Rouke van der Hoek

De Nederlandse dichter Rouke van der Hoek werd op 12 augustus 1952 in Eindhoven geboren. Hij studeerde in Amsterdam en woont sinds 1980 in Zuid-Limburg (Meerssen). Na twee bundels in het marginale circuit, debuteerde hij in 1992 met de bundel “Doorgewinterd Landschap” (1992. Deze bundel werd genomineerd voor de C. Buddingh’-prijs voor debuten van Poetry International Rotterdam. Na de bibliofiel uitgegeven bundels “Vaarwater” (1994) en “Wespland”(1997) verscheen in 2001 bij uitgeverij Atlas de bundel “Het magnetische noorden”. In 2005 verscheen de bundel “Bodemdaling”, voorafgegaan door een ‘bibliofiele’ uitgave “Gedempt gejuich”. In 2008 volgde de bundel “Wolventeldag”.  Tussen 2014 en 2016 was Rouke van der Hoek stadsdichter van Sittard-Geleen.

De paddentrek

Als het in maart zacht wordt, lauw vochtig
komen de padden tevoorschijn.
Ze kruipen als op afspraak uit komposthopen en putjes,
hun ogen sluw van een hele winter films kijken.

Even bidden ze tot Baden-Powell: help ons ons pad vinden
en verlos ons van de heer in de hemel der mensen,
die uitvond de wielen van de automobielen
en de dodelijke infrastruktuur.

Dan gaan ze naar hun geboortewater, liefst ’s nachts.
Als je stil bent hoor je ze draven, hun poten pletsen
en hun hart bonkt. Absoluut op weg, alsof ze beseffen
dat ze symptomen zijn van iets groters en iets dreigends:

het onderbewuste van de aarde bijvoorbeeld.
En inderdaad: alleen de liefdelozen onder ons
raken niet ontroerd door de onverklaarbare moed
van deze schepsels.

Kinderboeken vol zijn hierover geschreven:
Alleen op de wereld, Kinderen van de grote fjelt,
alle verhalen waarin mensen gaan trekken
om het noodlot te ontlopen (wat niet lukt).

Met de padden komen rouwgevoelens
uit de bodem omhoog.

 

Lichtzoekers

Wie op open land
de zon achterna loopt
beschrijft een ellips.

Ga maar na.

Nee, het licht moet je verschalken
via omwegen, stegen en tunnels,
zwarte episodes

als de oude veldheren die met listen
maar zonder leger uittrokken

om veldslagen en geschiedenisboeken te vermijden
en niet ingeruild te worden
voor een standbeeld.

Ja, al die eeuwen
manoeuvreren zij in het verborgene.

Door hun geritsel en macht
wagen we ons deze zomernacht
niet ver van het verlicht terras.

 

Nacht op de Vaalserberg

Lange klim na sluitingstijd. Afscheid van lantaarns;
bos overkapt de stappen; maan vlekt op mijn voet.
Langzaam wennen ogen aan muisvormige keilkeitjes
wegketsend over mos. Nooit zinken. Daarom hier,

hoog boven het land dat zijn bekoorlijkheid verloor:
ontaard experiment: wordt teruggedraaid. Op de top
is het hoogste punt het hoogste punt niet meer.
Münchnausen laat u groeten van 324 meter.

In het Drielandendoolhof surveilleren grenswachten
van 1914. Herrezen. Opvliegende kleiduiven
verraden dat de blauwe overalls nu komen
Ze rollen het tapijt op van beneden naar boven.

De frietkraam zwijgt in alle talen; ook haar schaduw
gaat eraan. Pas bij de grenspaal stoppen ze en
kloppen ze schoon wat overwoekerd is door
onbeheerste ambities, deze loyale nachtarbeiders.

1930 zeg ik, of 1950. Ze knikken en kiezen en rollen
dan het Nederland zoals mijn grootouders
dat kenden met vastberaden armen uit, de zee in,
die intussen tegen de parkeerplaats klotst.

 

Rouke van der Hoek (Eindhoven, 12 augustus 1952)

Dolce far niente, Tony Hoagland, Thomas Mann

 

Dolce far niente

 

Holland Lake Summer door Monte Dolack, 2014

 

SUMMER STUDIES

When Ellen told Mary about the secret lake
she swore her to silence
but Mary invited Jerome
who couldn’t even swim and Luanne
came with him and it was funny that summer
the way that scarce resources
collided with the whole system
of who was cool, or not
the old rule being that who was cool
would get to stay that way
by jumping into the lake
and who was not would have to stay
hot and dirty
by simple omission of information.
But that dry summer the rumors spread:
someone was giving out maps, someone
was giving tutorials in every twist and
bobby-pin turn
you had to take in the red dirt road
that got you there.
When you got near you could hear
through the trees
splashes and cries of people who
might not even be friends.
And the clear water, like the social milieu that summer
was quite frankly stirred up, confused
thanks to the leaky lips, Ellen said,
of certain persons
who would let anyone in.

