Yórgos Seféris, Howard Nemerov, Martin Suter, Dee Brown, John Byrom, Saul Williams

De Griekse dichter Yórgos Seféris werd volgens de toen geldende Juliaanse kalender geboren in Smyrna (nu Izmir, in Turkije) op 29 februari 1900. Zie ook mijn blog van 19 februari 2007.

 

Fles in zee.

 

Drie rotsen, een paar armzalige dennen en een verlaten kerkje

en daarboven

begint hetzelfde landschap opnieuw als een kopie;

drie rotsen in de vorm van een poort, geroest,

een paar armzalige dennen, zwart en geel

een vierkant huisje begraven onder kalk;

en daarenboven begint hetzelfde landschap

nog vele malen trapsgewijs opnieuw

tot aan de horizon tot aan de schemerende hemel.

 

Hier hebben wij de boot verankerd om onze gebroken riemen te herstellen

om water te en te slapen.

De zee die ons verbitterde is diep en niet te peilen

en strekt zich uit in eindeloze sereniteit.

Hier tussen de steentjes hebben wij een munt gevonden

 daar hebben wij om gespeeld.

De jongste won en hij verdween.

 

Wij gingen weer aan boord met de gebroken riemen.

 

 

 

DENIAL

On the secret seashore
white like a pigeon
we thirsted at noon;
but the water was brackish.

On the golden sand
we wrote her name;
but the sea-breeze blew
and the writing vanished.

With what spirit, what heart,
what desire and passion
we lived our life: a mistake!
So we changed our life..

 

 

Engelse vertaling door Edmund Keeley en Phillip Sherrard

 

 

 

IN DEN MEERESHÖHLEN

In den Meereshöhlen
da ist ein Durst, da ist eine Liebe,
da ist eine Ekstase hart wie Muscheln;
du kannst sie in der Hand halten.

In den Meereshöhlen
sah ich dir in die Augen, tagelang,
und ich kannte dich nicht
und du kanntest mich nicht.

 

Duitse vertaling door Guy Wagner

 

Seferis

Yórgos Seféris (29 februari 1900 – 20 september 1971)

 

De Amerikaanse dichter en literatuurdocent Howard Nemerov werd geboren op 29 februari 1920 in New York. Zijn ouders waren eigenaar van het bont- en modehuis Russeks op de  Fifth Avenue in New York. Nemerovs ouders lieten de opvoeding over aan hun personeel en alle kinderen hadden hun eigen kindermeisje. Nemerov studeerde aan Harvard. In WO II diende hij als piloot in de Royal Canadian Air Force en later in de United States Army Air Forces. Na de oorlog werkte hij als literatuurdocent op verschillende colleges en universiteiten. Nemerov was tweemaal United States Poet Laureate (1963 – 1964 en 1988 – 1990) en won o.a. de National Book Award, de Pulitzer Prize en de Bollingen Prize.

 

 

Amateurs of Heaven

 

Two lovers to a midnight meadow came
High in the hills, to lie there hand and hand
Like effigies and look up at the stars,
The never-setting ones set in the North
To circle the Pole in idiot majesty,
And wonder what was given them to wonder.

Being amateurs, they knew some of the names
By rote, and could attach the names to stars
And draw the lines invisible between
That humbled all the heavenly things to farm
And forest things and even kitchen things,
A bear, a wagon, a long handled ladle;

Could wonder at the shadow of the world
That brought those lights to light, could wonder too
At the ancestral eyes and the dark mind
Behind them that had reached the length of light
To name the stars and draw the animals
And other stuff that dangled in the height,

Or was it the deep? Did they look in
Or out, the lovers? till they grew bored
As even lovers will, and got up to go,
But drunken now, with staggering and dizziness,
Because the spell of earth had moved them so,
Hallucinating that the heavens moved.

 

 

Because You Asked about the Line between Prose and Poetry

 

Sparrows were feeding in a freezing drizzle
That while you watched turned into pieces of snow
Riding a gradient invisible
From silver aslant to random, white, and slow.

There came a moment that you couldn’t tell.
And then they clearly flew instead of fell.

 

Poetics

 

You know the old story Ann Landers tells
About the housewife in her basement doing the wash?
She’s wearing her nightie, and she thinks, “Well, hell,
I might’s well put this in as well,” and then
Being dripped on by a leaky pipe puts on
Her son’s football helmet; whereupon
The meter reader happens to walk through
and “Lady,” he gravely says, “I sure hope your team wins.”

A story many times told in many ways,
The set of random accidents redeemed
By one more accident, as though chaos
Were the order that was before the creation came.
That is the way things happen in the world:
A joke, a disappointment satisfied,
As we walk through doing our daily round,
Reading the meter, making things add up.

 

NEMEROV

Howard Nemerov (29 februari 1920 – 5 juli 1991)

 

De Zwitserse schrijver Martin Suter werd geboren op 29 februari 1948 in Zürich. Hij begon als schrijver van reclameteksten en als reclamevakman, maar schreef daarnaast ook al altijd reportages voor het tijdschrift GEO en talrijke draaiboeken voor film en televisie. Zijn romans Small World, Die dunkle Seite des Mondes en Ein perfekter Freund verbinden een criminele handeling met maatschappijppelijke en medische kritiek. Voor Small World kreeg hij in 1997 de Franse literatuurprijs „Prix du premier roman étranger“, Ein perfekter Freund werd in Frankrijk onder de titel Un ami parfait verfilmd door Francis Girod.

 

Uit: Ein perfekter Freund

 

“Seine Hand spürte das Gesicht, aber sein Gesicht spürte die Hand nicht.
Fabio Rossi ließ sie wieder auf die Bettdecke sinken und versuchte, dorthin zurückzukehren, wo er sich eben noch befunden hatte. An den Ort ohne Gefühle, Geräusche, Gedanken und Gerüche.

Es war vor allem der Geruch, der ihn davon abhielt, die Augen zu öffnen. Es roch nach Krankenhaus. Er würde noch früh genug erfahren, weshalb er hier war.
Das nächste, was durch das Dunkel drang, war eine Stimme. »Herr Rooossi«, rief sie, wie vom andern Ufer eines Flusses. So weit weg, daß er sie ignorieren konnte, ohne unhöflich zu erscheinen.

Die Geräusche entfernten sich, aber der Geruch blieb. Er wurde intensiver mit jedem Atemzug. Fabio wollte durch den Mund atmen. Es war ihm, als ob er ihn nur zur Hälfte öffnen könnte. Er betastete ihn. Wieder das gleiche Gefühl:
Die Finger spürten die Lippen, aber die Lippen die Finger nicht. Doch der Mund war offen. Er konnte seine Zähne berühren. Auch sie waren gefühllos, jedenfalls die auf der rechten Seite.
Seine linke Gesichtshälfte fühlte sich normal an. Sein Oberkörper ebenfalls. Er konnte auch die Füße bewegen …. “

 

SUTER

Martin Suter (Zürich 29 februari 1948)

De Amerikaanse schrijver en historicus Dorris Alexander “Dee” Brown werd geboren op 28 februari 1908 in Alberta, Louisiana. Hij groeide op in Ouachita County, Arkansas en Little Rock, waar hij bevriend raakte met verschillende indianen. In de loop van de tijd werd hij er zich van bewust dat het beeld van de indianen in Amerikaanse films niet overeenkwam met de werkelijkheid. Hij werkte als journalist en werd later leraar en bibliothecaris. Na WO II werd hij hoogleraar bibliotheekwetenschappen aan de universiteit van Illinois. In 1973 ging hij met pensioen en wijdde hij zich aan het schrijven van boeken. In zijn bekendste werk Bury My Heart at Wounded Knee uit 1970 bewschrijft hij het lijden en de ondergang van de indianen in Noord-Amerika.

Uit: American West

“Thare is good land on the Massura for a poar mans home.”

This theme, penned in an 1838 letter from Arkansas to Tennessee, appears with its variations as the moving spirit of western migration. The frontiersman who scrawled out the good news from the banks of the White River probably had no conception of the wide reach of land between his few acres and the Pacific shore. He dreamed no dream of empire. His eye was on the good land he had found, where a “poar man” could prosper.

To settlers on the bottom lands of the great midwestern rivers and on the forested fringes of the Great Plains, the West of the 1830s was a rumor of indefinite obstacles. Known in its parts by a few trappers and explorers, it was grasped as a whole by no one. The sources of its great rivers, the extent of its mountain ranges were a matter of vague conjecture by geographers, who often depicted the continental features as they “must be” rather than as they were. These maps of the literate were only a little more useful than the rumors of the semiliterate.

