Ilja Leonard Pfeijffer, Sascha Kokot

De Nederlandse dichter en schrijver Ilja Leonard Pfeijffer werd geboren op 17 janauari 1968 in Rijswijk. Zie ook alle tags voor Ilja Leonard Pfeijffer op dit blog.

Uit: Alkibiades

“Ik heb reden om te geloven dat mijn bestaan als zodanig in bepaalde kringen een probleem is gaan vormen en een moordenaar is in deze tijden niet moeilijk te vinden. Maar nog erger dan beticht te worden van lichthartigheid, waarmee ik mijn eigen leven in gevaar breng, zou het zijn om beschuldigd te worden van lafheid en ik vraag jullie het te willen zien als een teken van mijn oprechtheid als ik jullie zeg dat ik mij in het land van Phrygië bevind. Ik heb in afwachting van de beslissende fase in de uitvoering van mijn plan voorlopig mijn intrek genomen in een onbeduidend stadje dat in het Grieks de naam Melissa draagt en ik beschouw het als een goed voorteken dat die naam verwijst naar bijen, die, zoals de oude verhalen beweren, dichters honing in de mond leggen om hun woorden zoetgevooisd te maken. Hoewel ik geen dichter ben en hoewel het verre van mij staat te willen verleiden met zoete woorden, kan ik, mede gezien het feit dat ik vaardiger ben met het zwaard dan met de rietstengel, de hulp van de bijen goed gebruiken om de opgave die ik mijzelf heb gesteld tot een goed einde te brengen en voor eens en voor altijd definitief en naar waarheid op schrift te stellen welke overwegingen, besluiten en ontwikkelingen mij hier hebben gebracht in het holst van het Perzische Rijk en verder weg van Athene dan een Atheens hart verdragen kan.
Melissa ligt niet ver ten noorden van de trotse stad Kelainai, die is gebouwd rond de heilige, met riet omzoomde bron van de rivier de Maiandros, die tussen Priene en Myous uitmondt in de Golf van Ikaros, tegenover de Ionische stad Milete, die slechts tien stadia van de riviermond is verwijderd. Kelainai is een van de belangrijkste pleisterplaatsen aan de Perzische Koningsweg, waarlangs de legers van Xerxes marcheerden om Hellas binnen te vallen. Na de nederlaag bij Salamis heeft Xerxes aan de voet van de bovenstad van Kelainai een paleis laten bouwen. Kyros heeft dat paleis onlangs uitgebreid en omzoomd met een park vol wilde dieren, geïmporteerd uit Azië en Afrika en daar losgelaten voor de jacht, dat hij zijn paradijs noemt. Wanneer de tijd rijp is, zal ik op voorspraak van de Phrygische satraap Pharnabazos, de zoon van Pharnakes, door de poorten van Kelainai gaan om de grote koning, koning der koningen, Artaxerxes, de zoon van Dareios, de zoon van Artaxerxes, de zoon van Xerxes, de zoon van Dareios, de zoon van Hystaspes, de Achaimenide, eindelijk te ontmoeten.
Daar bij de bron van de Maiandros vond het duel plaats tussen de god Apollo en de satyr Marsyas. Ik heb de enige man die mij met schaamte kan vervullen wel eens met Marsyas vergeleken.”

 


Ilja Leonard Pfeijffer (Rijswijk, 17 janauari 1968)

 

De Duitse dichter, schrijver en fotograaf Sascha Kokot werd geboren op 18 januari 1982 in Osterburg. Zie ook alle tags voor Sascha Kokot op dit blog.

 

de winter weeft ijverig een ijzige doek
tussen mijn raamkozijnen geen handbreedte
voor het temperatuurverloop is de verf
al sinds de vorige huurder nauwelijks genoeg vanaf
de weg sijpelt het asgerommel zonder
de kou van deze dagen was ik liever een
behaard dier op de sporen in het park vlak boven
het dek tussen alle sneeuwpoppen
de gele terreingrenzen van jonge gezinnen de
takken van voorgaande jaren val ik nog altijd
aan jouw gefluit ten prooi ver weg blijf je alleen
van mij

 

Vertaald door Frans Roumen

 


Sascha Kokot (Osterburg, 18 januari 1982)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 17e januari ook mijn blog van 17 januari 2019, mijn blog van 17 januari 2017 en ook mijn blog van 17 januari 2016 deel 1 en deel 2 en eveneens deel 3.