 

Tony Hoagland (19 november 1953 – 23 oktober 2018) Fort Bragg, North Carolina. De geboorteplaats van Tony Hoagland

 

De Amerikaanse dichter Tony Hoagland werd geboren in Ford Bragg, North Carolina, op 19 november 1953.

 

Ik heb nieuws voor je

Er zijn mensen die een kapotte schommel in de speeltuin niet zien
als een symbool van een verwoeste kindertijd

en er zijn mensen die het gedrag van een vlieg
in een motelkamer niet interpreteren als een spottende weergave van hun denkproces.

Er zijn mensen die niet langs een leeg zwembad lopen
en aan onherstelbare genoegens uit het verleden denken

en dan daar staan ​​blijven en het trottoir blokkeren voor andere voetgangers.
Ik heb gelezen over een stad ergens in Californië waar mensen

niet hun kronkelige voederwortels
diep in de potgrond van het emotionele leven van anderen sturen

alsof ze hebzuchtige zesjarigen waren
die de laatste halve centimeter milkshake opzuigen door een luidruchtig rietje;

en andere personen in het middenwesten die kunnen kussen zonder
te debatteren over de imperialistische bagage van heteroseksualiteit.

Zie je die romige, citroengele maan?
Er zijn een aantal mensen, in tegenstelling tot jij en ik,

die niet verlangen naar roem of liefde of hoeveelheden geld zo
                       onbereikbaar als die maan;
dus hoeven ze later niet
                       meer tijd te verspillen
door het voorwerp van hun vroegere passie te belasteren.

Of als gevolg daarvan zich haastig zelf te kruisigen
in een eenzaam middernachtelijk Starbucks Golgotha.

Ik heb nieuws voor je –
er zijn mensen die ’s ochtends opstaan ​​en door een kamer lopen

en een raam openen om de zoete bries binnen te laten
en zich erdoor over hun hele gezicht en lichaam te laten aanraken.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Tony Hoagland 19 november 1953 – 23 oktober 2018)

 

Op 12 augustus 1955 overleed de Duitse schrijver Thomas Mann. Zie ook alle tags voor Thomas Mann op dit blog.

Uit: Joseph und seine Brüder

„Darum auch hatte sich Charran, noch in dem Machtbereiche des Nimrod gelegen, in Wahrheit nur als »Stadt des Weges« erwiesen, nämlich als eine Station, aus welcher der Mondmann über ein kleines sich wieder gelöst hatte, nebst Sarai, seiner Eheschwester, und allen seinen Verwandten und seiner und ihrer Habe, um als ihr Führer und Mandi seine Higra mit unbestimmtem Ziele fortzusetzen. So war er nach dem Westlande gekommen, zu den Amurru, die Kenana bewohnten, wo damals Männer von Chatti die Herren waren, hatte in Etappen das Land durchzogen und war tief in den Süden vorgestoßen, unter andere Sonne, in das Land des Schlammes, wo das Wasser verkehrt geht, ungleich dem Wasser von Naharina, und man stromab nach Norden fährt; wo ein altersstarres Volk seine Toten anbetete und für den Ur-Mann und seine Not nichts zu suchen und auszurichten gewesen war. Er war ins Westland zurückgekehrt, dem Mittellande eben, das zwischen dem des Schlammes und Nimrods Gebieten gelegen war, und hatte in dessen Süden, der Wüste nicht fern, in bergiger Gegend, wo es wenig Ackerbau, aber reichliche Weide gab für sein Kleinvieh und wo er sich mit den Einwohnern rechtlich vertrug, eine Art von oberflächlicher Seßhaftigkeit gefunden. Die Überlieferung will wissen, daß ihm sein Gott, der Gott, an dessen Wesensbild sein Geist arbeitete, der Höchste unter den anderen, dem ganz allein zu dienen er aus Stolz und Liebe entschlossen war, der Gott der Äonen, dem er Namen suchte und hinlängliche nicht fand, weshalb er ihm die Mehrzahl verlieh und ihn Elohim, die Gottheit, versuchsweise nannte: daß also Elohim ihm ebenso weitreichende wie fest umschriebene Verheißungen gemacht hatte, des Sinnes nicht nur, er, der Mann aus Ur, solle zu einem Volke werden, zahlreich wie Sand und Sterne, und allen Völkern ein Segen sein, sondern auch dahingehend, das Land, in dem er nun als Fremder wohne und wohin Elohim ihn aus Chaldäa geführt hätte, solle ihm und seinem Samen zu ewiger Besitzung gegeben werden in allen seinen Teilen, —