The great desert and the “shining mountains” stood as a barrier to the settlers who had flowed across the Alleghenies. Even the approaches to the mountains were forbidding. Between the western edge of settlement and the Great Divide lay the treeless plains, where wind and alkali dust accompanied fierce storms, and tribes of Indians roame
d in search of buffalo.

Beyond the horizon of the settlers were the trappers and traders, less concerned with rumors, correcting the maps while they read them. “The Rocky Mountains,” wrote trader Joshua Pilcher in 1830, “are deemed by many to be impassable, and to present the barrier which will arrest the westward march of the American population. The man must know little of the American people who supposes they can be stopped by any thing in the shape of mountains, deserts, seas, or rivers.”

 

Brown

Dee Brown (28 februari 1908 – 12 december 2002)

 

De Engelse dichter John Byrom werd geboren op 29 februari 1692 in Manchester. Door zijn goede komaf genoot hij een excellente opleiding. Hij bezocht Cambridge en studeerde medicijnen in Montpellier in Frankrijk. Byrom is vooral nog bekend door zijn “Christmas Carol”, maar werd door zijn tijdgenoten beschouwd als een echte man der letteren. Veel van zijn gedichten, waaronder het bekende My spirit longeth for Thee, zijn religieus van toon. Ook zijn epigrammen waren geliefd.

My spirit longs for Thee

My spirit longs for Thee,
Within my troubled breast,
Though I unworthy be
Of so divine a Guest.

Of so divine a Guest
Unworthy though I be,
Yet has my heart no rest
Unless it come from Thee.

Unless it come from Thee,
In vain I look around;
In all that I can see
No rest is to be found.

No rest is to be found
But in Thy blessèd love;
O let my wish be crowned
And send it from above.

byrom_j2

John Byrom (29 februari 1692 – 26 september 1763)

 

De Amerikaanse dichter, schrijver, acteur, rapper en musicus Saul Stacey Williams werd geboren in Newburgh, New York op 29 februari 1972. Bekend is hij vooral door zijn albums met gesproken woord en door zijn film Slam. Na zijn studie aan het Morehouse College in Atlanta ging hij naar New York om daar aan de universiteit te leren acvteren. Hij kwam daar in contact met de Poetry-Slam-Scene en begon zelf aan slams deel te nemen. In 1996 won hij de titel Nuyorican Poets Cafe Grand Slam Champion. Door zijn bekendheid als Grand Slam Champion kwam hij in 1998 terecht bij de film Slam, waarin hij de hoofdrol speelde. De film won de Sundance Festival Grand Jury Price en de Caméra d’Or in Cannes.

 

Untitled

the say
that i am a poet
i wonder what they
would say
if they saw me
from the inside
i bottle
emotions
and place them
into the sea
for other
to unbottle
on distant shores
i am unsure
as to whether
they ever reach
and for that matter
as to whether
i ever get
my point
across
or my love

saul-williams2

Saul Williams (Newburgh, 29 februari 1972)

Stephen Spender, Bodo Morshäuser, Michel de Montaigne, John Montague, Daniel Handler, Marcel Pagnol

De Engelse dichter, essayist en schrijver Stephen Spender werd geboren op 28 februari 1909 in Londen. Zie ook mijn blog van 28 februari 2007.

Daybreak

At dawn she lay with her profile at that angle
Which, when she sleeps, seems the carved face of an angel.
Her hair a harp, the hand of a breeze follows
And plays, against the white cloud of the pillows.
Then, in a flush of rose, she woke, and her eyes that opened
Swam in blue through her rose flesh that dawned.
From her dew of lips, the drop of one word
Fell like the first of fountains: murmured
‘Darling’, upon my ears the song of the first bird.
‘My dream becomes my dream,’ she said, ‘come true.
I waken from you to my dream of you.’
Oh, my own wakened dream then dared assume
The audacity of her sleep. Our dreams
Poured into each other’s arms, like streams.

 

 

 

The Landscape near an Aerodrome

 

More beautiful and soft than any moth
With burring furred antennae feeling its huge path
Through dusk, the air-liner with shut-off engines
Glides over suburbs and the sleeves set trailing tall
To point the wind. Gently, broadly, she falls,
Scarcely disturbing charted currents of air.


Lulled by descent, the travellers across sea
And across feminine land indulging its easy limbs
In miles of softness, now let their eyes trained by watching
Penetrate through dusk the outskirts of this town
Here where industry shows a fraying edge.
Here they may see what is being done.


Beyond the winking masthead light
And the landing-ground, they observe the outposts
Of work: chimneys like lank black fingers
Or figures frightening and mad: and squat buildings
With their strange air behind trees, like women’s faces
Shattered by grief. Here where few houses
Moan with faint light behind their blinds,
They remark the unhomely sense of complaint, like a dog
Shut out and shivering at the foreign moon.


In the last sweep of love, they pass over fields
Behind the aerodrome, where boys play all day
Hacking dead grass: whose cries, like wild birds
Settle upon the nearest roofs


But soon are hid under the loud city.
Then, as they land, they hear the tolling bell
Reaching across the landscape of hysteria,


To where larger than all the charcoaled batteries
And imaged towers against that dying sky,
Religion stands, the church blocking the sun.

 

 

spender

Stephen Spender (28 februari 1909 – 16 juli 1995)

 

De Duitse schrijver Bodo Morshäuser werd geboren op 28 februari 1953 in Berlijn. Zie ook mijn blog van 28 februari 2007.

Uit: Was denken Jugendliche? Die Ergebnisse der neuen Shell-Studie

 

„Man kann auch Zweifel daran haben, ob die weite Altersspanne von 12 bis 24 Jahren eine taugliche Größe ist. Schwerwiegender finde ich, daß Jugendliche mit ausländischem Paß, die in Deutschland aufgewachsen sind, ausgeklammert werden. Warum, wird nicht klar benannt. Es handelt sich als
o um eine Untersuchung allein über eine Jugend mit deutschem Paß. Kein Wunder, daß die Realität der Ausländerfeindlichkeit außen vor bleibt.

Nach der Lektüre hatte ich den Eindruck, daß diese Jugendlichen gute Erwachsene werden oder schon sind. Sie haben radikal viel an dieser Gesellschaft auszusetzen. Und suchen ihren Frieden wie auch ihre politische Betätigung im überschaubaren privaten Bereich. Sie sind durch und durch kritisch und kommen, obwohl die Welt gegen sie zu stehen scheint, doch ganz gut klar.

Mit anderen Worten: Nur so fängt ein mündiger Bürger an, mündig oder, negativ gesagt, kritisch frustiert zu sein. Sosehr ich eine Jugendstudie las – es war eine Untersuchung über Menschen in Deutschland. In diesem Fall waren sie eher jünger.“

 

morshaeuser

Bodo Morshäuser (Berlijn, 28 februari 1953)
Foto: Brigitte Friedrich

 

De Franse filosoof, schrijver en politicus Michel Eyquem de Montaigne werd geboren in Bordeaux op 28 februari 1533. Zie ook mijn blog van 28 februari 2007.

Uit: De l’Amitié

 

Je vay bien jusques à ce second point, avec mon peintre : mais je demeure court en l’autre, et meilleure partie : car ma suffisance ne va pas si avant, que d’oser entreprendre un tableau riche, poly et formé selon l’art. Je me suis advisé d’en emprunter un d’Estienne de la Boitie, qui honorera tout le reste de cette besongne. C’est un discours auquel il donna nom : La Servitude volontaire : mais ceux qui l’ont ignoré, l’ont bien proprement dépuis rebatisé, Le Contre Un. Il l’escrivit par maniere d’essay, en sa premiere jeunesse, à l’honneur de la liberté contre les tyrans. Il court pieça és mains des gens d’entendement, non sans bien grande et meritee recommandation : car il est gentil, et plein ce qu’il est possible. Si y a il bien à dire, que ce ne soit le mieux qu’il peust faire : et si en l’aage que je l’ay cogneu plus avancé, il eust pris un tel desseing que le mien, de mettre par escrit ses fantasies, nous verrions plusieurs choses rares, et qui nous approcheroient bien pres de l’honneur de l’antiquité : car notamment en cette partie des dons de nature, je n’en cognois point qui luy soit comparable. Mais il n’est demeuré de luy que ce discours, encore par rencontre, et croy qu’il ne le veit oncques depuis qu’il luy eschappa : et quelques memoires sur cet edict de Janvier fameux par nos guerres civiles, qui trouveront encores ailleurs peut estre leur place. C’est tout ce que j’ay peu recouvrer de ses reliques (moy qu’il laissa d’une si amoureuse recommandation, la mort entre les dents, par son testament, heritier de sa Bibliotheque et de ses papiers) outre le livret de ses oeuvres que j’ay faict mettre en lumiere : Et si suis obligé particulierement à cette piece, d’autant qu’elle a servy de moyen à nostre premiere accointance.”