Antoine Wauters, Sascha Kokot

De Belgische dichter en schrijver Antoine Wauters werd op 15 januari 1981 geboren in Luik. Zie ook alle tags voor Antoine Wauters op dit blog.

Uit: Mahmoed of het wassende water (Vertaald door Katelijne De Vuyst)

Helemaal beneden de minaret van de grote moskee.
Ik cirkel eromheen.
Het is zo mooi!
Vissen.
Andere algen, gezwollen als het haar van de doden.
De groengouden lichtbaan van mijn zaklamp.
En hoger, als een insectenvleugel in de wind,
mijn sloepje dat schommelt, mijn houten barquette.
Zonder de zon te vergeten, die me, zelfs hier, blijft
achtervolgen.
Mijn moedervlek doet zeer, maar hier
vermoeien de dingen me niet meer.
Ik voel me goed.
Het is geen fysieke afstand. Het is de tijd.
10
Ik bereik wat verloren ging.
Ik bereik de verloren tijd.
Op het terras van café Farah zoek ik naar een vrije tafel,
maar vind alleen vissen, hele scholen.
Ze staren me even aan, voor ze verzwinden.
Ik zwem terug naar de sloep.
Ik red een vlinder.
Alles is er nog.
Ik haal adem.
Sommige dagen heb ik de kracht niet
om te duiken.
De wind van de spijt waait te hard en zittend met mijn rug
naar de gevechten denk ik aan mijn jaren in de gevangenis,
en begrijp mijn kinderen, die de wapens hebben opgenomen
en ten strijde zijn getrokken.
Even ben ik van plan ook te gaan vechten.
Ik neem het me voor.
Ik bloos ervan.
Daarna begrijp ik dat er geen vijanden meer zijn.

 


Antoine Wauters (Luik, 15 januari 1981)

 

De Duitse dichter, schrijver en fotograaf Sascha Kokot werd geboren op 18 januari 1982 in Osterburg. Zie ook alle tags voor Sascha Kokot op dit blog.

 

ook als de vrouw al lang weg is
klinkt nog steeds het avondprogramma
het heeft zich veel te luid ingebrand
en sijpelt door het plafond op ons neer
waar we in onszelf naar de slaap grijpen
de dagen uit onze vacht strijken
kunnen we ze nog heel lang volgen
de reportages, studio’s en moordenaars
voordat ze na middernacht van de stroom
worden afgesneden en wij achterblijven
in onze nachtelijke onrust die langzaam
ontwaakt in oude stilte

 

Vertaald door Frans Roumen

 


Sascha Kokot (Osterburg, 18 januari 1982)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 15e januari ook mijn blog van 15 januari 2019 en ook  mijn blog van 15 januari 2017 deel 2 en eveneens deel 3.

J. Bernlef, Sascha Kokot

De Nederlandse schrijver en dichter J. Bernlef werd geboren op 14 januari 1937 in Sint Pancras. Zie ook alle tags voor J. Bernlef op dit blog.

 

Bekoorlijk

tenminste voor mij
is te zien hoe of iemand struikelt
zich vergist na hard hollen de
tram mist of iets anders

misschien omdat syncopen eigenlijk
lege plekken zijn tussen de maat
en wat er op straat gebeurt

een soort van onhandig gescharrel
dat de melodie vacant laat
dat die melodie dus wel vaststaat
maar de maat even niet nu

 

Het laatste rechte eind

het evenwicht
ligt achterin de nekwervels
gestrekt voor
het laatste rechte eind-subtiel

verankerd aan iemand die
eenmaal op de grond
licht en onooglijk lijkt: de jockey
kompasnaald

nerveus-attent verschuift
zijn dunne strakgespannen billen
winnen is belangrijk
snelheid gegeven balans alles

ieder paard raakt wel
eens uit cadans
de jockey voelt dat aan
en corrigeert met zijn gewicht

’t valt niet te leren
een paard praat weinig
heeft een goed geheugen
en een hekel aan straf

wat is het dan? intuïtie?
het vermogen iemands fouten
te voorzien voordat zij
fouten…

de grens tussen paard
en berijder
vervlogen in hun bijna
onbeteugelde stijl

 

Schittering

Verlegen maakt iemand
op zijn mooist, siert hem
van binnen

Verstrikt in aarzelingen
houdt hij het schichtig
voor gezien

Trilt hij van twijfel of
is het inspanning zijn
hand niet te laten vangen
door gebaar, zijn mond door woord?