Friedrich Overbeck: Verkoop van Joseph aan de Egyptische kooplieden, 1816

wobei der Gott der Götter ausdrücklich die Völkerschaften und gegenwärtigen Inhaber des Landes aufgeführt hätte, deren »Tore« der Same des Ur-Mannes besitzen solle, das heißt: denen der Gott im Interesse des Ur-Mannes und seines Samens Unterwerfung und Knechtschaft bündig zugedacht habe. Das ist mit Vorsicht aufzunehmen oder jedenfalls recht zu verstehen. Es handelt sich um späte und zweckvolle Eintragungen, die der Absicht dienen, politische Machtverhältnisse, die sich auf kriegerischem Wege hergestellt, in frühesten Gottesabsichten rechtlich zu befestigen. In Wirklichkeit war das Gemüt des Mondwanderers auf keine Weise geschaffen, politische Verheißungen zu empfangen oder hervorzubringen. Nichts beweist, daß er das Amurruland auch nur von vornherein als zukünftiges Gebiet seines Wirkens ins Auge gefaßt habe, als er die Heimat verließ; ja, der Umstand, daß er versuchsweise auch das Land der Gräber und der stutznäsigen Löwenjungfrau erwanderte, scheint das Gegenteil zu beweisen. Wenn er aber des Nimrods großmächtiges Staatswesen im Rücken ließ und auch das hochangesehene Reich des Oasenkönigs mit der Doppelkrone sogleich wieder mied, um ins Westland zurückzukehren, das heißt in ein Land, dessen zersplittertes Staatsleben es zu politischer Ohnmacht und Abhängigkeit hoffnungslos bestimmte, so zeugt dies für nichts weniger als für seinen Geschmack an imperialer Größe und seine Anlage zur politischen Vision. Was ihn in Bewegung gesetzt hatte, war geistliche Unruhe, war Gottesnot gewesen, und wenn ihm Verkündigungen zuteil wurden, woran gar kein Zweifel statthaft ist, so bezogen sich diese auf die Ausstrahlungen seines neuartig-persönlichen Gotteserlebnisses, dem Teilnahme und Anhängerschaft zu werben er ja von Anbeginn bemüht gewesen war.“

 

Thomas Mann (6 juni 1875 – 12 augustus 1955)

 

Zie voor de schrijvers van de 12e augustus ook mijn blog van 12 augustus 2019 en ook mijn blog van 12 augustus 2018 en mijn blog van 12 augustus 2015 en mijn blog van 12 augustus 2011 deel 1 en eveneens deel 2.

Heatwave (John Burnside), Taije Silverman

 

Dolce far niente

 

Soho Square Heatwave door Tom Cox, 2018

 

Heatwave

After it rained, the back roads gusted with steam,
and the gardens along our street filled with the scent
of stocks and nicotiana,
but it didn’t get properly hot till the night drew in,
humid and heavy as glass
on our well-kept lawn.
It was high in the summer. With everyone else
in town for the Lammas fair
I took the meadow-path to where the river
stalled on a sudden blackness: alders
shrouded in night and warmth, and the first slow owl
charting the further bank.

There was always movement there
beneath the slick of moonlight on the turning
water, like a life beneath the life
I understood as cattle tracks and birds:
a darker presence, rising from the stream,
to match my every move, my every breath.
Eel-black and cold, it melded in my flesh
with all the nooks and crannies of the world
where spawn appears, or changelings slip their skins
to ripen at the damp edge of the day,
still blurred with mud
and unrecovered song.

But that night, as the sky above me turned,
I found a different swimmer in the steady
shimmer of the tide,
a living creature, come from the other side
to slip into the cool
black water. I remember how she looked,
beneath the moon, so motiveless and white,
her body like a pod that had been shelled
and emptied: Mrs Pearce, my younger sister’s
science teacher, turning in the lit
amazement of a joy that I could almost
smell, across the haze of drifting heat.

I was crouched beneath a stand
of willows and I guess she didn’t see
the boy who watched her swim for half an hour
then turn for home beneath the August moon,
a half-smile on her face, her auburn hair
straggling and damp;
yet later, as I walked the usual streets,
I thought that she would stop and recognise
a fellow soul, with river in his eyes,
slipping home under a wave of light and noise,
and finding the key to her nights
in his soft, webbed fingers.