 

Michel--de-montaigne

Michel de Montaigne (28 februari 1533 – 13 september 1592)

 

De Ierse dichter John Montague werd geboren in New York op 28 februari 1929. Zie ook mijn blog van 28 februari 2007.

 

 

There are Days

 

There are days when
one should be able
to pluck off one’s head
like a dented or worn
helmet, straight from
the nape and collarbone
(those crackling branches!)

and place it firmly down
in the bed of a flowing stream.
Clear, clean, chill currents
coursing and spuming through
the sour and stale compartments
of the brain, dimmed eardrums,
bleared eyesockets, filmed tongue.

And then set it back again
on the base of the shoulders:
well tamped down, of course,
the laved skin and mouth,
the marble of the eyes
rinsed and ready
for love; for prophecy?

 

 

No Music

I’ll tell you a sore truth, little understood
It’s harder to leave, than to be left:
To stay, to leave, both sting wrong.

You will always have me to blame,
Can dream we might have sailed on;
From absence’s rib, a warm fiction.

To tear up old love by the roots,
To trample on past affections:
There is no music for so harsh a song.

 

montaguejohn

John Montague (New York, 28 februari 1929)

 

De Amerikaanse schrijver Daniel Handler werd geboren op 28 februari 1970 in San Francisco, Californië. Zie ook mijn blog van 28 februari 2007.

 

Uit: Watch Your Mouth

 

“There’s never been an opera about me, never in my entire life. Normally this wouldn’t bother me. There hasn’t been one about you, either, and besides, I’m still young. If my life were a play, this would be the last few minutes before the lights lowered and everything began. The audience would be milling around — the older couples in formal, non-funky suits with pearls hanging around the women’s necks like drops of semen, and the younger people in black shirts and jeans because the formality of theater is an elitist tyrannical paradigm and lots of people in the clothes they wore to work because, frankly, by the time they got home and jumped into the shower and changed their clothes they’d either be late, which they hate, or they’d be on time but so stressed out that they couldn’t really enjoy it, and frankly, if you’re going to pay that much for tickets what’s the use if you’re not going to enjoy it, so what they do is just wear some slightly dressier work clothes to work and then go right to the theater, locking the briefcase in the trunk and sometimes even having time for a cocktail or something, but not for dinner because they hate wolfing down dinner and rushing to the theater, it’s so stressful, they might as well go home and shower and change if they want to be stressed out before the show even starts.

This is some snatch of lobby-talk that Stan, the manager of the Pittsburgh Opera, overheard and never forgot. And never forgot to repeat. ?That’s our audience, Joseph,? he said to me. ?Just regular working folk. We have to create opera for them that’s not just interesting but fascinating, mesmerizing. So that they transcend all the stress about whether to change or where to have dinner or parking or whatever, and really hear the music. That’s what opera’s for. Do you have any more of those candies??”

 

Daniel-Handler

Daniel Handler (San Francisco, 28 februari 1970)

 

Zie voor onderstaande schrijver ook mijn blog van 28 februari 2007.

De Franse schrijver, dramaturg en regisseur Marcel Pagnol werd geboren op 28 februari 1895 in Aubagne, Bouches-du-Rhône.

In Memoriam Jan Eijkelboom

In Memoriam Jan Eijkelboom

De Nederlandse dichter, vertaler en journalist  Jan Eijkelboom is vandaag overleden. Hij is 81 jaar geworden.

Er was die droom

Er was die droom. Ik kwam van ’t veer,
liep halfbevreesd al op de Nieuwe Haven.
Opeens moest ik gaan hollen toen de pont
een kwaaie zwaan geworden was
die met een rode bek en zwarte ogen
aan eindeloze hals mij sissend achtervolgde.
Mijn jongensbenen konden die zware
angst bijna niet tillen. Traag rende
ik een lange smalle brug op, ’t water over,
maar middenin ging net de klep omhoog.

Ook jij had eens die droom,
vertelde je me later.
Had ik hem jou verteld omdat je jonger was
en ik je bang wou maken?
Ik loop nu onbedreigd over dezelfde brug
en kan je niet meer vragen
of we die angst ooit samen deelden
of dat je ’t toen je toch al stierf
weer was vergeten.

 

janEijkelboom

Jan Eijkelboom (1 maart 1926 – 28 februari 2008)

 

John Steinbeck, Lawrence Durrell, Henry Longfellow, Elisabeth Borchers, Jules Lemaitre, James Thomas Farrell, N(avarre) Scott Momaday, Traugott Vogel

De Amerikaanse schrijver John Steinbeck werd geboren in Salinas, Californië, op 27 februari 1902. Zie ook mijn blog van 27 februari 2007.

Uit: East Of Ede

I went along with them, marveling at the beauty of their proud clean brains. I began to love my race, and for the first time I wanted to be Chinese. Every two weeks I went to a meeting with them, and in my room here I covered pages with writing. I bought every known Hebrew dictionary. But the old gentlemen were always ahead of me. It wasn’t long before they were ahead of our rabbi; he brought a colleague in. Mr. Hamilton, you should have sat through some of those nights of argument and discussion. The questions, the inspection, oh, the lovely thinking — the beautiful thinking.

“After two years we felt that we could approach your sixteen verses of the fourth chapter of Genesis. My old gentlemen felt that these words were very im­portant too — ‘Thou shalt’ and ‘Do thou.’ And this was the gold from our mining: ‘Thou mayest.’ ‘Thou mayest rule over sin.’ The old gentlemen smiled and nodded and felt the years were well spent. It brought them out of their Chinese shells too, and right now they are studying Greek.”
Samuel said, “It’s a fantastic story. And I’ve tried to follow and maybe I’ve missed somewhere. Why is this word so important?”

Lee’s hand shook as he filled the delicate cups. He drank his down in one gulp. “Don’t you see?” he cried. “The American Standard translation orders men to triumph over sin, and you can call sin ignorance. The King James translation makes a promise in ‘Thou shalt,’ meaning that men will surely triumph over sin. But the Hebrew word, the word timshel — ‘Thou mayest’ — that gives a choice. It might be the most important word in the world. That says the way is open. That throws it right back on a man. For if ‘Thou mayest’ — it is also true that ‘Thou mayest not.’ Don’t you see?”
“Yes, I see. I do see. But you do not believe this is divine law. Why do you feel its importance?”

“Ah!” said Lee. “I’ve wanted to tell you this for a long time. I even anticipated your questions and I am well prepared. Any writing which has influenced the thinking and the lives of innumerable people is impor­tant. Now, there are many millions in their sects and churches who feel the order, ‘Do thou,’ and throw their weight into obedience. And there are millions more who feel predestination in ‘Thou shalt.’ Nothing they may do can interfere with what will be. But “Thou mayest’! Why, that makes a man great, that gives him stature with the gods, for in his weakness and his filth and his murder of his brother he has still the great choice. He can choose his course and fight it through and win.” Lee’s voice was a chant of triumph.”  

Steinbeck

John Steinbeck (27 februari 1902 – 20 december 1968)

 

De Britse dichter en schrijver Lawrence George Durrell werd geboren op 27 februari 1912 in Jalandhar in India. Zie ook mijn blog van 27 februari 2007.

 

Strip-tease

 

Soft toys that make to seem girls
In cool whitewash with two coral
Valves of lip printing each others’ grease …
A clockwork Cupid’s bow. Increase!
Their cherry-ripe hullo brims the open purse
Of eyes washed white by the marmoreal light;
So swaying as if on pyres they go
About the buried business of the night,
Cold witches of the elementary tease
Ba
lanced on the horn of a supposed desire…
Trees shed their leaves like some of these.