Door afwezigheid
schittert hij even

Dan kiest hij opnieuw zijn naam
en stelt zich handenschuddend voor.

 


J. Bernlef (14 januari 1937 – 29 oktober 2012)

 

De Duitse dichter, schrijver en fotograaf Sascha Kokot werd geboren op 18 januari 1982 in Osterburg. Zie ook alle tags voor Sascha Kokot op dit blog.

 

ik hoor de storm aan de stad rukken

ik hoor de storm aan de stad rukken
zich op het balkon hiertegenover kaal en helder afstemmen
kuilen en straten bedekken onder een grijze grinddeken
in de laatste lichtkegel trekt hij blindelings zijn kringen
daarachter verstoppen dieren zich om in te dommelen
je kijkt uit naar dit braakland
tussen scheuren en roest zoek je naar sporen
ze drijven met je onder de binnenplaats rond
duwen je verder weg van het taalstruikgewas
dat je met mij als op bezoek hebt gedeeld
daar koelen nog woorden af losjes verspreid
naast je naam voor mij volkomen onleesbaar

 

Vertaald door Frans Roumen

 


Sascha Kokot (Osterburg, 18 januari 1982)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 14e januari ook mijn blog van 14 januari 2019 en eveneens mijn blog van 14 januari 2018 deel 2.

Bas Heijne, Nora Bossong

De Nederlandse schrijver, essayist, columnist en vertaler Bas Heijne werd geboren op 9 januari 1960 in Nijmegen. Zie ook alle tags voor Bas Heijne op dit blog.

Uit: Albert Camus . Een Hogere liefde

“Het nieuws kwam onverwacht, maar toen Albert Camus in 1957 op 44-jarige leeftijd de Nobelprijs voor Literatuur werd toegekend, zagen zijn vijanden – hij had er veel – hun vooroordelen jegens hem alleen maar bevestigd. Zie je wel, het werk van de Fransman was een verzameling humanistische dooddoeners, waarin op fraaie wijze universele waarden werden uitgedragen – helemaal zoals de Zweedse Academie het graag zag.
Maar ook zijn tegenstanders konden niet om Albert Camus (1913-1960) heen, dat was juist waarom ze zich zo druk om hem maakten – Jean-Paul Sartre voorop. Hij was de kiezel in hun schoen, confronteerde hen met hun kwade geweten. In zijn romans, essays en krantenartikelen keerde hij zich, anders dan zoveel van zijn tijdgenoten, tegen het verlangen naar absolute ideologische
waarheden. Bij hem geen sprake van blinde partijdigheid. Het slechte was nooit helemaal slecht, benadrukte hij, het goede nooit helemaal goed. Mensen waren kwetsbare wezens – en dat betekende dat je ze moest helpen waar je kon.
In zijn literaire werk had de koele ongenaakbaarheid van zijn debuutroman L’étranger (1942) en het toneelstuk Caligula (1944) snel plaatsgemaakt voor medemenselijkheid tegen de klippen op. Verzet tegen onrecht en opstand tegen onderdrukking waren noodzaak. Maar in de opstand moest altijd maatgehouden worden, de mens zelf mocht niet uit zicht raken. Het doel heiligde nooit de middelen. Zoals hij in zijn tweede brief aan zijn ‘Duitse vriend’ schrijft: ‘Wat is de mens? […] Het is die
kracht, die de tirannen en de goden uiteindelijk wegvaagt.’
Vóór de oorlog, tijdens zijn Algerijnse jaren, was Camus een blauwe maandag communist geweest, maar geen moment uit volle overtuiging; bij het eerste conflict stapte hij uit de partij. Later, in zijn lange, filosofische essay L’homme révolté (1951), brak hij zich het hoofd over de vraag waarom de totale vrijheid altijd weer in massale slachtpartijen eindigt.
Dat was tegen het zere been van radicale intellectuelen. Opstandigheid met mate! brieste de surrealist André Breton naar aanleiding van dat boek. Wanneer je de hartstocht uit de opstand haalt, schreef hij honend in een kritiek, wat blijft er dan over?
De irritatie van Breton over de beredeneerde passie van Camus werd door tijdgenoten breed gedeeld. Communisten waren woedend omdat hij het communisme met zijn heilige geloof in doelmatigheid afwees, anticommunisten waren ontstemd omdat hij weigerde alle menselijke ellende op het conto van het communisme te schrijven. Het was de vertrouwde irritatie over iemand
die weigert zich over te geven aan de roes van de emotie van het moment, die zich niet laat meeslepen door politieke abstracties, die steeds voor zijn eigen ambivalenties durft uit te komen.”