 

John Burnside (Dunfermline, 19 maart 1955) Dunfermline

 

De Amerikaanse dichteres, vertaalster en hoogleraar Taije Silverman werd geboren in San Francisco op 13 augustus 1974. Zie ook alle tags voor Taije Silverman op dit blog.

Het was een goede dag

Als we ons voorstellen dat iemand het ons vraagt
Is het antwoord verdriet. Maar wat ik eerst denk
is deze nachtjapon, de donkerrode zijde
en mijn gewassen haar, dat langzame wiegen van de ruimte
voor het slapengaan. Mijn moeders uitslag
is niet de eerste gedachte. Die verspreidt zich en maakt zich los.
dijt uit over haar gezicht, de bultjes vervagen en ik vertel haar
dat het weggaat. Het gaat weg.
De angst neemt zover af dat de tijd het overneemt:
Runderhaas met sugar snaps,
de nasmaak van de citroen. Dat, zegt mijn vader,
Wijzend naar de aardappelen, dat is echt lekker.
Mijn zus haalt drie soorten koekjes
uit de vriezer en mijn vader vraagt
Hebben we niet besloten om geen koekjes meer te eten?
Ja, zegt mijn zus, en ik heb besloten om dat niet te horen.
De koekjes worden gehalveerd, doorgegeven,
we kiezen favorieten en vragen mijn zus om

de koekjes weg te zetten, dan om ze niet weg te zetten,
we lachen. Ik zeg tegen mijn vader
terwijl hij eet, ik hou van je, en hij zegt, ik hou van jullie allemaal,
ons drieën kan hij aan de bar bekijken
in onze truien en haar, buigend en pratend alsof huid
een kwestie een gunst is. Ik neem een ​​bad. Mijn moeder leest in bed
en leest op het toilet, kijkt op als ik naar haar kijk
en lacht. De uitslag zal verdwijnen. Het was een goede dag.
Mijn vader hoest nu. Geeuwen.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Taije Silverman (San Francisco, 13 augustus 1974)

 

Zie voor nog meer schrijvers ook mijn blog van 11 augustus 2019 en ook mijn blog van 11 augustus 2016 en ook mijn blog van 11 augustus 2011 deel 2.

Roel Richelieu Van Londersele, Philip Larkin

 

Dolce far niente

 

Seagulls At Mangawhai Beach door Andrew Griffiths

 

augustus

het strand kijkt naar de zee en ziet
dat het water oud is geworden
de meeuwen vliegen door de gedachten van de zon
en hangen hun poten te drogen
in de liezen van de duinen
stoeien de vakantielieven in de lakens
van het zand
er knarst iets in de tederheid
de boeren oogsten hun twijfels
en na de avond kijken ze met de ogen
van hun tractors naar de open wonden
van de velden, er komt ruimte
voor de landing van de herfst
het jaar sterft een eerste keer
aan voorbij zijn, op de patio van hun afscheid
bergen de reizigers de avondzon in hun koffers
met het heimwee van hun aarzeling
verliezen ze hun keuze
tussen thuis en horizon

 

Roel Richelieu Van Londersele (Ninove, 30 juni 1952) De Koepoort in Ninove.

 

De Engelse dichter Philip Larkin werd op 9 augustus 1922 geboren in Coventry. Zie ook alle tags voor Philip Larkin op dit blog.

 

Praten in bed

Praten in bed zou het gemakkelijkst moeten zijn,
Daar samen liggen gaat zo ver terug,
Een symbool van twee mensen die eerlijk zijn.
Toch verstrijkt de tijd meer en meer stil.
Buiten bouwt en verspreidt de onvolledige onrust
Van de wind wolken in de lucht,
En donkere steden hopen zich op aan de horizon.
Niets van dit al geeft om ons. Niets toont waarom
Op deze unieke afstand van isolatie
Het nog moeilijker wordt woorden te vinden
Woorden tegelijk waar en vriendelijk,
Of niet onwaar en niet onvriendelijk.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Philip Larkin (9 augustus 1922 – 2 december 1985) Stanbeeld in Hull

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 10e augustus ook mijn blog van 10 augustus 2019 en ook mijn blog van 10 augustus 2017 en ook mijn blog van 10 augustus 2014 deel 2 en eveneens deel 3.