  

 

Acropolis

The soft quem quam will be Scops the Owl
conjugation of nouns, a line of enquiry,
powdery stubble of the socratic prison
laurels crack like parchments in the wind.
who walks here in the violet dust at night
by the tower of the winds and water-clocks?
tapers smoke upon open coffins
surely the shattered pitchers must one day
revive in the gush of marble breathing up?
call again softly, and again.
the fresh spring empties like a vein
no children spit on their reflected faces
but from the blazing souk below the passive smells
bread urine cooking printing-ink
will tell you what the sullen races think
and among the tombs gnawing of mandolines
confounding sleep with carnage where
strangers arrive like sleepy gods
dismount at nightfall at desolate inns.

 

Durrell

Lawrence Durrell (27 februari 1912 – 7 november 1990)

 

De Amerikaanse dichter Henry Wadsworth Longfellow werd geboren in Portland, Maine, op 27 februari 1807. Zie ook mijn blog van 27 februari 2007.

The Day Is Done

The day is done, and the darkness
Falls from the wings of Night,
As a feather is wafted downward
From an eagle in his flight.

I see the lights of the village
Gleam through the rain and the mist,
And a feeling of sadness comes o’er me
That my soul cannot resist:

A feeling of sadness and longing,
That is not akin to pain,
And resembles sorrow only
As the mist resembles the rain.

Come, read to me some poem,
Some simple and heartfelt lay,
That shall soothe this restless feeling,
And banish the thoughts of day.

Not from the grand old masters,
Not from the bards sublime,
Whose distant footsteps echo
Through the corridors of Time.

For, like strains of martial music,
Their mighty thoughts suggest
Life’s endless toil and endeavor;
And to-night I long for rest.

Read from some humbler poet,
Whose songs gushed from his heart,
As showers from the clouds of summer,
Or tears from the eyelids start;

Who, through long days of labor,
And nights devoid of ease,
Still heard in his soul the music
Of wonderful melodies.

Such songs have power to quiet
The restless pulse of care,
And come like the benediction
That follows after prayer.

Then read from the treasured volume
The poem of thy choice,
And lend to the rhyme of the poet
The beauty of thy voice.

And the night shall be filled with music
And the cares, that infest the day,
Shall fold their tents, like the Arabs,
And as silently steal away.

 

longfellow

Henry Longfellow (27 februari 1807 – 24 maart 1882)

 

De Duitse schrijfster en dichteres Elisabeth Borchers werd geboren in Homberg op 27 februari 1926. Zie ook mijn blog van 27 februari 2007.

Was alles braucht’s zum Paradies

Ein Warten ein Garten

eine Mauer darum

ein Tor mit viel Schloß und viel Riegel

ein Schwert eine Schneide aus Morgenlicht

ein Rauschen aus Blättern und Bächen

ein Flöten ein Harfen ein Zirpen

ein Schnauben (von lieblicher Art)

Arzeneien aus Balsam und Düften

viel Immergrün und Nimmerschwarz

kein Plagen Klagen Hoffen

kein Ja kein Nein kein Widerspruch

ein Freudenlaut

ein allerlei Wiegen und Wogen

das Spielzeug eine Acht aus Gold

ein Heute und kein Morgen

der Zeitvertreib das Wunder

das Testament aus warmem Schnee

wer kommt wer ginge wieder

Wir werden es erfragen.

 

Elisabeth-Borchers-2

Elisabeth Borchers (Homberg, 27 februari 1926)

 

De Franse schrijver en dichter Jules Lemaître werd geboren op 27 februari 1853 in Vennecy, Loiret. Zie ook mijn blog van 27 februari 2007.

Uit: En marge des vieux livres

 

“Télémaque venait d’atteindre sa vingtième année. Ses parents songeaient à le marier ; mais il n’était pas facile de lui trouver une femme dans la contrée, car toutes les jeunes princesses de Zanthe, de Zacynthe et de Dulichios étaient soeurs ou cousines des prétendants tués par le magnanime Ulysse, et l’on craignait qu’elles ne se fissent prier pour entrer dans sa famille.

Ulysse, alors, se souvint de Nausicaa, et de sa grâce, et de son bon caractère. C’était aux parents de Nausicaa qu’il devait d’avoir revu sa patrie. «Même, dit-il, je me souviens que le roi Alcinoos, me croyant célibataire, souhaita que je devinsse son gend
re. J’étais un peu mûr pour sa fille. Je suis néanmoins persuadé qu’elle m’eût accepté pour mari. A plus forte raison, mon cher fils, agréerait-elle en toi un autre moi-même, plus jeune, de poil plus nouveau, et plus plaisant à voir. Peut-être n’est-elle pas encore mariée. Si tu m’en crois, dès que les vents seront favorables, tu équiperas un navire et tu iras rendre visite au roi Alcinoos, dans l’île des Phéaciens.

– Volontiers», dit Télémaque.

Or, le même jour, un messager de Ménélas, roi de Sparte, débarqua dans le port d’Ithaque, vint trouver Ulysse avec des présents, et lui dit :

– Voici le message dont je suis chargé pour toi. Le roi Ménélas et sa femme Hélène ont gardé le meilleur souvenir de ton fils Télémaque. Ils doivent recevoir prochainement dans leur maison le roi et la reine de Phéacie, dont tu fus l’hôte, et leur fille Nausicaa. Si donc il plaisait à ton fils de retourner à Sparte, il y rencontrerait cette aimable enfant. Le roi Ménélas ne m’en a pas dit davantage; mais, si Télémaque accepte son invitation, il pourrait profiter du vaisseau qui m’a conduit ici.”

 

lemaitre

Jules Lemaître (27 februari 1853 – 5 augustus 1914)

 

De Amerikaanse schrijver James Thomas Farrell werd geboren op 27 februari 1904 in Chicago.

De Amerikaanse (native, Kiowa) schrijver N(avarre) Scott Momaday werd geboren op 27 februari 1934 in Lawton, Oklahoma.

De Zwitserse schrijver Traugott Vogel werd op 27 februari 1894 als zoon van een groentehandelaar in Zürich geboren.

Michel Houellebecq, Victor Hugo, Adama van Scheltema,Vercors, Antonín Sova, Hermann Lenz

De Franse schrijver Michel Houellebecq werd geboren in Réunion op 26 februari 1958 (1956). Zie ook mijn blog van 26 februari 2007.

Uit: Note sur les Belges

“Les préjugés nationaux portent souvent la trace de vérités anciennes, progressivement estompées par la constitution d’une classe moyenne mondiale de culture nord-américaine (dont les comportements et les représentations s’imposent même comme norme aux pays où une part importante de la population survit au bord de la famine).
Un Français en visite touristique pourra ainsi facilement repérer ce qui a permis de qualifier l’Allemand de “ponctuel, discipliné et travailleur”, ou l’Italien de “séducteur, chaleureux et malhonnête”. Il pourra retrouver ces traits, plus ou moins atténués suivant que les natifs du pays, plus ou moins satisfaits de leur propre cliché, souhaitent ou non lui donner une prolongation au moins ironique.
Rien de tout cela ne sera possible en Belgique. Le cliché associé aux Belges est si grossier, si caricatural que toute personne dotée d’un minimum d’éducation le rejettera avec horreur, avec cette conséquence que les Belges, dépourvus de tout cliché distinctif, se voient dénier la moindre spécificité. Ma thèse au contraire est que si les Français se sont contentés d’un cliché aussi grossier, aussi méprisant sur les Belges, c’est d’abord qu’ils ne les comprenaient absolument pas. Plus que les Allemands, plus que les Italiens, plus même que les Anglais, les Belges restent impénétrables aux Français – ainsi, d’ailleurs, qu’aux autres Européens.
Une déviation linguistique implantée depuis plusieurs générations, dépassant le phénomène de mode, a me semble t-il forcément un sens (je serai obligé faute de compétences de limiter au wallon ; il serait bien sûr intéressant d’examiner les déformations qu’a pu subir le flamand par rapport à la langue néerlandaise).
Lorsque le Belge dit : “ça va”, il signifie que la conversation avec son interlocuteur a permis de déboucher sur un accord opérationnel ; qu’il sait maintenant, sans ambiguïté, ce qu’on attend de lui, et qu’il va s’employer à le faire. Il l’emploie en somme exactement dans les circonstances où l’Américain dirait : “OK”. Là ou le garçon de café d’Allemagne du Nord, par son : “Alles klar”, semble figé dans la contemplation esthétique d’un accord parfait client-serveur, le garçon de café belge, par son : “ça va”, nous paraît déjà engagé dans l’exécution de la commande. Il est intéressant que, seul parmi les Européens, le Belge ait spontanément traduit, dans sa propre langue, cette formation linguistique étrangère.”

houellebecq

Michel Houellebecq (Réunion, 26 februari 1958)

 

De Franse dichter en schrijver Victor Hugo werd geboren in Besançon (Franche-Comté) op 26 februari 1802. Zie ook mijn blog van 26 februari 2007.