 


Bas Heijne (Nijmegen, 9 januari 1960)

 

De Duitse dichteres en schrijfster Nora Bossong werd geboren op 9 januari 1982 in Bremen. Zie ook alle tags voor Nora Bossong op dit blog.

 

Roerloze jacht

De stallen onderaan de helling, men zegt dat de haas
een marter heeft gevangen, een vos, niemand
weet het zeker: men leeft hier zelden
’s nachts. Het huis te groot
voor een huis, de mensen te rijk,
niet uit mijn tijd. Toch gaan we
gezamenlijk op jacht, door de overwoekerde
randen van ’t familie-erfgoed, geen dier
breekt het kreupelhout, geen karkas
verspreidt zijn geur als een rondspokende voorouder
tot aan de perceelsgrens. Ik denk dat
het terras alles verborgen houdt, niemand
volgt mij, hoe zouden ze ook, mijn dagen
liggen ergens anders . Alleen de zeearenden op de palen
blijven hun blik op mij richten, ik voel
hun scherpe ogen in mijn nek staren,
tot ik val, maar dat is onbelangrijk, slechts
een kortstondige verandering van het oude gebouw.

 

Vertaald door Frans Roumen

 


Nora Bossong (Bremen, 9 januari 1982)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 9e januari ook mijn blog van 9 januari 2019 en ook mijn blog van 9 januari 2016 deel 2 en eveneens deel 3.

Frans Kellendonk, Reginald Gibbons

De Nederlandse schrijver en vertaler Frans Kellendonk werd geboren in Nijmegen op 7 januari 1951. Zie ook alle tags voor Frans Kellendonk op dit blog.

Uit: Mystiek Lichaam

“Dat een dollarmiljonair meer waard is dan een guldenmiljonair was voor hem geen reden tot zorg. In Gods ogen zijn alle miljonairs gelijk. Hij vond het helemaal niet vreemd dat het moeilijker is om miljonair te worden in de Verenigde Staten of in Engeland dan in Roomse streken met hun zwakke valuta. Italië is het land van de miljonairs, zoals het ook het land is van de heiligen en de prelaten. Wat hem wel zorgen baarde was de geldontwaarding. Geldinflatie en taalinflatie waren gelijk opgegaan in het woord miljonair, vanaf het ogenblik dat het in zwang gekomen was in het oude beursgebouw aan de Rue Quincampoix te Parijs, tijdens de windhandel rond de Mississippimaatschappij toen bochelaars fortuinen verdienden door zich als schrijftafel te verhuren aan haastige speculanten. De miljonair van vandaag had drie procent minder te betekenen dan de miljonair van een jaar geleden. Het zou kunnen dat God zijn genade in steeds grotere hoeveelheden over de aarde uitstortte en dat het daardoor gemakkelijker werd om te worden uitverkoren, maar wanneer Gijselhart de prijsindexcijfers bestudeerde las hij daaruit vooral af dat de mens tot alle kwaad geneigd is en voor de zekerheid paste hij een inflatiecorrectie toe op zijn definitie van het begrip miljonair, waarbij hij het jubeljaar van zijn eigen uitverkiezing, het jaar waarin hij vijftig was geworden, op honderd procent stelde.
Van de kameel en het oog van de naald had hij nog nooit gehoord.
Een van de weinige dorpelingen met wie Gijselhart wel eens sprak was de kruidenier. In een witte jas, een hoed op zijn hoofd, stond de man achter zijn toonbank en klaagde. Hij klaagde dat hij ten gevolge van die hoed zweette op zijn schedel, waardoor hij licht kou vatte. Maar als hij geen hoed droeg had hij weer last van zweetvoeten.
‘Wat erin zit moet eruit,’ zei Gijselhart.
Hij had ook last van een muis, die in zijn magazijn de zakken met bloem en suiker kapot vrat. ‘Hij maakt één gaatje, aan de onderkant. En niet om wat er in de zak zit, dat laat hij rustig op de vloer lopen terwijl hij aan de volgende zak begint. Nee, waar het hem om gaat is me het bloed onder de nagels uit te halen en me het gekkenhuis in te pesten en mijn zaak naar de verdommenis te helpen.’ Het moest een reusachtige muis zijn, die de kruidenier zo klein kon krijgen.
De man was een zeur en toch had Gijselbert met hem te doen. Hij had dezelfde sores als deze middenstander, mét al zijn geld. Aan zijn eigen mooie getallen werd ook geknaagd, vaak waren de zes nullen van zijn miljoen ook lege zakken waaruit alle waar was weggelopen, of zeepbellen, of dressuurhoepels voor idioten, of ijzeren ballen waaraan hij zat vastgeketend, al naar gelang de soort wanhoop waartoe hij verviel wanneer hij het geloof niet had.”

