreiche Stunde,
Da Erdenleid und Himmelsglück
Versöhnt sich küßten Mund an Munde,
Die Stunde, da beim Engelsgruß
Des Vaters Wort ist Fleisch geworden,
Und Stern an Stern zum Friedensschluß
Rauschten in mächtigen Akkorden.

Mir ist, als stünde still die Zeit,
Versenkt in ihrer Andacht Schauer,
Als öffne sich der Himmel weit
Dem Sehnenden aus Angst und Trauer;
Wie einst im Kinderparadies
Vermeint das Auge durchzudringen,
Bis wo am Thron gebeugten Knies
Die Seraphim ihr Loblied singen.

Lebendig webt und wogt die Nacht
Von ungeahnten Heimlichkeiten;
Ein neues Leben ist erwacht;
Der Himmel ruht am Herz der Zeiten.
O wundervoll Mysterium
In dieses Lebens Nacht und Trauer;
Wie fühlt die Seele freudig stumm
Der Ewigkeit verhaltne Schauer!

Sternbilder zittern tief im Blau
Gleichwie der Harfen goldne Saiten;
Und, o! die wunderholde Frau,
Die Auserwählte aller Zeiten!
Es steigt ein süß-geheimes Graun
Aus meines Herzens tiefster Fülle;
Mir ist, als sei zum lichten Schaun
Erblüht des Glaubens Knospenhülle,

Als sei die Zeitlichkeit verrauscht
Und Erdenglück und -weh versunken;
Denn meine ganze Seele lauscht
Nur himmelan, vor Freude trunken.
Die Nacht der Schatten ist vorbei;
Es ruht beseligt das Verlangen,
Und was der Friede Gottes sei,
Ist leis dem Herzen aufgegangen.

 

Johannes Rothensteiner (21 januari 1860 – 26 september 1936)
Kerstsfeer in St. Louis (Missouri), de geboorteplaats van Johannes Rothensteiner

 

De Amerikaanse dichter Kenneth Rexroth werd geboren in South Bend (Indiana) op 22 december 1905. Zie ook alle tags voor Kenneth Rexroth op dit blog.

 

Ademtocht en engelen: Alleen deze nacht

Maanlicht nu boven Malibu
De winternacht de paar sterren
Ver weg miljoenen kilometers
De zee gaat maar door
Voor altijd over de hele aarde
Ver zo ver als je lippen dichtbij zijn
Gevuld met hetzelfde licht als je ogen
Liefje liefje liefje
De toekomst is allang voorbij
En het verleden zal nooit gebeuren
We hebben alleen dit
Ons ene voor eeuwig
Zo klein zo oneindig
Zo kortstondig zo onmetelijk
Onvergankelijk als onze handen die elkaar raken
Zo onsterfelijk als de door vuur verlichte wijn die we drinken
Almachtig als deze enkele kus
Die geen begin heeft
Die nooit
Nooit zal
Eindigen

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Kenneth Rexroth (22 december 1905 – 6 juni 1982)

 

Zie voor de schrijvers van de 20e december ook mijn blog van 20 december 2018 en ook mijn blog van 20 december 2015 deel 2 en eveneens deel 3.

Paolo Giordano, Jens Fink-Jensen

De Italiaanse schrijver Paolo Giordano werd geboren in Turijn op 19 december 1982. Zie ook alle tags voor Paolo Giordano op dit blog.

Uit: De hemel verslinden (Vertaald door Mieke Geuzebroek en Pietha de Voogd)