Saundra Rose Maley, Philip Larkin

 

Dolce far niente

 

Summer Porch Blues door Candace Lovely

 

First Blues

That summer night
Was hot
Steaming like a crab
Luscious under the shell

Televisions gone bleary
Blinked
In front of men
In undershirts drinking beer

Wives upstairs took showers
Caught
A glimpse of their backs
In hallway mirrors

I sat in the dark
Invisible
On the backporch
Drinking in the night

And it tasted good
So good
Going down
And somebody like me

Blew night through an alto sax
Blew and blew
His cooling breath
His hot cool breath on me—

And I came alive
Glowing
In the dark
Listening like a fool

 

Vertaald door Saundra Rose Maley

 

De Engelse dichter Philip Larkin werd op 9 augustus 1922 geboren in Coventry. Zie ook alle tags voor Philip Larkin op dit blog

 

De maaier

De maaier sloeg af, tweemaal; knielend, vond ik
Een egel geklemd tegen de messen,
Gedood. Hij had in het lange gras gezeten.

Ik had hem eerder gezien en zelfs gevoerd, ooit.
Nu had ik zijn onopvallende wereld verscheurd,
Onveranderlijk. Begraven zou niet helpen:

De volgende ochtend stond ik op en hij niet.
De eerste dag na een overlijden, is de nieuwe afwezigheid
Altijd hetzelfde; we moeten zuinig zijn

Op elkaar, we moeten aardig zijn
Zolang er nog tijd is.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Philip Larkin (9 augustus 1922 – 2 december 1985) Portret door Humphrey Ocean, 1984

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 9e augustus ook mijn blog van 9 augustus 2019 en ook mijn blog van 9 augustus 2017 en ook mijn blog van 9 augustus 2015 deel 2.

Jostein Gaarder, Philip Larkin

De Noorse schrijver Jostein Gaarder werd geboren op 8 augustus 1952 in Oslo. Zie ook alle tags voor Jostein Gaarder op dit blog.

Uit: De Wereld van Sofie (Vertaald door Janke Klok)

´Sofie ontving nu een grotere brief met daarop vermeld: “Filosofiecursus”. Wat is filosofie? De een houdt van sport, de ander niet. De een van lezen, de ander niet. De een leest romans, de ander alleen de krant. We zijn allemaal verschillend. Wat is het belangrijkste in het leven? Iemand die honger heeft zegt “eten”, iemand die het koud heeft zegt “warmte”, en iemand die eenzaam is zegt “aandacht”. Filosofen vinden dat naast aandacht, eten en warmte, we ook antwoord moeten vinden op de vraag wie we zijn en waarom we leven. Alle culturen hebben zich al met die vraag bezig gehouden. De geschiedenis laat wel verschillende antwoorden zien. Maar het is moeilijker om filosofische vragen te stellen dan deze te beantwoorden. Ieder moet z’n eigen antwoorden vinden. Je kunt niet in een encyclopedie vinden of God bestaat, of er een leven is na de dood. Maar door te lezen over wat andere mensen gedacht hebben, kunnen we wel onze eigen mening over het leven vormen. De wetenschap heeft al veel raadsels opgelost. Zoals hoe de achterkant van de maan eruit ziet. Sofie ontvangt de volgende brief: “Het enige wat we nodig hebben is het vermogen om ons te verwonderen”. Kleine kinderen doen dat van nature, verwonderen. Met de jaren neemt dat af. Alles
wordt een gewoonte. Stel: mama staat met de rug naar vader en Thomas, hun kleine kind. Plots gaat vader vliegen boven z’n stoel. Thomas zegt: “Papa vliegt”. Hij verwondert zich, maar doet dat zo vaak op een dag, en gaat weer verder spelen. Mama draait zich om en verschrikt hevig. Zij heeft geleerd dat mensen niet vliegen. Alles went in het leven. Filosofen hebben dus de eigenschap met kleine kinderen gemeen dat ze zich blijven verwonderen, dat de wereld nooit ‘gewoon’ wordt´

 

Jostein Gaarder (Oslo, 8 augustus 1952)

 

De Engelse dichter Philip Larkin werd op 9 augustus 1922 geboren in Coventry. Zie ook alle tags voor Philip Larkin op dit blog

 

Middagen

De zomer vervliegt:
De bladeren vallen solo of met z’n tweeën
Van bomen die grenzen
Aan het nieuwe recreatieterrein.
In de holtes van middagen
Komen jonge moeders bijeen
Bij schommel en zandbak
En laten hun kinderen gaan.