 


Frans Kellendonk (7 januari 1951 – 15 februari 1990)

 

De Amerikaanse dichter, redacteur en hoogleraar Reginald Gibbons werd geboren in Houston op 7 januari 1947. Zie ook alle tags voor Reginald Gibbons op dit blog.

 

Om 12 uur

De grot-duisternis van de dikwandige kamer,
koel in de zomer, geeft soelaas
door te zeggen: Dit is de waarheid, niet het strakke
door cicades getokkelde daglicht.
Rust hier, uit de hitte – de dikke lucht wordt
bewogen door de vier
traag bewegende bladen van de ventilator; onder het huis heeft de steen
zijn voeten in diep water.
Buiten gaat zelfs de zonnegod, gekleed in dit leven
als een hagedis, abrupt
op stijve benen staan en daalt blasé af naar de schaduwen.

 

Vertaald door Frans Roumen

 


Reginald Gibbons (Houston, 7 januari 1947)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 7e januari ook mijn blog van 7 januari 2022 en ook mijn blog van 7 januari 2019 en ook mijn blog van 7 januari 2018 deel 1 en eveneens deel 2.

 

Hester Knibbe, Carl Sandburg

De Nederlandse dichteres Hester Knibbe werd geboren op 6 januari 1946 in Harderwijk. Zie ook alle tags voor Hester Knibbe op dit blog.

 

la tricoteuse

het romig licht, de huizen kennen haar
ze is hier vaak, ze hoort volmaakt
bij deze straat en bij de steen waarop

ze in zichzelf besloten zit, alsof
er buiten haar niets is, hoogstens
een wereld in volkomen evenwicht

steek voor steek maakt ze haar leven
tot geheel: een omslagdoek, een kleurig
vest, iets dat nooit afkomt – en al bijeen

een hecht en onvervreemdbaar eigen
kleed – dat nog niet past – vaststaat
dat ze niet gaat voor het haar wit

en als gegoten zit

 

abdij, vermist

hier kwam je dus, ik weet niet goed waarom
om een devotie van heel lang geleden
misschien, maar ik kan me vergissen, de ansicht
die ik vond, laat zwart-wit uitgesneden

de scherpe lijnen van de bogen zien,
de stenen stilte in de verste nissen
en hoe het licht bijt in gewijde grond

maar nergens zie ik waar jij stond –
haast zonder je te missen, vraag ik me af
waar je het beeld uitliep

 

Van heel oude mensen

[4]

het raam schermt af van wat beweegt
in deze kamer vliegt geen vogel op –
hier wordt alleen geleefd alsof
van ’s morgens vroeg tot ’s morgens vroeg

– onoverkomelijk gescheiden door een voeg
en van eenzelfde stof, is het
alsof hij onder haar vernis
eendere breekbaarheid vermoedt

het lijkt begrijpelijk dat hij er nooit naar vroeg:
alleen wat buiten leeft beweegt
hier wordt allang niets aangeroerd,
staat alle tijd al tijden stil

zo blijft het voor zo’n vraag altijd te vroeg
en wat zij van hem denkt hoeft niet gezegd;
ze kent de kamer en het uitzicht,
de bonte vogels op de kast
onder de glazen stolp die roerloos past

 


Hester Knibbe (Harderwijk, 6 januari 1946)

 

De Amerikaanse dichter Carl Sandburg werd geboren op 6 januari 1878 in Galesburg, Illinois. Zie ook alle tags voor Carl Sandburg op dit blog.

 

Kind

Het jonge kind, Christus, is eerlijk en wijs
En stelt vragen aan de oude mannen, vragen,
Gevonden onder stromend water voor alle kinderen
En gevonden onder schaduwen geworpen op stilstaand water
Door hoge bomen die naar beneden kijken, oud en knoestig.
Gevonden door de ogen van kinderen alleen, onuitgesproken,
Een zacht lied zingend in de eenzaamheid.
En het jonge kind, Christus, blijft vragen
En de oude mannen antwoorden niets en kennen alleen liefde
Voor het jonge kind. Christus, eerlijk en wijs.