‘Het doet pijn als hij zijn arm optilt. ’s Avonds maakt Floriana kompressen met appelazijn voor hem.’
‘Ik denk trouwens dat je het mis hebt, het was niet mijn vader die die steen gooide. Het moet Cosimo zijn geweest.’
Het leek of Bern niet naar me luisterde, hij ging helemaal op in het kikkers vangen. Hij droeg een broek die ooit blauw geweest moest zijn, en had geen schoenen aan. Toen zei hij ineens: ‘Jij durft, zeg.’
‘Hoezo?’
‘Meneer Cosimo beschuldigen om je vader vrij te pleiten. Daarvoor betalen jullie hem niet genoeg, volgens mij.’
Er viel weer een kikker in de emmer. Het waren er nu een stuk of twintig, ze bliezen zich op en liepen weer leeg.
Ik wilde hem afleiden van mijn leugen van daarnet en daarom vroeg ik: ‘Waarom zijn je vrienden er niet?’
‘Omdat het mijn idee was om het zwembad te gebruiken.’
Ik voelde aan mijn haar: het gloeide. Ik had voorover kunnen buigen om mijn hand in het water te steken en mijn hoofd nat te maken, maar er zaten nog kikkers in het zwembad.
Bern ving er eentje en hield het schepnet onder mijn neus: ‘Wil je hem aanraken?’
‘Ik pieker er niet over!’
‘Dat dacht ik al,’ zei hij met een vals lachje. En toen, langs zijn neus weg: ‘Vandaag is Tommaso naar zijn vader in de gevangenis.’
Hij wachtte op het effect van deze mededeling. Ik zei niets.
‘Hij heeft zijn vrouw met een houten sandaal doodgeslagen. Daarna wilde hij zich aan een boom ophangen, maar de politie kreeg hem op tijd te pakken.’
De kikkers sloegen onrustig tegen de emmer. Die hele berg glibberige beesten: ik moest er bijna van overgeven.
‘Dit sta je nu te verzinnen, hè?’
Bern hield zijn schepnet in de lucht. ‘Absoluut niet.’
Eindelijk ving hij de laatste kikker, die het langst uit zijn handen had weten te blijven. Hij bukte om het net niet te hoog te hoeven optillen.
‘En jouw ouders?’ vroeg ik.
De kikker sprong omhoog en vluchtte naar het diepste punt van het zwembad.
‘Verdorie, zie je nou wat je doet? Je bent een warbol.’
Ik verloor mijn geduld. ‘Wat betekent dat, warbol? Dat woord bestaat niet eens! Ik heb je broer, of je vriend of wat het ook is, geen pijn gedaan, hoor!’
Ik wilde meteen weglopen, maar toen keek Bern me voor het eerst echt aan. Er stond oprechte spijt op zijn gezicht te lezen, en tegelijkertijd ook een soort naïviteit. Weer die verlammende, licht loensende blik.”

 

Paolo Giordano (Turijn, 19 december 1982)

 

De Deense schrijver, dichter, fotograaf en componist Jens Fink-Jensen werd geboren op 19 december 1956 in Kopenhagen. Zie ook alle tags voor Jens Fink-Jensen op dit blog.

 

Egyptische goden

Ik ben in een zaal
Vol Egyptische goden
Sommige blokkeren de uitgang
Want het is na sluitingstijd
En de goden verbergen zich
In een slaap van zwart marmer

Hoe vaak ik ook probeer
De hele nacht door te slapen
Ik word wakker van de stappen
Van wie vergeten waren
Mij naar buiten te laten
Voordat de nacht binnensloop.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Jens Fink-Jensen (Kopenhagen, 19 december 1956)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 19e december ook mijn blog van 19 december 2018 en eveneens mijn blog van 19 december 2015 deel 2.

A. M. Homes, Paul Eluard

De Amerikaanse schrijfster Amy Michael Homes werd geboren op 18 december 1961 in Washington DC. Zie ook alle tags voor A. M. Homes op dit blog.

Uit: Vergeef ons (Gerda Baardman en Wim Scherpenisse)