Achter hen, met tussenpozen,
Staan echtgenoten met ambachten,
Een domein vol wasgoed,
En de albums, met de belettering
Onze bruiloft, liggen
Bij de televisie:
Voor hen de wind; die verpest
Hun ontmoetingsplaatsen

Dat zijn nog steeds ontmoetingsplaatsen
(Maar de geliefden zijn allemaal op school),
En hun kinderen, zo gericht op
Het vinden van meer onrijpe eikels,
Verwachten naar huis te worden gebracht.
Hun schoonheid is ingedikt.
Iets duwt hen
Naar de zijkant van hun eigen leven.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Philip Larkin (9 augustus 1922 – 2 december 1985)

 

Zie voor meer schrijvers van de 8e augustus ook mijn blog van 8 augustus 2019 en ook mijn blog van 8 augustus 2017 en ook mijn blog van 8 augustus 2015 deel 2.

Pablo Neruda, Martin Piekar

 

Dolce far niente

 

Lazybones door Liz Gribin, z.j.

 

Lazybones

They will continue wandering,
these things of steel among the stars,
and worn out men will still go up
to brutalise the placid moon.
There, they will found their pharmacies.

In this time of the swollen grape,
the wine begins to come to life
between the sea and the mountain ranges.

In Chile now, cherries are dancing,
the dark, secretive girls are singing,
and in guitars, water is shining.

The sun is touching every door
and making wonder of the wheat.

The first wine is pink in colour,
is sweet with the sweetness of a child,
the second wine is able-bodied,
strong like the voice of a sailor,
the third wine is a topaz, is
a poppy and a fire in one.

My house has both the sea and the earth,
my woman has great eyes
the colour of wild hazelnut,
when night comes down , the sea
puts on a dress of white and green,
and later the moon in the spindrift foam
dreams like a sea-green girl.

I have no wish to change my planet.


Vertaald door Alastair Reid

 

Pablo Neruda (12 juli 1904 – 23 september 1973) Plaza de Armas in Parral, de geboorteplaats van Pablo Neruda

 

De Duits-Poolse dichter Martin Piekar werd geboren op 5 augustus 1990 in Bad Soden am Taunus. Zie ook alle tags voor Martin Piekar op dit blog.

Centraal Station
Wiesbaden

I.

Definitie: remix van tijden.
Kaiserspoor en ik
we schrijven allebei geschiedenis
of gedichten. in treinen
zit het heimwee, zit
weg-
gedoken. Hier lijkt het ziek
en koortsig – strepen
als scheuren en mijn vervelling
zit er nog in. beide
zijn vandaag dieper
verankerd. Een vriend die
in een tehuis trok, trok me mee –
het was zijn eerste voor en niet
tegen hem.
Ik trok mijn huid hier uit
en kreeg vrienden. Tieners
getuigen van mythen, getuigen
van vreemdvergane geschiedenissen.
maar de eigen geschiedenis
is niet voorbij gegaan
zij gaat voorbij, zij
gaat altijd voorbij.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Martin Piekar(Bad Soden am Taunus, 5 augustus 1990)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 7e augustus ook mijn blog van 7 augustus 2019 en ook mijn blog van 7 augustus 2017 en ook mijn blog van 7 augustus 2011 deel 1 en ook deel 2.

Kjell Westö, Martin Piekar

De Finse schrijver Kjell Westö werd geboren op 6 augustus 1961 in Helsinki. Zie ook alle tags voor Kjell Westö op dit blog.

Uit: De zwavelgele hemel (Vertaald door Clementine Luijten)

“Toch voelde ik me gevleid door Linda’s woorden, en het gesprek eindigde ermee dat ik beloofde met Alex te praten en zou informeren of hij Klasu niet een beetje kon ontlasten. Daarna hing ik op, en door mijn hoofd tolden gedachten over Henry Vogts smadelijke dood in Fuengirola, Linda’s doctoraalscriptie over de betekenis van het religieuze erfgoed voor het expressionisme van Sallinen en Ruokokoski en haar berustende genegenheid waar het Pirkko’s bonte kleding en uitgestippelde leventje betrof. Toen ik naar bed ging piekerde ik nog steeds, en ik kwam tot de conclusie dat Linda zich sowieso niet in het krachtveld van winstbejag en strijd om status zou moeten bevinden. Toen op maandagochtend de telefoon ging was ik er daarom van overtuigd dat het Linda was die net zo intensief had nagedacht als ik en nog eens wilde praten. Maar toen ik de hoorn opnam en mijn naam zei wachtte me een lange, onbehaaglijke stilte. In de pauzes tussen mijn hallo? hallo? met wie spreek ik? hoorde ik de lijn kraken en het knersen en ratelen van een tram die de bocht nam. Net toen ik wilde ophangen klonk er een iele, beetje zeurende oudemannenstem, zo heel anders dan de autoritaire toon die ik ooit had gekend: Met Per-Olof Rabell. De opa van Stella en Alex. Ik moest snel mijn gedachten ordenen. Hoe is het, Poa? wist ik uit te brengen. waar bel je vandaan? Ik ben weer opgenomen in het Eira-ziekenhuis, antwoordde hij. Voel me niet echt geweldig. Maar ze zeggen nu al zo lang dat ik dood zal gaan dat ik ze niet meer geloof. Poa overleefde al meer dan drie jaar sinds zijn doodvonnis. Dat was langer dan welke arts ook ooit had verwacht. Dat is vervelend om te horen, zei ik. Ik wou dat er een geneesmiddel was. Ik voelde me niet helemaal eerlijk toen ik dat zei. En het kan zijn dat Poa iets in mijn stem hoorde, want hij zei zonder omwegen: Ik bel omdat ik je om vergeving wil vragen. Ik mocht je niet, en ik vind je nog steeds een rotte appel en heb een enorme hekel aan je. Maar ik ben niet altijd correct tegen je geweest en daarvoor moet ik je mijn excuses aanbieden. Ik heb jou ook nooit gemogen, had ik willen zeggen. Maar dat zeg je niet tegen een stervende, dus liet ik het achterwege. Het geeft niet, zei ik daarom maar. Je hoeft geen excuses aan te bieden. Ik begrijp dat je verbaasd bent, zei Poa stijfjes. Maar het is belangrijk je correct te gedragen.”