 

Vertaald door Frans Roumen

 


Carl Sandburg (6 januari 1878 – 22 juli 1967)
Standbeeld in Galesburg, Illinois, de geboorteplaats van Carl Sandburg

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 6e januari ook mijn blog van 6 januari 2021 en ook mijn blog van 6 januari 2019 deel 2 en eveneens deel 3.

Peter Ghyssaert, Hasso Krull

De Vlaamse dichter Peter Ghyssaert werd geboren op 3 januari 1966 te Wilrijk. Zie ook alle tags voor Peter Ghyssaert op dit blog.

 

Heiland

In een kring van stenen zit het kind,
zijn moeder groeide ’s avonds van hem heen,
groeide weg in wolken en in wind.

Hij proeft het zout dat in zijn tong indringt,
draait op een spil van warmte heen en weer;
in alle windstreken dooft nu het vuur.

De vader blijft volledig onbekend;
de nacht begeeft zich naar het koudste uur;
hij dwaalt weg van zijn plaats als een fragment;

verbaasde kudde die hem ’s morgens vindt.

 

Diefstal

Verwisselbaar geworden door de dood
schiet hem vandaag een koningsschap te binnen.
Niemand controleert die waan;
men doet maar, ieder voor zich.
Wie denkt te kunnen staan mag dat.

Of hij is generaal geweest, en glanzend
stapelt zich bevordering op bevordering;
voor zijn moeder, één rij verder, ook
iets uitgekiend. Gepuurd uit kasten
van gestorven adel die wordt aangezogen
tegen de onderkant van de zerk.

Bijna het vacuüm van
een leeggeroofd verleden in.

 

Eminence grise

De grijze eminentie wordt wat kinds,
zoekt in het park aansluiting bij het spel,
begrijpt geen woord van wat gezegd wordt
anders dan op klank.

Hij staat paraat maar mist de bal.
Zijn laatste warmte volgt hem niet
in een rubberachtig, wijd gebaar.

Met beide knieën mild gehavend
van het grastapijt, krast hij weer op;
de wegstevende regenjas galmt van
een hol, amechtig hijgen.

Dat was plezier, al kost het levensjaren.
Van de kinderen komt hem niets na
dan spotten dat hij niet meer hoort.

 


Peter Ghyssaert (Wilrijk, 3 januari 1966)

 

De Estse dichter Hasso Krull werd geboren op 31 januari 1964 in Tallinn. Zie ook alle tags voor Hasso Krull op dit blog.

 

Karyotakis

ik zei tegen de psychiater
sprak een man aan de tafel naast ons
dat ik soms mijn depressie verlicht met wiet
toen werd de psychiater bang

toen zei ik nog tegen de psychiater
dat een zak vol wiet zes maanden lang
bij mij in de kast stond omdat ik hem niet wilde
de psychiater geloofde mij niet

Karyotakis schreef een gedicht
dat je bang maakte g
en het werd niet geloofd

dichten moet altijd negatief
de psyche beïnvloeden
en afhankelijkheid veroorzaken

 

Vertaald door Frans Roumen

 


Hasso Krull (Tallinn, 31 januari 1964)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 3e januari ook mijn blog van 3 januari 2019 en ook mijn blog van 3 januari 2017 en eveneens mijn blog van 3 januari 2016 deel 1, deel 2 en deel 3.

Nyk de Vries, Jimmy Santiago Baca

De Nederlandse dichter Nyk de Vries werd geboren in Noordbergum op 2 januari 1971. Zie ook alle tags voor Nyk de Vries op dit blog.

 

Hoeveel woorden

Hoeveel woorden hebben we nodig
om onze wereld te beschrijven?

Hoeveel wereld hebben we nodig
om onze woorden kleur te geven?

Hoe eenvormig moet het worden
voor we horen wat we missen?

Gister liep ik door het stille veld
en begreep

dat het wel tijd was

om een daad te voegen
bij het woord

 

Koortslip

Het ergste wordt altijd overschaduwd door iets dat nog weer erger is. Nadat haar been was overreden, hoorden we Hansje nooit meer over haar koortslip. Maar het gezeur zat in de familie en toen ik haar in de Alpen over de paden reed, zag ik haar hand toch weer naar haar mond gaan. Vliegensvlug dook ik naar voren en voor ik het wist kusten we elkaar, zo hevig als ik nooit eerder iemand had gekust. Een bijzonder moment, daar in die Alpen, al werd het helaas verknald. Juist op dat ogenblik keerde Jezus Christus terug op aarde.