“Jane boende schalen schoon, stapelde de vuile vaat op en gooide het glibberige tafelzilver in het dampende sop in de afwasbak. Ze keek even naar mij, streek met de rug van haar hand haar haar uit haar gezicht en glimlachte. Ik ging weer naar binnen om de rest te halen.
Ik keek naar hun kinderen en probeerde me voor te stellen hoe ze eruit zouden zien als ze als Pilgrims verkleed waren, met zwarte schoenen met gespen, en als Pilgrims-kinderen karweitjes deden, als menselijke ossen met emmers melk sjouwden. Nathaniel van twaalf en Ashley van elf zaten als zoutzakken aan tafel, krom of eigenlijk meer gekruld, alsof ze in hun stoel gegoten waren en geen ruggengraat hadden, met hun ogen op hun kleine beeldschermpjes gericht; het enige wat bewoog, waren hun duimen – de een sms’te met vrienden die niemand ooit had gezien en de andere liquideerde digitale terroristen. Het waren afwezige kinderen, zonder persoonlijkheid, zonder présence, en met uitzondering van de feestdagen ook grotendeels letterlijk afwezig van huis. Ze werden al naar kostschool gestuurd toen ze daar volgens veel anderen nog te jong voor waren, maar Jane had me eens bekend dat dat nodig was: ze maakte toespelingen op niet nader omschreven leerproblemen waardoor ze thuis niet tot bloei konden komen en impliceerde voorzichtig dat het thuis door George’ onvoorspelbare stemmingswisselingen niet ideaal voor ze was.
Op de achtergrond voerden twee televisies een luidruchtige strijd om niemands aandacht – de ene met football en de andere met de film Mighty Joe Young.
‘Ik lééf voor de zaak,’ zegt George nu. ‘Hoofd Amusement van ons tv-station. Daar ben ik me dag en nacht van bewust.’
In alle kamers staat een televisie; George kan namelijk niet alleen zijn, zelfs niet op de wc.
Hij kan er blijkbaar ook niet tegen als zijn succes niet voortdurend wordt bevestigd. Zijn meer dan tien Emmy Awards hebben zich vanuit zijn werkkamer geleidelijk over het hele huis verspreid, samen met diverse andere prijzen en eervolle vermeldingen in geslepen kristal, allemaal complimentjes voor George’ vermogen om de populaire cultuur te doorgronden en ons weer onszelf te laten zijn – licht ironisch, in een format dat we het best kennen van de sitcom van een halfuurtje of het actualiteitenprogramma.
De schaal met kalkoen stond midden op de tafel. Ik boog me over de schouder van mijn vrouw en tilde de schaal op – die was zwaar en hing scheef. Ik concentreerde me tot het uiterste en slaagde erin de exercitie tot een goed einde te brengen terwijl ik op mijn andere arm een ovenschaal met spruitjes en spek liet balanceren.
De kalkoen – een ‘traditioneel beest’, wat dat ook mag betekenen – was tot souplesse gekneed en tot overgave gekruid, totdat hij ging geloven dat het niet erg was om bij dit jaarlijks terugkerende ritueel te worden onthoofd en tot zijn reet te worden volgestopt met broodkruim en veenbessen. Het beest was grootgebracht met een duidelijk doel voor ogen: een vaststaande datum waarop zijn laatste uur zou slaan.”

 

A. M. Homes (Washington DC, 18 december 1961)

 

De Franse dichter en schrijver Paul Eluard werd geboren op 14 december 1895 in Saint Denis. Zie ook alle tags voor Paul Eluard op dit blog.

 

De dove en de blinde

Bereiken wij de zee met klokken
In onze zakken, met het geruis van de zee
In de zee, of zijn wij eer de dragers
Van een zuiverder en stiller water?

Handenwrijvend slijpt het water messen
De krijgers vonden hun wapens in de golven
En het geluid van hun slagen is eender als dat
Van de rotsen die ’s nachts de schepen stukslaan.

Het is de storm en de donder. Waarom niet de stilte
Van de zondvloed, want in ons is heel de gedroomde ruimte
Voor de grootste stilte en wij zullen ademen
Als de wind der verschrikkelijke zeeën, als de wind

Die traag voortkruipt op alle einders.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Paul Eluard (14 december 1895 – 18 november 1952)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 18e december ook mijn blog van 18 december 2018 en eveneens mijn blog van 18 december 2016 deel 2.

Yvonne Keuls, Jens Fink-Jensen

De Nederlandse schrijfster Yvonne Keuls werd geboren op 17 december 1931 in Batavia, toen nog een onderdeel van Nederlands-Indië. Zie ook alle tags voor Yvonne Keuls op dit blog.