La Vendée (fragment)

Ave, Cæsar, morituri te salutant.
TACITE.

I

 

« Qui de nous, en posant une urne cinéraire,
N’a trouvé quelque ami pleurant sur un cercueil ?
Autour du froid tombeau d’une épouse ou d’un frère,
Qui de nous n’a mené le deuil ? »
– Ainsi sur les malheurs de la France éplorée
Gémissait la Muse sacrée
Qui nous montra le ciel ouvert,
Dans ces chants où, planant sur Rome et sur Palmyre,
Sublime, elle annonçait les douceurs du martyre
Et l’humble bonheur du désert.

Depuis, à nos tyrans rappelant tous leurs crimes,
Et vouant aux remords ces cœurs sans repentirs,
Elle a dit: « En ces temps la France eut des victimes ;
Mais la Vendée eut des martyrs ! »
– Déplorable Vendée, a-t-on séché tes larmes ?
Marches-tu, ceinte de tes armes,
Au premier rang de nos guerriers ?
Si l’honneur, si la foi n’est pas un vain fantôme,
Montre-moi quels palais ont remplacé le chaume
De tes rustiques chevaliers.

Hélas ! tu te souviens des jours de ta misère !
Des flots de sang baignaient tes sillons dévastés,
Et le pied des coursiers n’y foulait de poussière
Que la cendre de tes cités.
Ceux-là qui n’avaient pu te vaincre avec l’épée
Semblaient, dans leur rage trompée,
Implorer l’enfer pour appui
Et, roulant sur la plaine en torrents de fumée,
Le vaste embrasement poursuivait ton armée,
Qui ne fuyait que devant lui.

 

II

 

La Loire vit alors, sur ses plages désertes,
S’assembler les tribus des vengeurs de nos rois,
Peuple qui ne pleurait, fier de ses nobles pertes,
Que sur le trône et sur la croix.
C’étaient quelques vieillards fuyant leurs toits en flammes,
C’étaient des enfants et des femmes,
Suivis d’un reste de héros ;
Au milieu d’eux marchait leur patrie exilée,
Car ils ne laissaient plus qu’une terre peuplée
De cadavres et de bourreaux.

On dit qu’en ce moment, dans un divin délire,
Un vieux prêtre parut parmi ces fiers soldats,
Comme un saint chargé d’ans qui parle du martyre
Aux nobles anges des combats ;
Tranquille, en proclamant de sinistres présages,
Les souvenirs des anciens âges
S’éveillaient dans son cœur glacé ;
Et, racontant le sort qu’ils devaient tous attendre,
La voix de l’avenir semblait se faire entendre
Dans ses discours pleins du passé.

hugo-victor

Victor Hugo (26 februari 1802 –  22 mei 1885)

 

 

De Nederlandse dichter Carel Steven Adama van Scheltema werd geboren in Amsterdam op 26 februari 1877. Zie ook mijn blog van 26 februari 2007.

Na een gesprek met een vriend

Wat raakt het mij, waarom gij schamper lacht
Nu uit de blonde Lente mij zoo blijde
En gulle glimlach schijnt, als in de tijden
Van jammervolle jeugd mij niemand bracht!

Zoo wèl gevoelde ik, hoe de Muze leidde
Mijn bleeke ziel naar al die voorjaarspracht,
Die ‘k bevend blij mij soms in stilte dacht,
Maar die ik nimmer nog aan andren zeide.

Vriendschap reikt schoonheid in de eenzame ziel, –

Schoon is de smart, zoo hare wond weer heelde, –

Schooner is liefde – – en allen zijn zij schriel!

 

Zie vriend: die breede wereld breidt haar weelde

Voor mijne voeten, waar ik duizlend viel, –

Ik snik en weet, dat ‘k nooit die schoonheid deelde!

 

 

 Na den regendag

De woeste sterke wind zong zulk een bangen
Zang, de wolken goten hun grauwe kruiken
Op de aarde leeg, – vergeefs sloot ik mijn luiken:
Het was het jagend lied van wild verlangen!

Dien gulden avond vlamde ’t in de struiken,
Als tranen op bebloosde kinderwangen, –
Waar ’n roode zon in elken drop bleef hangen,
Ging ‘k langs het stralend pad den Zomer ruiken.

 

Vriend, luister aan mijn borst: – hoort gij den storm,

Die zingt en jaagt – juichend in ’t harte viel,

Waarin mijn trane’ als rijpe vruchten beven?

 

Eens spiegelt zich een gansche wereldvorm,

Als zon in dauw, in elke menschenziel – –

Wij weten ’t vriend – wij zullen ’t niet beleven!

 

scheltema

Adama van Scheltema (26 februari 1877 – 6 mei 1924)

 

Zie voor onderstaande schrijvers ook mijn blog van 26 februari 2007.

 

De Franse schrijver en karikaturist Jean Bruller alias Vercors werd geboren op 26 februari 1902 in Parijs.

De Tsjechische schrijver en dichter Antonín Sova werd geboren op 26 februari 1864 in Pacov (Dt. Patzau).

De Duitse schrijver Hermann Lenz werd op 26 februari 1913 in Stuttgart geboren.

 

Anthony Burgess, Amin Maalouf, Friedrich von Spee, Karl May, Carlo Goldoni

De Britse schrijver Anthony Burgess werd geboren op 25 februari 1917 in Manchester, Engeland. Zie ook mijn blog van 25 februari 2007.

Uit: A Clockwork Orange

 

“There was me, that is Alex, and my three droogs, that is Pete, Georgie, and Dim, Dim being really Dim, and we sat in the Korova Milkbar making up our rassoodocks what to do with the evening, a flip dark chill winter bastard though dry. The Korova Milkbar was a milk-plus mesto, and you may, O my brothers, have forgotten what these mestos were like, things changing so skorry these days and everybody very quick to forget, newspapers not being read much neither. Well, what they sold there was milk plus something else. They had no license for selling liquor, but there was no law yet against prodding some of the new veshches which they used to put into the old moloko, so you could peet it with vellocet or synthemesc or drencrom or one or two other veshches which would give you a nice quick horrorshow fifteen minutes admiring Bog And All His Holy Angels And Saints in your left shoe with lights bursting all over your mozg. Or you could peet milk with knives in it, as we used to say, and this would sharpen you up and make you ready for a bit of dirty twenty-to-one, and that was what we were peeting this evening I’m starting off the story with.”

 

burgess

Anthony Burgess (25 februari 1917 – 22 november 1993)

 

De Franstalige schrijver Amin Maalouf werd geboren in Beiroet, Libanon, op 25 februari 1949. Zie ook mijn blog van 25 februari 2007.

Uit: Echelles du Levant

 

“Echelles du Levant”, c’est le nom qu’on donnait autrefois à ces chapelets de cités marchandes par lesquelles les voyageurs d’Europe accédaient à l’Orient. De Constantinople à Alexandrie, en passant par Smyrne, Adana ou Beyrouth, ces villes ont longtemps été des lieux de brassage où se côtoyaient langues, coutumes et croyances. Des univers précaires que l’Histoire avait lentement façonnés, avant de les démolir. Brisant, au passage, d’innombrables vies. Le héros de ce roman, Ossyane, est l’un de ces hommes au destin détourné. De l’agonie de l’Empire ottoman aux deux guerres mondiales et aux tragédies qui, aujourd’hui encore, déchirent le Proche-Orient, sa vie ne pèsera guère plus qu’un brin de paille dans la tourmente. Patiemment, il se souvient, il raconte son enfance princière, sa grand-mère démente, son père révolté, son frère déchu, son séjour en France sous l’Occupation, sa rencontre avec sa bien-aimée fugitive, Clara, leurs moments de ferveur, d’héroïsme et de rêve ; puis la descente aux enfers. Dépossédé de son avenir, de sa dignité, privé des joires le plus simples, que lui reste-t-il ? Un amour en attente. Un amour tranquille, mais puissant. Peut-être, en fin de compte, plus puissant que l’Histoire.”

 

Malouf

Amin Maalouf (Beiroet, 25 februari 1949)

 

De Duitse jezuïet en dichter Friedrich von Spee werd op 25 februari 1591 in Kaiserswerth bij Düsseldorf geboren. Zie ook mijn blog van 25 februari 2007.