 

LOIS LESTER

Ik ontmoette Lois Lester in 1956 en meteen begreep ik dat het een vreemde snuiter was. We liepen door het Chinese deel van de stad toen hij een dolk te voorschijn trok en die recht in zijn buik plaatste. Hij was niet dood, maar we moesten wel als gekken naar het ziekenhuis. Daar sprak ik bijna de hele avond met zuster Anna en amper twee weken later waren we getrouwd. Wat kan ik er verder over zeggen? Waarom langer wachten op je liefje als ze gewoon naast je zit?

 


Nyk de Vries (Noordbergum, 2 januari 1971)

 

De Amerikaanse dichter en schrijver Jimmy Santiago Baca werd geboren in Santa Fe, New Mexico, op 2 januari 1952. Zie ook alle tags voor Jimmy Santiago Baca op dit blog.

 

Dapper de dood in

De winter
gooit zijn grote witte schild
op de grond,
breekt dunne armen van kronkelende takken,
en huilt dan
aan de noordkant van de Black Mesa
een diep, keelachtig gelach.
Vanwege hem
moeten we ons vee verkopen
dat in de sneeuw snuffelt naar stoppels.
Nadat hij zijn hele leven
in een paar weken heeft geleefd,
loopt hij langzaam en peinzend weg,
zijn zilverstroom schild
langs takken
en over de grond slepend,
blijft hij langzaam weglopen
dapper
de dood in.

 

Vertaald door Frans Roumen

 


Jimmy Santiago Baca (Santa Fe, 2 januari 1952)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 2e januari ook mijn blog van 2 januari 2024 en ook mijn blog van 2 januari 2023 en ook mijn blog van 2 januari 2019 en ook mijn blog van 2 januari 2016 deel 2 en ook deel 3

Voor de nieuwjaarsgasten (Hugo Claus), Kenneth Patchen

 

Alle bezoekers en mede-bloggers een gelukkig Nieuwjaar!

 


De Slijpsteenmarkt in Amsterdam met het gebouw ‘Het Zeerecht’ in de winter door George Pieter Westenberg, 1817

 

 

Voor de nieuwjaarsgasten

Zal ik ze vragen? Het nieuwe jaar injagen?
Met punch en laffe lachjes? Ja, allemaal samen.
Wie? Niet die te wild zijn, niet die te tam zijn,
Niet die te veel tellen, wel die te veel vertellen,

En vooral wie op ons lijkt.
Ik zal ze met drankjes bedaren tot ze kraken.
Moeten ze zelf betalen? Drinken zij dan meer?
Kwartels? Wafels? Zal ik ook de zelfgenererende

Kikker vol gifgas vragen die in mijn doorzichtige verzen
Naar familiegeheimen raadt? En die vette proever
Die opzit als je hem een klontje contestatie geeft?
En die dwergkever die in zijn krant zo astrant

De zielsverhuizing in mijn verzen ontkent? Ah,
Niet eens zijn lijk zal ooit eens lachen!
Ik zal ze vragen. Nee, vraag jij ze, madame, want
Ik, homunculus in mijn menthollucht van vrees,

Ben als Mickey Spillane: weathered out of my own desires.
Ah, wij zullen ons allemaal samen compulsief
Naar een regelrechte rectale kanker vreten,
Wij, miniaturen eerder thuis in de heraldiek

Dan in de natuur. Ah, tegen het Nieuwe Jaar met
zijn pillen, koude, zijn wrok, allemaal samen
Vele keren “Quantanamèra” en “Yesterdays” gillen.
Ja, nog één keer, nog één keer. Zal ik ze vragen?