Uit: Alle Indische tantes

“lk vroeg Tante Bel of ze het prettig zou vinden wanneer Tante Toetie, Tante Mekkie, Tante Dé en Tante Bé haar zouden opzoeken. ‘Hebben ze hier clan een lift…’ vroeg ze mokkend, ‘moet je sien hoe hoog ik hier lig, zevende etage, ik krijg gewoon vrees..? Nadat ik haar gerustgesteld had en bovendien had beloofd dat ik de zusters en schoonzusters heen en weer zou brengen, klaarde ze iets op. ‘Ajo dan… ik wil wel… laat ze maar morgen komen allemaal… en vraag of ze saté voor mij maken..? ‘Maar u heeft toch dieet?’ zei ik haar. ‘Ach… flauwekul dat dieet, waarom moet ik op dieet, ik heb toch niks aan mijn maag, ik lig hier voor mijn benen…’ De volgende dagen sjouwde ik dc andere tantes naar het ziekenhuis. Zonder dat ik één woord over de saté had gerept, hadden ze zelf begrepen dat Tante Bel zonder Indische kostjes het niet lang maken zou. Met rantangs (etensdragers) vol stapten ze bij mij in de auto -een fles sherry kon ik nog net onderscheppen – en het hele bezoekuur werd er door alle tantes gegeten. Dc pannetjes circuleerden, de kippenbotjes werden verzameld en de kamer van Tante Bel rook al spoedig naar een zeer goed florerend Indisch restaurant. Na vijf dagen ‘observatie’ mocht Tante Bel naar huis. Als de dokter tenminste voor elf uur bij haar was gekomen. Was dat niet het geval, dan mocht ze pas de volgende dag naar huis. Onnodig te zeggen dat ik dc vijfde dag om elf uur in haar kamer stond. Tante Bel zat gepakt en gezakt op haar bed met een zo ontevreden gezicht dat ik niet lang hoefde te raden. ‘De dokter is nóg niet geweest.: riep ze meteen, ‘ze denken zeker dat ik niks te doen heb… Ik zit hier al van negen uur af te wachten… Ik bel naar beneden en dan krijg ik zo’n zuster, ik seg tegen haar: is die dokter van jullie soms dood… als hij niet gauw komt dan wil ik hem ook niet meer sten… Brutale meid… weet je wat ze ség? Ze seg: De dokter is in vergadering, rustigjes wachten mevrouw… Nou… ik heb haar goed de waarheid verteld, wie dénkt ze wel dat ze is, ze heeft nog steeds mijn sherry niet teruggegeven…’ En pruilend ging Tante Bel achterover leunen. ‘Nou heb ik mij voor niks opgemaakt met bedák (poeder)… onbetrouwbare mensen zijn dat hier… ik ga nooit.. nóóit meer naar zo’n ziekenhuis… als ik dan dood moet liever in mijn eigen bed…’ Dan, met een onderzoekende blik naar mij: ‘Heb jij sherry meegenomen…’ Ik schudde ontkennend mijn hoofd. ‘Ach…’ zei Tante Bel, ‘aan jou heb ik ook niks… soeda… ga maar naar huis en als je mc morgen komt halen, doe dan éindélijk wat ik jou ség: één fles sherry van Albert Geijn… meer vraag ik niet, dan kan ik als ik thuis kom tenminste meteen drinken…’

 

Yvonne Keuls (Batavia, 17 december 1931)

 

De Deense schrijver, dichter, fotograaf en componist Jens Fink-Jensen werd geboren op 19 december 1956 in Kopenhagen. Zie ook alle tags voor Jens Fink-Jensen op dit blog.

 

Het huis van de tiran

Deze vergulde kamers
Zijn zo volkomen somber
En verlaten door dromen
Dat je alleen het kraken
Van de voetstappen in de hal hoort
Nadat ze allemaal de persoon verlaten hadden
Zolang ze dat nog konden

Zelfs het licht kwam niet meer terug
Door de kogelvrije luiken
Niemand gaat naar binnen of naar buiten
Door de overwoekerde deur
Alleen een boom strekt zijn takken uit
Door het dak
Alsof de kleinste beweging
Te voorkomen is

Niet eens het touw
Om zijn eigen nek
Vermag hij verder
Te bedwingen
En hij voelt niet
De kiemen die de takken
Naar hem uitstrekken
Met de geur van
Vergeving en lente.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Jens Fink-Jensen (Kopenhagen, 19 december 1956)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 17e december ook mijn blog van 17 december 2018 en eveneens mijn blog van 17 december 2017 deel 1 en eveneens deel 2.