Zur Osterzeit

 

Die ganze Welt, Herr Jesus Christ,
zur Osterzeit jetzt fröhlich ist.

 

Jetzt grünet, was nur grünen kann,
die Bäum` zu blühen fangen an.

 

So singen jetzt die Vögel all.
Jetzt singt und klingt die Nachtigall.

 

Der Sonnenschein jetzt kommt herein
und gibt der Welt ein` neuen Schein.

 

Die ganze Welt, Herr Jesus Christ,
zur Osterzeit jetzt fröhlich ist.

 

Frspee

Friedrich von Spee (25 februari 1591 – 7 augustus 1635)

 

De Duitse schrijver Karl May werd geboren op 25 februari 1842 in Hohenstein-Ernstthal. Zie ook mijn blog van 25 februari 2007.

Uit: Winnetou

Viel, sehr viel könnte ich von dem erzählen, was ich mit Harton erlebte; da es sich aber hier nur um Winnetou handelt, welcher nicht mit war, will ich nur sagen, daß wir, allerdings unter großen Mühen, Beschwerden und Kämpfen, so glücklich waren, eine Bonanza zu entdecken. Den Anteil, welchen ich an derselben zu beanspruchen hatte, persönlich auszubeuten, hatte ich nicht Lust; darum verkaufte ich ihn und erhielt eine Summe, welche mir den bei dem Schiffbruche erlittenen Verlust mehr als vollständig ersetzte. Dann ritt ich nach dem Rio Pecos, um das Apachen-Pueblo aufzusuchen. Ich wurde dort wie ein Bruder aufgenommen, fand aber Winnetou nicht vor; er befand sich auf einem Rundritte zu sämtlichen Unterabteilungen der Apachen.

Ich sollte bleiben und auf ihn warten; da dies aber einen Aufenthalt von einem halben Jahre bedeutet hätte, ließ ich mich nicht halten und unternahm einen Abstecher nach Kolorado, um dann durch Kansas nach St. Louis zurückzukehren. Unterwegs schloß sich mir der Engländer Emery Bothwell an, ein hochgebildeter, unternehmender und kühner Mann, den ich später, wie meine lieben Leser noch erfahren werden, in der Sahara wieder traf.

Alles, was ich vorher mit Winnetou und dann mit Fred Harton erlebt hatte und nun mit Bothwell erlebte, sprach sich schnell und immer weiter herum, und ich war, als ich nach St. Louis kam, ganz erstaunt, den Namen Old Shatterhand in Aller Mund zu finden. Als mein alter Mr. Henry diese meine Verwunderung bemerkte, sagte er in seiner eigenartigen Ausdrucksweise:

»Seid Ihr ein Kerl! Erlebt in einem Monate mehr Abenteuer als andere in zwanzig Jahren, geht durch alle Gefahren so glücklich hindurch wie eine Pistolenkugel durch ein Stück Löschpapier, nehmt es als junges Greenhorn mit dem erfahrensten Westläufer auf, werft alle die grausamen und blutigen Gesetze des wilden Westens über den Haufen, indem Ihr selbst den ärgsten Todfeind schont, und sperrt dann das Maul vor Erstaunen darüber auf, daß man von Euch redet! Ich sage Euch, Ihr habt in Beziehung auf Berühmtheit in dieser kurzen Zeit sogar den großen Old Firehand ausgestochen, weicher über noch einmal so alt ist, als Ihr seid. Ich habe meine helle Freude geha
bt, wenn ich so von Euch hörte, denn ich bin es ja gewesen, der Euch diesen Weg gezeigt hat. Für diese Freude muß ich Euch dankbar sein. Seht einmal her, was ich da habe!«

Karl_May

Karl May (25 februari 1842 – 30 maart 1912)

 

Zie voor onderstaande schrijver ook mijn blog van 25 februari 2007.

De Italiaanse toneelschrijver Carlo Goldoni werd geboren in Venetië op 25 februari 1707.

Rosalia de Castro, Leon de Winter, Jacques Presser, Luc Verbeke, Yüksel Pazarkaya, Erich Loest, Wilhelm Karl Grimm

De Spaanse dichteres Rosalia de Castro werd geboren op 24 februari 1837 in Santiago de Compostela. Zij was dochter van een ongehuwde moeder (María Teresa de la Cruz de Castro) en behoorde tot de lagere adel. Haar vader was de pastoor en kapelaan Jose Martínez Viojo, die tot haar 10e levensjaar voor haar zorgde. Haar eerste verzen schreef Rosalía toen ze 12 jaar oud was, en op haar 17e was haar literaire talent al in verschillende kringen erkend. In 1856 verhuisde ze van Santiago de Compostela naar Madrid. In 1857 debuteerde ze met haar eerste dichtbundel in het Spaans, “La Flor” (De Bloem). Rosalía trouwde in 1858 met de schrijver en historicus Manuel Murguia, die zij in Madrid had leren kennen. In 1863 verscheen haar werk “Cantares Gallegos”, hetgeen in de literatuurgeschiedenis van het Galicisch zeer belangrijk is, omdat het wordt beschouwd als de basis van de Rexuridimento, de renaissance van de cultuur en taal van Galicië. Zie ook mijn blog van 21 februari 2007. 

 

I was born with nuts and bussoms,

 

In a mouth when gardens grew,

In a dawn so very gentle,

In a dawn of April dew.

That’s the reason why I’m Rosa,

Smiling lips made red by rue,

Bristling thorns for everybody

(Never, though, a thorn for you)

Since I fell in love (a thankless

Thing I did) life’s gone askew

And I let it go, believing

You my life and glory too.

Why then this complaining Mauro?

Why the rage? You know it’s true-

If my dying made you happy,

Happily I’d die for you.

Still you stab me with a dagger

Spiked with curses. Not a clue

What it was you really wanted,

Crazy deeds you made me do!

All I had to give I gave you

In my hungering for you.

Now at last my heart I send you,

You’ll unlock it with this key.

I’ve got nothing left to give you,

You’ve no more to ask of me.

 

 

 

Vertaald door Sasha Foreman

 

 

Castro

Rosalia de Castro (24 februari 1837 – 15 juli 1885)

 

De Nederlandse schrijver Leon de Winter werd geboren in ’s-Hertogenbosch op 24 februari 1954. Zie ook mijn blog van 24 februari 2007.

 

Uit: De hemel van Hollywood

 

Je gelooft er niet in?” vroeg Jimmy Kage, bang voor Greens antwoord.
Green zag hem slikken en naar de verste verten van de boulevard staren. Gelukkig had Jimmy zijn sigaret, die hem een houding kon geven.
“Jij wel dan?”
“Ja,” antwoordde Jimmy droog.
Green zei: “Het spijt me dat ik je zo teleurstel.”
Het was even stil, Kage draaide zijn rug naar Green, zwaar ademend, en zei toen: “Je kunt er niks aan doen. Je bent gewoon een zak.”
“He is onzin, Jimmy. Tienduizend dollar? Echt niet. Niet op de manier die wij gewend waren. Jimmy, we zijn geen jonge honden van tweeëntwintig meer! Jij bent een senior citizen en ik ben een verdwaasde zak die zijn leeftijd ontkent en nog net genoeg geld heeft om een paar dagen te overleven! Dan moet ik gaan stelen.”
“We kunnen een film maken. Zelfs met maar tien mille.”
“Jimmy, ik geloof er niet in.”
Kage draaide zich naar hem toe, met betraande ogen: “Dit is je laatste kans, man! Er komt geen werk meer naar ons toe! We liggen eruit! Ik heb mijn fouten gemaakt en jij minstens zoveel! Voor ons zijn er honderden, duizenden anderen, want wij zijn een bedrijfsrisico dat niemand wil dragen! Ze vreten ons niet meer! En daarom vreten wij niet meer als dit nog langer duurt!”

 

DeWinter

Leon de Winter (’s-Hertogenbosch, 24 februari 1954)

 

 

De Nederlandse historicus, schrijver en dichter Jacques (Jacob) Presser werd geboren in Amsterdam op 24 februari 1899. Zie ook mijn blog van 24 februari 2007.

 

De Achterblijver

Zo ver, zo laat en zo verloren:

Wie taalt naar aalmoes of beklag?

De doden kunnen ’t niet meer horen,

De levenden staan om de vlag.

 

Zij hebben d’exodus verkozen,

Want heeft een Jood zichzelf verstaan,

Dan hunkert hij naar Saron’s rozen

En boven Askalon de maan.