 


Hugo Claus (5 april 1929 – 19 maart 2008)
Brugge, de geboorteplaaats van Hugo Claus

 

Onafhankelijk van geboortedata

De Amerikaanse dichter Kenneth Patchen werd geboren op 13 december 1911 in Niles, Ohio. Zie ook alle tags voor Kenneth Patchen op dit blog

 

Bij Nieuwjaar

In de vorm van deze nacht, in ’t stille vallen
…….van sneeuw, Vader
In alles wat koud is en klein, deze kleine vogels
……en kinderen
In alles wat vanavond beweegt, de bussen
……en de geliefden, Vader
In de grote stilte van ’t land, in het lelijke lawaai
……van onze steden
In deze diepe worp van sterren, in die loopgraven
……waar de doden zijn, Vader
In al het wijde land dat wacht, en in de schepen
……op het zwarte water
In alles wat dapper is gezegd, in alles wat
……gemeen is waar dan ook ter wereld, Vader
In alles wat goed en mooi is, in elk huis
…..waar bedrog en haat zijn
In naam van hen die wachten, in het geluid
……van boze stemmen, Vader
Voordat de klokken luiden, voordat dit kleine punt in de tijd
……ons heeft voortgejaagd
Voordat dit pure moment voorbij is, voordat deze nacht
……zich omdraait naar morgen, Vader
is er dit hoge gezang in de lucht
Voor altijd dit treurige menselijke gezicht in het raam van de eeuwigheid
En daar zijn andere klokken die we zouden luiden, Vader
Andere klokken die we zouden luiden.

 


Kenneth Patchen (13 december 1911 – 8 januari 1972)

 

Zie ook alle tags voor nieuwjaar op dit blog.

Zie voor de schrijvers van de 1e januari ook mijn blog van 1 januari 2023 en ook mijn vier blogberichten van 1 januari 2019.

Oudejaarsavond (Hubert van Herreweghen), Clara Müller-Jahnke

 

Alle bezoekers en mede-bloggers een prettige jaarwisseling
……………………………………………………en een gelukkig Nieuwjaar!

 


Besneeuwd landschap met bomenlaan door George Pieter Westenberg, 1821

 

Oudejaarsavond

Met twee zitten wij in het huis te zwijgen.
Geluideloos slaan klokken aan de muur.
Schimmen van doden die uit de aarde stijgen,
gestalten glanzen in het bronzen vuur.

Hun schaduw groeit bij ’t keren van de jaren,
terwijl hun lijf vergaat onder het gras,
maar ’t beeld in ons moeten de wormen sparen, 

vannacht wordt alles weer zoals het was:

wij drinken wijn en noemen hunne namen.
’t Slaat middernacht en ieder ding
verandert weer van aanschijn. Allen samen
roepen wij nieuwjaar! O herinnering…

Op zijn kneukels zit een oud man te tellen
ook onze tijd. Hij is ’t die twaalf maal slaat.
Vergeef ons, bid voor ons, donkere gezellen,
die zwijgend rondom ons te wachten staat.

 


Hubert van Herreweghen (16 februari 1920 – 4 november 2016)
De Sint-Gaugericuskerk in Pamel, de geboorteplaats van Hubert van Herreweghen

 

De Duitse dichteres, journaliste en activiste voor vrouwenrechten Clara Müller-Jahnke werd geboren op 5 februari 1860 in Lenzen. Zie ook alle tags voor Clara Müller–Jahnke op dit blog.

 

Jaarwisseling

Op de oude grijze boom des tijds
is een bloem tot bloei gekomen,
en er gaat een knopje open.

De mensheid zucht onder eend’re last;
van haar vermoeide voorhoofd valt
‘t zweet in druppels naar de aarde.

Haar geloof droomt echter in ‘t licht:
voor hun verlangend oog uit drijft
de schemer van de nieuwe dag.

Hoe de ketting ook schuurt en drukt,
de storm der toekomst breekt hem toch, –
en elk jaar laat een schakel los.

En elke knop die openbloeit
aan de oude grijze boom des tijds,
bergt een kiem der latere vrucht.

Dus groet ik je, jij nieuwe jaar;
jij jonge knop, ga open maar
en bloei in helder rozerood!

Des vredes milde voorjaarwind
laat je volle schoot omspelen,
laat liefdes geest bevruchten jou!

En al je geuren giet nu uit, –
Omkrans met bloesemblaadjes jij
der mensheid diepe voorhoofdfrons.

In ‘t ondergaan van deze eeuw
wees jij een mooie toekomstdroom,
verwelkom jij de nieuwe tijd!

 

Vertaald door Frans Roumen

 


Clara Müller-Jahnke (5 februari 1860 – 4 november 1905)
Lenzen (Nu: Łęczno). De kerk is een monument gewijd aan de dorpelingen die in WO I zijn omgekomen. Clara Müller – Jahnke werd geboren in Lenzen

 

Zie voor de schrijvers van de 31e december ook mijn blog van 31 december 2018 deel 1 en ook deel 2 en eveneens deel 3.