Adriaan van Dis, Jens Fink-Jensen

De Nederlandse schrijver en televisiemaker Adriaan van Dis werd op 16 december 1946 geboren in het Noord-Hollandse Bergen aan Zee. Zie ook alle tags voor Adriaan van Dis op dit blog.

Uit: Zilver, of het verlies van de onschuld

Zilver bladert in het Boek met Duizend Platen. Hij kijkt naar een man die niet kan lachen. Zweren op zijn mond, zijn neus weggerot, wat tussen zijn benen hangt is rood en ziek. Hij is kaal. Syfilis in het laatste stadium, staat eronder. Met zijn lippen heeft deze man vrouwen gezoend, met zijn neus hun geuren opgesnoven. Zij streelden zijn schouders. Hun vingers trokken door zijn haar. Misschien had hij zwarte krullen, weerbarstig, door geen kam of vet te bedwingen. Zijn ogen zijn aangetast. Zo komen zoeners te pas.
Zilver voelt aan zijn krullen en likt zijn lippen. Hij is nog heel. Welke lippen hebben hem gezoend? De Juffrouw, vluchtig, als hij naar school gaat, en filmsterren op foto’s die hij tegen zijn wang drukt.
Hij droomt van zoenen. Lippen die zachtjes over zijn rug gaan als een grashalm van nek tot onder. Warme adem achter zijn oren. Hij is naakt. De adem wordt wind. Een wind die hem opneemt en hem als een vlieger over het land stuwt. Hij spant zijn spieren, zijn huis wordt een stip, de stad een vlek. Daar gaat hij, Zilver, de jongen die vliegt, de jongen die zijn ogen maar hoeft te sluiten en dan alles dromen kan. Schateiland?… daar ligt het, geel zand in de branding. Een oerwoud?… daar groeit het, apen slingeren aan takken, papegaaien vliegen met hem mee. Zilver bukt voor zwiepende lianen, een kruk schuurt onder zijn oksel. Hij heeft een houten been, een snor. Hemd open tot zijn buik, zijn gouden oorbel kietelt als een tergende kus. Een papegaai strijkt neer op zijn schouder, snoept het smeer uit zijn oor en scherpt zijn klauwen aan zijn sleutelbeen. Zilver voelt geen pijn. Bloed sijpelt langs zijn borst, over zijn buik, stolt tussen zijn benen.
Hij vliegt weer verder. Nu is hij een zwaan, door golven schoongewassen. Hij hoeft geen vleugels uit te slaan, hij zweeft… boven straten waar meisjes hem wenken. Hij nijgt zijn kop. Rode lippen lachen hem toe en tanden schitteren als zijn witte veren. Hij zou op hun schouders willen landen, ze willen zoenen, proeven van dat rode daar. Hij cirkelt boven een lach die hij herkent. Zij is het meisje van de Prodent-tandpasta. Haar gezicht heeft hij al honderd keren uitgeknipt, twee monden op één doos. Hij bewaart haar in zijn schriften, zij lacht hem toe in de hoek van de badkamerspiegel; zij tuit haar lippen. Als een pluis dwarrelt hij in haar mond.
Een koude wind trekt langs zijn nek. Onder aan de trap hoort hij de Juffrouw in haar handen klappen. Weg is de mond. Hij zit gewoon op zolder, het Boek met Duizend Platen op zijn schoot. Schoenen kraken op de trap.

 

Adriaan van Dis (Bergen aan Zee, 16 december 1946)

 

De Deense schrijver, dichter, fotograaf en componist Jens Fink-Jensen werd geboren op 19 december 1956 in Kopenhagen. Zie ook alle tags voor Jens Fink-Jensen op dit blog.