 

Dan weigert hij gedwee te wachten

Van oud pogrom tot nieuw pogrom

En slaat in, zonder wrok of klachten,

De weg naar huis en ziet niet om.

 

En ik blijf hier, alleen, gevangen,

Tot in de stilte dooft de stem,

Die vraagt naar ’t doel van míjn verlangen:

Naar welk, naar wèlk Jeruzalem?

 

PresserOndergang

Jacques Presser (24 februari 1899 – 30 april 1970)

 

 

De Vlaamse dichter en schrijver Luc Verbeke werd geboren in Wakken op 24 februari 1924. Zie ook mijn blog van 24 februari 2007.

 

Noodkreet

Geschreven kort na de tweede wereldoorlog
in de blijvende sfeer van dood, vernieling en durend leed

Wild sloeg men de blinden dicht
en het werd ontzettend duister.
Hoop verzwond.Geen eeuwig Licht
spreidde nog zijn glans en luister

over afgrond en ravijnen,
over ’s werelds diepe schoot
en des levens stage deinen
naar de monding van de dood.

Blijft er nog een toeverlaat,
waar de sterren nedervielen,
waar barbaar en waar piraat
werk van eeuwen weer vernielen

en voor afgoden gaan knielen?
Ach, lawinen storten neer
over lichamen en zielen.
Christus, keer op aarde weer.

 

Verbeke

Luc Verbeke (Wakken, 24 februari 1924)

 

De Turkse dichter, schrijver en vertaler Yüksel Pazarkaya werd geboren op 24 februari 1940 in Izmir. Zie ook mijn blog van 24 februari 2007.

 

 

MEINE ZUNGE VEHEDDERT SICH BEI DEINEM NAMEN

 

Du bist der letzte Name meiner Heimat
Der Sehnsüchte Halde
Der Verbannungen Umkehr
Das Leid: die Verbannung von dir
Nur ein Ziel bleibt dem Verbannten
Fremd das Wort fremd die Luft
Richtet den in der Verbannung zu
Durchs Netz der Kränkungen
Durchs Sieb der Peinigungen
Hindurch Seihen ist Verbannung
Verschleppt verzerrt vernichtet
Zu ertragen nur mit deinem Namen
Meine Zunge verheddert um deinen Namen

 

Du bist das letzte Asyl dieses Seins
Kann es je ertragen die Verbannung von dir
Der Verbannung Folter
Wenn es keine Ankunft gäbe bei dir
Die Verbannung zieht sich hin endlos das Sehnen
Geballt der Brand des Verbannten
Die schlimmste aller Prüfungen
Der schmalste aller Pfade
Die Sehnsucht zieht sich hin endlos die Verbannung
Geballt das Leid geballt die Wehmut
Schrickt dennoch nicht zurück vom Weg zum letzten Heim
Möchte Ruhe finden bei dir
Meine Augen trübe, unsichtbar dein Heim

 

Du bist der letzte Halt der Hoffnungen
Endlos an Haltestellen des Trübsinns
Gestürzt in eine einzige Hoffnung
So fern wie schwarze Löcher
So wahr wie schwarze Löcher
So fern wie erloschene Sterne
So wahr wie ihre Strahlen die noch kommen
Wahr jedoch nicht selbst
Fern jedoch nicht entschwunden
Selbst und zugleich nichts
Des Trübsinns Lawine der Hoffnung Bündel
Des Seins erster und letzter Halt
Meine Füße schlingern, aussteigen kann ich nicht

 

pazarkaya

Yüksel Pazarkaya (Izmir,  24 februari 1940)

 

Zie voor onderstaande schrijvers ook mijn blog van 24 februari 2007.

De Duitse schrijver Erich Loest werd geboren op 24 februari 1926 in Mittweida.

De Duitse schrijver en taalwetenschapper Wilhelm Karl Grimm werd geboren in Hanau op 24 februari 1786.

 

 

César Aira, Toon Kortooms, Erich Kästner, Jef Geeraerts, Samuel Pepys

De Argentijnse schrijver en vertaler César Aira werd geboren op 23 februari 1949 in Coronel Pringles, Provinz Buenos Aires. Hij geldt als een literaire leerling van Jorge Luis Borges. Van César Aira zijn al meer dan vijftig boeken verschenen. Ook gaf hij verschillende lezingen aan de Universidad de Buenos Aires (over Raúl Damonte alias Copi, Arthur Rimbaud) en aan de Universidad de Rosario (over het constructivisme en over Stéphane Mallarmé).

Uit: An Episode in the Life of a Landscape Painter

“In the process of hiring a guide, he came into contact with a supremely fascinating object: the large carts used for journeys across the pampas.

These were contraptions of monstrous size, as if built to give the impression that no natural force could make them budge. The first time he saw one, he gazed at it intently for a long time. Here, at last, in the cart’s vast size, he saw the magic of the great plains embodied and the mechanics of flat surfaces finally put to use. He returned to the loading station the next day and the day after, armed with paper and charcoal. Drawing the carts was at once easy and difficult. He watched them setting off on their long voyages. Their caterpillar’s pace, which could only be measured in the distance covered per day or per week, provoked a flurry of quick sketches, and perhaps this was not such a paradox in the work of a painter known for his watercolors of hummingbirds, since extremes of movement, slow as well as quick, have a dissolving effect. He set aside the problem of the moving carts — there would be plenty of opportunities to observe them in action during the journey — and concentrated on the unhitched ones.

Because they had only two wheels (that was their peculiarity), they tipped back when unloaded and their shafts pointed up at the sky, at an angle of forty-five degrees. The ends of the shafts seemed to disappear among the clouds; their length can be deduced from the fact that they could be used to hitch ten teams of oxen. The sturdy planks were reinforced to bear immense loads; whole houses, on occasion, complete with furniture and inhabitants. The wheels were like fairground Ferris wheels, made entirely of carob wood, with spokes as thick as roof-beams and bronze hubs at the centre, laden with liters of grease. To give an idea of the carts’ real dimensions, Rugendas had to draw small human figures beside them, and, having eliminated the numerous maintenance workers, he chose the drivers as models: imposing characters, equal to their task, they were the aristocracy of the carting business. Those hyper-vehicles were under their control for very considerable periods of time, not to mention the cargoes, which sometimes comprised all the goods and chattels of a magnate. Surely it would take a lifetime at least to travel in a straight line from Mendoza to Buenos Aires at a rate of two hundred meters per day. The cart drivers were transgenerational men; their gaze and manner were living records of the sublime patience exercised by their predecessors. Turning to more practical matters, it seemed that the key variables were weight (the cargo to be transported) and speed: the less the weight, the greater the speed and vice versa. Obviously the long-haul carters, given the flatness of the pampas, had opted to maximize weight.”

 

Cesar_Aira

César Aira (Coronel Pringles, 23 februari 1949)

 

De Nederlandse schrijver Toon Kortooms werd op 23 februari 1916 in Deurne geboren. Zie ook mijn blog van 23 februari 2007.

Uit: Parochie in de Peel

Och man, wij hebben ons hier in Mariaveen meer dan eens afgevraagd of ze van hogerhand wel wisten dat er midden in de Peel, langs de vele kanaaltjes en vaartjes, nog een parochie lag. Mariaveen staat op geen enkele kaart ter wereld aangegeven en toch verdrinken hier meer mensen dan in Amsterdam. Maar wij begraven onze doden in alle stilte en wijden ’s avonds bij het rozenhoedje een tientje aan hun zielerust. Niemand van ons twijfelt er aan of Marinus de Veer is in de hemel. En Jan Verbaarschot. En Karel Peters. En Sophie Mertens. En Jaantje Scholk. En het kindje van Piet en Marie Bakelmans. En zoveel kinderen meer. Hun tragedie, hun dood heeft niet in de kranten gestaan; zij gingen zomaar door het kille wate rnaar Onze Lieve Heer. Ginder bij de autoriteiten zullen ze het niet geweten hebben. Mariaveen, dat was maar zo’n vergeten gat vol moer en grondwater, waar geen sterveling ooit kwam. En daar had die sterveling, onder ons gezegd en gezwegen, groot gelijk in als hij ten minste aan zijn leven hechtte. Want zet eens iemand, die niet van onze kanten is, neer aan de grens van Mariaveen, zo ’s avonds in het duister en laat hem door de veenkolonie gaan… hij zal verdrinken. De voorbeelden zijn er….”