 

Kjell Westö (Helsinki, 6 augustus 1961)

 

De Duits-Poolse dichter Martin Piekar werd geboren op 5 augustus 1990 in Bad Soden am Taunus. Zie ook alle tags voor Martin Piekar op dit blog.

 

Centraal station Frankfurt am Main III

III

Ik vraag een orkaan. spoedig.
Ik vraag me een paar
Honderd kilometer boven je antwoord.
Mogelijkheden in tempodwang.
Pseudo-sporen in de geest verweerd .

Raamkozijnen projecteren landschappen
Als vestibule. voorbijsnellend terrein
Niet te stoppen in mijn ogen. momenteel
Zonder referentiepunt. one-way. – als niets
Bestemd is tot wachten. Reiswildernis.

Vragen als wonden. die
Niet sluiten. en in de paar
Honderd kilometer zal ik
Jou niet vragen omdat het
Wond gedacht is. uitgevraagd naar huis.

Hier, daar wacht altijd
Een vrouw – nee niet meer moeder
– een vrouw,
Die mijn hoofd vast te houden
Weet.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Martin Piekar (Bad Soden am Taunus, 5 augustus 1990)

 

Zie voor de schrijvers van de 6e augustus ook mijn blog van 6 augustus 2019 en ook mijn blog van 6 augustus 2017 en mijn blog van 6 augustus 2016 en ook mijn blog van 6 augustus 2015 en ook mijn blog van 6 augustus 2011 deel 1 en eveneens deel 2 en ook deel 3.

Martin Piekar

De Duits-Poolse dichter Martin Piekar werd geboren op 5 augustus 1990 in Bad Soden am Taunus. Zie ook alle tags voor Martin Piekar op dit blog.

Hauptbahnhof Frankfurt am Main II

II

Rockupy Menschenmenge, verwiesen
In naive Gehörgänge. Friede,
Ist die Isolation,
In Kauf zu nehmen.
Während Tauben
Einen unterhalten. An der Architektur
Rinnt Wort für mich für Wort,
Gärt nicht an mir. Vergesse

Vergiss es, was du hören wolltest
Hat keine Verspätung, es bekommt
Keinen Einlass in die Gewitter-
Kulisse: Rockupy-Kabel-Camp.
Werbung
Als eigens fluktuierendes Element
Zwischen Schultern.
Wie Fensterglas
Stecke ich viskos in Reisen fest;
An seinem MP3-Player
Verklebt jeder zwischen Schienen.

 

Hauptbahnhof Frankfurt am Main III

III

Ich frage einen Orkan. zügig.
Ich frage mich ein paar
Hundert Kilometer über deine Antwort.
Möglichkeiten im Zugzwang.
Pseudofährten im Verstand gewittert.

Fensterrahmen projizieren Landschaften
Als Vestibül. vorbeihastendes Terrain
Haltlos in meinen Augen. derzeitig
Ohne Anhaltspunkt. one-way.– wenn nichts
Bestimmt ist zu harren. Reiseödnis.

Fragen wie Wunden. die sich
Nicht schließen. und in den paar
Hundert Kilometern werde ich
Dich nicht fragen. weil es
Wundgedacht ist. ausgefragt nach Hause.

Hier, dort wartet immer
Eine Frau – nein nicht mehr Mutter
– eine Frau,
Die meinen Kopf zu halten
Versteht.