 

De dichtstbijzijnde vreemde

Jij bent mijn volgende vreemdeling
Als een zwervende film die eindigt
Van duizend-en-een nachten
Ik zie je door vorst en wind

Je bent zo welkom in mijn hart
Zoals mijn reislust voor jouw landen
En toch sta ik versteld van je winkels
Waar je geuren vandaan hebt gehaald

Dat doet zelfs avonturiers vervagen
En hoe je kunt omgaan met mij te haten
Vanwege alle gesloten dromen
Waar je zo graag over zou willen praten

Maar waar ik altijd te veel haast heb
Luister goed
En misschien vind jij het ook moeilijk
Om je te kleden met woorden die ik begrijp.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Jens Fink-Jensen (Kopenhagen, 19 december 1956)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 16e december ook mijn blog van 16 december 2018 deel 2 en eveneens deel 3.

P.C. Hooft-prijs 2021 voor Alfred Schaffer

P.C. Hooft-prijs 2021 voor Alfred Schaffer

De Nederlandse dichter Alfred Schaffer krijgt de P.C. Hooft-prijs 2021 voor poëzie. ‘Een dichter die zonder met modes mee te waaien midden in deze tijd staat’, zo oordeelt de jury. ‘Zijn poëzie omvat zeer precies gekozen momentopnames, met zinnen die ogen alsof er een scalpel aan te pas is gekomen.’  De prijsuitreiking, die in mei plaatsvindt, wordt georganiseerd door het Literatuurmuseum. Alfred Schaffer werd geboren in Leidschendam op 16 september 1973. Zie ook alle tags voor Alfred Schaffer op dit blog.

Politiek voor beginners

Je staat te glunderen, alsof je al gewonnen hebt. Of wil je de
menukaart zien? Lieveling, er trok vandaag een optocht door
de straat, er was confetti, er waren voorzorgsmaatregelen, er
was genoeg voor iedereen. De dag stond bol van nijverheid.

Dit is geen gezeur, dit is de kolder in m’n kop, secondewerk.
En dit hier liep ik in de oorlog op, ik was een scherpschutter,
ik schoot met scherp, waande mij een voorvader, mijn bleke
snufferd in alle soorten en maten. Zo ging dat in die tijd van

voor de nieuwsberichten, wie niet deugde kon bij het grofvuil.
Ik moest tot inkeer komen, kwam tot inkeer en toen wilde ik
naar huis – tussen de flats laat jij je hondje uit, het kinderspel,

de graffiti, het gekef, alles in nostalgisch zwart en wit. Luister,
brult de meester. Eendracht, klaagt de meester. Wie de schoen
past, begint de meester. Maar wat het ook was, het is verleden.

 

Het persoonlijk magnetisme

Kijk eens naar rechts en vertel me wat je ziet.
De constante verandering,
nu al onderdeel van onze dagelijkse routine.

Dit is de grote dag,
de dag van het titelgevecht en het spontane compliment.
In de drukte zoek je naar het gat
in een gesprek en als op een teken lijkt de aandacht te verschuiven
naar geluiden buiten.
Het blijft vragen naar de bekende weg, een vloeiende beweging
van aantrekken en afstoten.

Onze speelsheid een nieuwe vorm van liefdewerk:
de kortstondige toewijding, het verrassend perspectief.

Zo te horen is het vrijgezellenfeest hiernaast een groot succes.
Maar laat je niet afleiden,
hier gelden andere wetten.

 

Kies nu een gedachte

Bericht gaat dat de stad drastisch veranderde.
Toeristen maken gretig gebruik van de nieuwe faciliteiten
en flaneren over het stadsplein in avondkledij
met op de achtergrond de prachtig gerestaureerde fontein.

De beroemde struisvogelboerderijen bleven intact.
Er zijn monumenten opgericht waar men,
als er tijd is, bloemen legt of uitrust onder een voorbijsnellende hemel.
De struisvogeleieren worden tegenwoordig beschilderd met figuren uit buitenlandse handboeken.

Elke ochtend dringen de struisvogels massaal tegen de hekken
wanneer de eerste mensen uit de buitenwijken,
op weg naar de stad in het zuiden,
zonder een spoor van argwaan komen aangewandeld.

