A. Roland Holst Prijs 2012 voor Jacob Groot

A. Roland Holst Prijs 2012 voor Jacob Groot

De Stichting A. Roland Holst Fonds in Bergen heeft haar driejaarlijkse oeuvreprijs voor poëzie toegekend aan Jacob Groot. De Nederlandse dichter en schrijver Jacob Groot werd geboren op 5 juli 1947 in Venhuizen (West-Friesland). Zie ook mijn blog van 5 juli 2011. Voor de poëzieprijs werd het bestuur van de stichting geadviseerd door een jury bestaande uit Odile Heynders, Huub Beurskens en voorzitter Wiel Kusters. De uitreiking van beide prijzen vindt plaats op 12 mei 2012 in de Ruïnekerk te Bergen. Bij die gelegenheid zal de dichteres Hester Knibbe de A. Roland Holst-lezing houden.

 

Tramlijn Begeerte

Zo gaat het: je hoort een deur bonzen en de schelp van de ruimte
bruist open; de werkelijkheid schampt langs en laat een lege weg
achter zich heel, terwijl je geschiedenis schroeit er vol van dicht
maar de uitspraak wandelt verder omdat je lippen dat afspraken

Zo hoort het: de natuur opent je blad na blad zoals een leerboek
bladert je door tot je dichtgaat onder de avondwijdte, de noordelijke
kroon brandt op je hoofd en je vrucht wil dragen de wind, de Bora
het liefst, of de Harmattan, met hun messen die snijden in het brood

van het donker en geboren worden dan je zaden, de naakten die je kleden,
van de kosmos een zoon, kosmetisch, zoneloos, gemorst als korstmos
langs een rotsblok in een atlas die je leest om te reizen: van de dorpsweg

naar de tramway, vanwaar een twijg loopt uit een steel tot de afdruk
in de tijd dat je waaide, je wiel van spaken, die langzaam smelten door
de drukke lucht, waarin je hoopt, bij de stam, te sterven als geen ander.

 

Bezichtiging der landerijen

Wij hebben een mooi witstenen huis,
maar we zijn nooit thuis.

We rijden in mijn houten wagen
door de dageraad,
langs wat getoverd werd uit zaad
in het land dat ik ontgang.

Stop bij een bron:
de wielen branden in de zon.

Wil je nog beter zien
wat ik met jou begon,
dan stappen we in mijn luchtballon.



Jacob Groot (Venhuizen, 5 juli 1947)

John Coetzee, Thomas Bernhard, Brendan Behan, Geerten Gossaert, Jacques Schreurs, Rainer Maria Gerhardt

De Zuidafrikaanse schrijver John Maxwell Coetzee werd geboren op 9 februari 1940 in Kaapstad. Zie ook alle tags voor John Coetzee op dit blog.

 

Uit: Dierenleven (Vertaald door Joop van Helmond en Frans van der Wiel)

“Hij staat bij de uitgang te wachten als haar vlucht binnenkomt. Er zijn twee jaar verstreken sinds hij zijn moeder voor het laatst heeft gezien: onwillekeurig schrikt hij dat ze zo oud is geworden. Haar haar, waarin grijze pieken zaten, is nu helemaal wit; haar schouders zijn gekromd; haar vlees is slap geworden. Ze zijn nooit een uitbundige familie geweest.
Een omarming, een paar gemompelde woorden en de begroeting is afgehandeld. Zwijgend volgen ze de stroom reizigers naar de bagagehal, halen haar koffer op en vangen de anderhalf uur durende autorit aan.
‘Een lange vlucht,’ merkt hij op. ‘Je zult wel doodmoe zijn.’
‘Ik zou zo kunnen slapen,’ zegt ze, en inderdaad valt ze onderweg even in slaap, met haar hoofd tegen het raam gezakt.
Om zes uur, bij invallend donker, stoppen ze voor zijn huis in de voorstad Waltham. Zijn vrouw Norma en de kinderen verschijnen op de veranda. In een demonstratie van genegenheid, die haar grote moeite moet kosten, spreidt Norma haar armen uit en zegt: ‘Elizabeth!’ De twee vrouwen omhelzen elkaar; daarna volgen de kinderen haar voorbeeld, welopgevoed, meer ingehouden.

Elizabeth Costello de romanschrijfster zal tijdens haar driedaagse bezoek aan de universiteit van Appleton bij hen logeren. Hij ziet tegen die paar dagen op. Zijn vrouw en zijn moeder kunnen niet met elkaar overweg. Het zou beter zijn als ze in een hotel logeerde, maar hij kan zich er niet toe brengen dat voor te stellen. De vijandelijkheden worden bijna onmiddellijk hervat. Norma heeft een licht avondmaal klaargemaakt. Zijn moeder ziet dat er maar voor drie is gedekt.”

 

John Coetzee (Kaapstad, 9 februari 1940)

Lees verder “John Coetzee, Thomas Bernhard, Brendan Behan, Geerten Gossaert, Jacques Schreurs, Rainer Maria Gerhardt”

Alice Walker, Alina Reyes, Amy Lowell, Natsume Soseki, Herman Pieter de Boer, Maurits Sabbe

De Amerikaanse schrijfster en feministe Alice Malsenior Walker werd geboren op 9 februari 1944 in Eatonton, Georgia Zie ook alle tags voor Alice Walker op dit blog.

 

Uit: Possessing the Secret of Joy

„Negro women, said the doctor, are considered the most difficult of all people to be effectively analyzed. Do you know why?
Since I was not a Negro woman I hesitated before hazarding an answer. I felt negated by the realization that even my psychiatrist could not see I was African. That to him all black people were Negroes.
I had been coming to see him now for several months. Some days I talked; some days I did not. There was a primary school across the street from his office. I would listen to the faint sound of the children playing and often forget where I was, forget why I was there.

He’d been taken aback by the fact that I had only one child. He thought this unusual for a colored woman, married or unmarried. Your people like lots of kids, he allowed.
But how could I talk to this stranger of my lost children? And of how they were lost? One was left speechless by all such a person couldn’t know.
Negro women, the doctor says into my silence, can never be analyzed effectively because they can never bring themselves to blame their mothers.
Blame them for what? I asked.
Blame them for anything, said he.
It is quite a new thought. And, surprisingly, sets off a kind of explosion in the soft, dense cotton wool of my mind.
But I do not say anything. Those bark-hard, ashen heels trudge before me on the path. The dress above them barely clothing, a piece of rag. The basket of groundnuts suspended from a strap that fits a groove that has been worn into her forehead. When she lifts the basket down, the groove in her forehead remains. On Sundays she will wear her scarf low in an attempt to conceal it. African women like my mother give harsh meaning to the expression “furrowed brow.”
Still, the basket itself is lovely and well made, with a red and ochre “sisters elbow” design that no one weaves more neatly than she. That is all I care to think about. But not all that I will.
I did not carry you to term, she has told me, because one day when I was coming back from bathing I was frightened by a leopard. She was acting strangely, and charged me.“

Alice Walker (Eatonton, 9 februari 1944)

Lees verder “Alice Walker, Alina Reyes, Amy Lowell, Natsume Soseki, Herman Pieter de Boer, Maurits Sabbe”