De Nederlandse schrijver Godfried Bomans werd geboren in Den Haag op 2 maart 1913. Zie ook alle tags voor Godfried Bomans op dit blog.
Uit: Wandelingen door Rome
“Ja mijne heren, de beste gids van Rome komt uit Sittard. Het is een klein stevig gebouwd mannetje, met borstelige, witte wenkbrauwen, een witte snor en een wit baardje dat aan de stevige kin vol moed begonnen is, maar zich dan plotseling bedenkt en er ineens mee uitscheidt. Hij draagt een wit hemd, dat van voren open is en daar een kettinkje laat zien, vermoedelijk eindigend in een gouden penning of medaille, doch daarover worden geen inlichtingen vertrekt. Opzij van de mond hebben zich twee kuiltjes gegraven, die op een algemene geneigdheid wijzen het leven een prettige instelling te vinden. De ogen zijn blauw en hebben de argeloze uitdrukking van een Walt Disney-kabouter. De schedel is opzij met een vermoeden van haar bekropen, doch in het midden volkomen kaal. Onder deze schedel bevindt zich Rome.’
(…)
“Naar het schoonmaken van de Trevi-fontein ben ik ook gaan kijken, maar om een heel andere reden. De Fontana di Trevi is de fontein, waar alle vreemdelingen, die later in Rome nog eens willen terugkeren, een munt ingooien. (..) Ik ging daar heen om te kijken, wat ze met al die duizenden munten zouden doen. Hoe vindt u die gedachte? Mij dunkt, dit is een typisch burgerlijke gedachte, die alleen door een Hollander kan worden voortgebracht. Niet de poëzie van zo’n munt in ‘t water gooien, met de volle maan boven je hoofd en een meisje aan je zij, nee, niets daarvan. Alleen de vraag: wáár blijven de duiten? Gaan ze naar de fiscus? Pikt de waterleiding ze in? Of verdwijnen ze in het potje der omliggende percelen? Kijk, aan zo’n vraag heb ik, als Hollander, houvast, daar kan ik mij uren in verdiepen.”
(…)
“Met honderden liepen ze in de stoet mee, allemaal als patertjes, nonnetjes, engelen of martelaren verkleed, met grote, oneindig verbaasde ogen, sommigen met hun eigen martelwerktuigjes in de hand en er verzonken op zuigend. Ik zag één engel, wier beide vleugels tot op de billetjes waren afgezakt en die liep nu juist heel ingetogen te bidden, in een brevier, dat zij precies omgekeerd in de beduimelde handjes hield. (..) Zestig Franciscaner paters trokken voorbij, ieder zeven jaar oud, met echte bruine pijtjes en hagelwitte koordjes, onder leiding van een dik gardiaantje, dat bijna omviel van de slaap.”
Godfried Bomans (2 maart 1913 – 22 december 1971)
Lees verder “Godfried Bomans, Multatuli, John Irving, Thom Wolfe, Michael Salinger, János Arany”