 

Alfred Schaffer (Leidschendam, 16 september 1973)

Klaus Rifbjerg, Indrek Hirv

De Deense dichter en schrijver Klaus Rifbjerg werd geboren op 15 december 1931 in Kopenhagen. Zie ook alle tags voor Klaus Rifbjerg op dit blog.

 

Fazant

plotseling vind je jezelf
overgoten met saus en samengepropt
met aardappels en gelei wonderlijk
slap in het vlees na al dat trancheren
en rukken aan ingewanden tot ze los en eruit
gingen denk niet dat ik het niet weet
deze satanische zorgvuldigheid in het aanbrengen
van vork en mes glasgetinkel en lucifergerammel
om het maar niet te hebben over de manier
waarop lever en hart zorgvuldig gesepareerd
in een heel klein medisch uitziend bakje
gestopt worden en bij god in de hemel
hebben ze ook nog bedacht om me te camoufleren
als mezelf met veren en al
na dat ondragelijke bijnacrematorium
de duizelige tocht met mijn hoofd naar beneden
loodsteken in mijn zij en dan de gedachte aan die
smakbeer servetverbonden
betalende middelmatigheid met wie ik
heel binnenkort speeksel moet delen ik moet braken

 

Pauw

kinderjaren herinnerd
als niet erkende moeheid
loop nu daarheen
kom nu hierheen
de rijen kooien
ezelzweet en leeuwenongedierte

kramp vóór de grotten
de onverschilligheid van het exotische
de terrariumtrage koortslucht van de kruipdieren

de zon uitgewrongen in je droge nek

dan mildheid als porcelein
verlangen als miniatuurtuinen
jouw gestileerde vrijheid
over paden van moddergruis

geësthetiseerde geslachtsdrift sterk chinees
niet erkend
flirt ogengul met jezelf.

 

Zwaan

zo moet je gezien worden halsdier
door dronken dijen en met mijn nek
diep in mythologisch gras
zo hamerend en klapperend
je vleugels in extatische symmetrie
met mijn benen
een veren wagen uit de hemel
elias neergedaald op mijn lippen
zonder schaamte jij ook
bicepsstier en regen van gouden geld
vlieg vol bronst
hier lig ik te wachten
op je mooiste gestalte
jij vogel van de Olympus
kom en neuk me

 

Vertaald door Annelies van Hees

 

Klaus Rifbjerg (15 December 1931 – 4 April 2015)

 

De Estse dichter, beeldend kunstenaar en vertaler Indrek Hirv werd geboren op 15 december 1956 in Kohila. Zie ook alle tags voor Indrek Hirv op dit blog.

 

Met olijven diep in mijn winterzak

Met olijven diep in mijn winterzak
slaap ik overdag – houd ik ’s nachts de wacht
een berk in het zuiden – thuis ben ik een wijnstok
rustig en kalm aan – tegelijkertijd

met olijven diep in mijn winterzak
dwalen mijn gedachten af – omlijst door staal en glas
sla ik acht op de doden – en plant op hun verzoek
mijn voeten stevig hier op thuisgrond

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Indrek Hirv (Kohila, 15 december 1956) 

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 15e december ook mijn blog van 15 december 2018 deel 1 en eveneens deel 2.

Gerard Reve, Paul Eluard

De Nederlandse dichter en schrijver Gerard Reve werd op 14 december 1923 in Amsterdam geboren. Zie ook alle tags voor Gerard Reve op dit blog.