 

Centraal Station Frankfurt am Main II

II

Rockupy mensenmenigte doorverwezen
Naar naïeve gehoorgangen. Vrede,
Is het isolement
Op de koop toe nemen.
Terwijl duiven
Je vermaken. Aan de architectuur
Loopt woord voor mij voor woord,
Gist niet aan mij. Vergeet

Vergeet het, wat je wilde horen
Heeft geen vertraging, het krijgt
Geen toegang tot het onweer-
Decor: Rockupy kabelkamp.
Reclame
Als specifiek fluctuerend element
Tussen schouders.
Als vensterglas
Zit ik vast in viskeuze reizen;
Aan zijn mp3-speler
Blijft iedereen tussen de rails plakken.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Martin Piekar (Bad Soden am Taunus, 5 augustus 1990)

 

Zie voor de schrijvers van de 5e augustus ook mijn blog van 5 augustus 2019 en ook mijn blog van 5 augustus 2016 deel 1 en ook deel 2.

Rutger Kopland, Martin Piekar

De Nederlandse dichter en schrijver Rutger Kopland (eig. Rutger Hendrik van den Hoofdakker) werd geboren in Goor op 4 augustus 1934. Zie ook mijn blog van 4 augustus 2010 en ook alle tags voor Rutger Kopland op dit blog.

 

Er moeten toch mensen wonen

Er moeten toch mensen wonen, ik luister,
en herinner mij dit huis, de lege eierschalen,
de koude resten thee, de waaiende gordijnen,
op het tafellaken grijze stront van vogeltjes,

Oh, goede morgen, als kabouters in zachte
pyjama’s gaan de geluiden door het huis, de
eerste Clementi, de kranen, de fluit van
het kokende water. Geluk is langzaam naar

beneden gaan en daar zitten wachten
op stappen, tussen muren bedekt
met tekeningen: vaders, moeders,

kinderen, tafel, huis, voorgoed
aan het ontbijt. En ik
was één van hen.

 

Wie

Wie zal de vriend zijn van mijn vriendin,
de baas voor mijn hond, het kind in mijn jeugd,
de oude man bij mijn dood, wie zal dat zijn als
ik het niet ben? Jij? Ach kom, jij bent niets

dan twee ogen, die zien wat ze zien, jij
bent niets dan het uitzicht: een zon schijnt,
een appelboom bloeit, een stoel staat in
het gras; vreugde, verdriet, weet jij veel,

uitzicht. maar wie zal mijn liefste grijs en
ziek laten worden, er voor zorgen dat de hond
jankt, het kind huilt, en de dood komt? Wie
zal de appelboom laten verkommeren, de stoel
voorgoed laten staan in de regen? Iemand toch
zal toe moeten zien dat alles voorbij gaat.

 

Tegen het krakende hek

Zo stonden wij tegen het krakende hek,
zo buiten de wereld als paarden.

Het was weer aarde, gier en soir de
paris, een avond van waar en wanneer.

In mij kwamen vergeten regels omhoog,
zachte op nacht rijmende landerijen,

maar jij fluisterde: hier, hier is het
het fijnste, waar je nu bent, waar je nu

bent met je handen. Zo lagen we tegen
de aarde en tegen elkaar, terwijl het hek

kraakte tegen de opdringende paarden.

 

Rutger Kopland (4 augustus 1934 – 11 juli 2012) Portret door Trudy Kramer, 2002

 

De Duits-Poolse dichter Martin Piekar werd geboren op 5 augustus 1990 in Bad Soden am Taunus. Zie ook alle tags voor Martin Piekar op dit blog.

 

Centraal Station Frankfurt am Main I

I.

Mijn perspectieven eindigen daar
De moeder van mijn treinstations
Wat hier ontsproot, kwam altijd terug
Naar of met mij (altijd heeft
Een blind quotum, maar een quotum)
A million faces, each a million lies
Schreef ik in de ICE, dan komen
De bruggen, de boten, ik geloof
Dat je altijd in een cirkel rijdt – bijna
Geometrisch – ik zweer het
Bij al mijn fetisjen: Frankfurt
Spiegelt zich niet in de Main
De rivier spiegelt zich hier in de stad

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Martin Piekar (Bad Soden am Taunus, 5 augustus 1990)

 

Zie voor de schrijvers van de 4e augustus ook mijn blog van 4 augustus 2019 en ook mijn blog van 4 augustus 2017 en ook mijn blog van 4 augustus 2013 en mijn blog van 4 augustus 2011 deel 1 en ook deel 2 en eveneens deel 3 en mijn blog over Robert Beck.