Uit: Op weg naar het einde

“Het schip begint te trillen. Ik grendel de deur, kruip onder de dekens en probeer een opstandige gedachte te verdrijven, zonder echter te kunnen beletten dat ik hem hardop uitspreek. Het schip vaart nu. ‘Als u de mensheid hebt verlost, waarom dan mij niet – dat was toch in één moeite door gegaan?’
Op weg naar het Noorden, zaterdag 18 augustus. Na gistermorgen in Stowmarket, op ongeveer een uur reizen van Harwich, door Tony G. met de automobiel van het station te zijn afgehaald en naar Felsham te zijn gereden, en aldaar bij hem en mijn kunstbroeder Angus W. te hebben overnacht, zijn we hedenmorgen gedrieën in de auto naar het noorden vertrokken. Thans, tegen het einde van de middag, hebben we ongeveer driekwart van de route afgelegd. Een ontzaglijke wolkbreuk kort na ons vertrek dwong Tony gedurende een half uur, wegens het verminderde zicht, langzaam te rijden, maar daarna zijn wij onder een opgeklaarde hemel en met een snelheid die zelden onder de 140 kilometer per uur zakte, aan één stuk voortgesuisd. De stemming is zeer goed, wat zich uit in een slappe lach die ons al sedert de vroege ochtend in zijn greep houdt. De mop bijvoorbeeld van de Chinaman in the train, bescheiden in zijn pointe als hij mag zijn, doet ons, telkens wanneer een van ons er aan refereert, in een ademloos gegier uitbarsten, dat mij een uur lang spierpijn bezorgt. Ziehier de simpele geschiedenis, opdat men over de grappigheid zelve oordele: Chinaman zit dus in de trein. Kellner komt een paar maal door de loopgang, schuift telkens de coupédeur open en roept dan: ‘You for coffee!… You for coffee!…’ Waarop tenslotte Chinaman razend wordt en terugroept: ‘Me no fuckoffee! Me first class ticket! You fuckoffee!’
Verder ontwikkelen wij onderweg een aantal wat ik zou willen noemen Vertellingen Uit Het Dierenrijk, zeer anthropomorphe Sketches From The Animal Kingdom, waarop W. en ik beide dol zijn: het leven van alle dag, dat onze gevederde zowel als viervoetige vrienden in het woud leiden, verteld, toegelicht en, gelijk het histories materialisme door Herman Gorter, eveneens voor arbeiders verklaard. Vooral Doctor Owl wordt door W. minstens even goed vertolkt als voor de Nederlandse radio Paulus de Boskabouter door diens auteur. Ontucht van Doctor Owl met jonge patiëntjes is aan de orde van de dag, terwijl hij voorts een ware hartstocht koestert zowel voor ophtalmotomie als voor euthanasie. Wij zijn dus, om met mijn moeder, zij ruste onder de Vleugels van de almachtige, te spreken, ‘goed te pas’ en vooral W. is in een betere stemming dan gisteren, toen ik hem zeer nerveus, met een van spanning dik geworden gezicht aantrof: hij had bepaald werk nog voor zijn vertrek gereed en ingeleverd willen hebben, en dat is hem niet, of maar gebrekkig, gelukt. Je met romanschrijven, literaire kritiek of met wat dan ook voor werk van de pen bezighouden is in het Verenigd Koninkrijk, en zeker als men een schrijver van enige naam is, helemaal geen gekkenwerk, zoals in Nederland. W. bespreekt wekelijks wat hij de moeite waard heeft gevonden van het T.V.-programma (hij kan kijken, of niet kijken, naar wat hij wil) in een rubriekje in een blad dat de merkwaardige naam The Queen draagt.”

 

Gerard Reve (14 december 1923 – 8 april 2006)

 

De Franse dichter en schrijver Paul Eluard werd geboren op 14 december 1895 in Saint Denis. Zie ook alle tags voor Paul Eluard op dit blog.

 

Suite

Slapen, in het ene oog de maan, in het andere de zon,
Een liefde in je mond, een mooie vogel in je haar,
Uitgedost als de velden, de bossen, de wegen en de zee,
Mooi en uitgedost als een tocht om de wereld.

Vlucht door het landschap,
Tussen takken van rook en alle vruchten van de wind,
Benen van steen en sokken van zand,
Gevat bij de taille, spieren van rivieren,
En de laatste zorgen op een veranderd gezicht.

 

Vertaald door Kiki Coumans

 

Paul Eluard (14 december 1895 – 18 november 1952)
Portret door Salvador Dali, 1929

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 14e december ook mijn blog van 14 december 2018 en ook mijn blog van 14 december 2014 deel 2 en eveneens deel 3.