ToonKortooms

Toon Kortooms (23 februari 1916 – 5 februari 1999)

 

 

De Duitse schrijver, dichter en cabaretier Erich Kästner werd geboren in Dresden op 23 februari 1899. Zie ook mijn blog van 23 februari 2007.

Uit: Die Entlarvung des Osterhasen

Ich muß ein geradezu reizendes Kind gewesen sein. –

Wer mich noch nicht lange genug oder gar nicht kennt, der kann das nicht beurteilen. Denn ich habe mich im Laufe der Jahre ziemlich verändert…

Trotzdem soll mich niemand um Photographien aus jener Zeit bitten, damit er meine damaligen Vorzüge begreife! Nicht etwa, daß solche Photographien nicht existieren! Aber sie werden mir nicht gerecht; ich bin darauf einfach nicht gut getroffen. Eher möchte ich schon empfehlen, sich an meine Mutter zu wenden, deren Adresse mitzuteilen ich gern erbötig bin. Ihre Auskünfte, sicher auch die meiner Tante Lina, ferner die weit zurückreichenden Erinnerungen des Fräuleins Haubold aus der Färbereifiliale und der Bäckermeisterin Wirth – um nur einige Kronzeugen meiner Kindheit zu nennen –, kurz, eine imposante Summe des vollsten Vertrauens werter mündlicher Überlieferung wäre recht wohl dazu geeignet, auch den letzten Zweifel gegenüber meiner Behauptung zu entkräften, die ich zu meinem eigenen Bedauern wie einen mathematischen, jedes Beweises gern entratenden Lehrsatz wiederholen muß: Ich muß ein geradezu reizendes

Kind gewesen sein. – Nichts wird dem, der Gemüt zu besitzen vorgibt, verständlicher sein, als daß ich mich mit einer ans Leidenschaftliche grenzenden Vorliebe jenes vergangenen Lebensabschnittes erinnere, in dem es mir vergönnt war, staunende Beachtung zu finden. Ja, ohne Übertreibung darf ich es aussprechen: Ich werde mir unvergeßlich bleiben…

Wie wundervoll war es doch, das Raunen der Erwachsenen zu kosten, wenn ich anläßlich der öffentlichen Osterprüfungen vor das Katheder trat, um ein Gedicht von Viktor Blüthgen oder Ludwig Uhland zu deklamieren!”

kaestner

Erich Kästner (23 februari 1899 – 29 juli 1974)

 

Zie voor onderstaande schrijvers ook mijn blog van 23 februari 2007.

De Vlaamse schrijver Jef Geeraerts werd geboren op 23 februari 1930 in Antwerpen.

De Engelse schrijver Samuel Pepys werd geboren op 23 februari 1633 in Londen.

 

Arnon Grunberg, Paul van Ostaijen, Hugo Ball, Danilo Kiš, Morley Callaghan, James Russell Lowell, Sean O’Faolain, Jules Renard

De Nederlandse schrijver Arnon Grunberg werd geboren in Amsterdam op 22 februari 1971. Zie ook mijn blog van 22 februari 2007.

Uit: Fantoompijn

In een ziekenhuis in Rome is gisteren aan het eind van de middag de schrijver Robert G. Mehlman aan zijn verwondingen bezweken. Enkele maanden geleden was Mehlman in opspraak gekomen door op het strand van de badplaats Sabaudia toeristen en politie te bedreigen met een keukenmes. Onder nooit helemaal opgehelderde omstandigheden heeft de politie het vuur op Mehlman geopend. De verwondingen die hij daarbij opliep is de schrijver niet meer te boven gekomen. De laatste twee weken waarschuwden de artsen dat zijn toestand langzaam verslechterde.

Mehlman debuteerde officeel met de roman 268 op de wereldranglijst. Werkelijke roem viel hem ten deel toen De Pools-joodse keuken in 69 recepten de wereld veroverde. Alleen al in Duitsland werden van dit kookboek meer dan 700.000 exemplaren verkocht. Wereldwijd zijn er ruim vijf miljoen exemplaren over de toonbank gegaan.

Mehlman groeide op in Amsterdam, bracht een groot gedeelte van zijn leven door in New York, en verbleef de laatste jaren in badplaatsen in Zuid-Europa, Marokko en Tunesi‘. Vanuit de hele wereld is geschokt gereageerd op het overlijden van Mehlman. De Oostenrijkste president, die Mehlman een hoge onderscheiding heeft verleend, noemde zijn overlijden een gevoelig verlies voor iedereen die de Pools-joodse keuken een warm hart toedraagt.”

arnon-grunberg

Arnon Grunberg (Amsterdam, op 22 februari 1971)

 

De Vlaamse dichter en schrijver Paul van Ostaijen werd geboren in Antwerpen op 22 februari 1896. Zie ook mijn blog van 22 februari 2007.

 BELGIESE ZONDAG

Een gramofoon van ’s morgens acht

iemand vergeet niet zijn soldatetijd
en speelt clairon
het bier is flauw
                    limonade
UIT ZUIVERE VRUCHTEN

Na de hoogmis wast bewondering
voor de renners de coureurs
  21 7 17 48 83
fraaie hoofdgroep door het dorp
jonge boeren en arbeiders spreken
         sportliterair
         citaten ult de Sportwereld
Koorknapen gaan onkelwaarts zondagsent
                         TE DEUM zingend
Vrouwen wachten op
          deemstering
                         kaarten zijn spekvet
  Fumez la cigarette    Dubec
  La Cigarette du Connaisseur
alle dorpelingen zijn kenners
             zij roken la cigarette Dubec

Kinderen zijn vuil
                huizen ook
Mijn land zondag alpdruk boos

 

BERCEUSE PRESQUE NEGRE

De sjimpansee doet niet mee

Waarom doet de sjimpansee niet mee

                     De sjimpansee

                                is

                   ziek van de zee

Er gaat zoveel water in de zee

Meent de sjimpansee

 

 

WINTER

De witte weg zucht

venster een stil leven

met de twee geraniën

achter de ruit

waar ook leggen tans

mijn ogen

         op de bloemen

         die zij schiepen

         dauw

 

PaulvanOstaijen

Paul van Ostaijen (22 februari 1896 – 18 maart 1928)

 

De Duitse schrijver Hugo Ball werd geboren op 22 februari 1886 in Pirmasens. Zie ook mijn blog van 22 februari 2007.

Narzissus

Ein helles Mädchen spitzt die Kniee, tanzend.
Narzissus sanft vibrierend küßt ihr blaues Haar.
Zwei gelbe Autos keuchen, fort sich pflanzend,
Und trollen dumpf, geschwächt, zu der Kasinobar.

 

Es lästern oft Kokotten und Chauffeure.
Doch vor der Taube beugen sie den Nacken tief.
Der Bauch des Universums schwillt aus einem Göhre,
Und Hahn und Pferd verdrehn die Hälse schief.

 

Es auch geschieht ein ungeheures Tun:
Maria hebt sich von dem Wolkensitze.
Die Zeppeline schreien, Dreatnougths fliehn.
Ein Grenadier feikt in die Opiumspritze.

 

Es bleibt kein Hund im Schoße der Madonnen.
Viel Senatoren, Patriarchen jappt das hohe Seil.
Auf Sacco-Ösen schrillen Querpfeif-Wonnen
Der Teufel, die aus Lüften schießen steil.

 

(Ha Hu Baley)    

 

 

 

Totentanz 1916

So sterben wir, so sterben wir
Und sterben alle Tage,
Weil es so gemütlich sich sterben lässt.
Morgens noch in Schlaf und Traum,
Mittags schon dahin,
Abends schon zu unterst im Grabe drin.

 

Die Schlacht ist unser Freudenhaus,
Von Blut ist unsre Sonne,
Tod ist unser Zeichen und Losungswort.
Kind und Weib verlassen wir:
Was gehen sie uns an!
Wenn man sich auf uns nur verlassen kann!

 

So morden wir, so morden wir
Und morden alle Tage
Unsere Kameraden im Totentanz.
Bruder, reck Dich auf vor mir!
Bruder, Deine Brust!
Bruder, der Du fallen und sterben musst.

 

Wir murren nicht, wir knurren nicht,
Wir schweigen alle Tage
Bis sich vom Gelenke das Hüftbein dreht.
Hart ist unsre Lagerstatt,
Trocken unser Brot,
Blutig und besudelt der liebe Gott.

 

Wir danken Dir, wir danken Dir,
Herr Kaiser für die Gnade,
Dass Du uns zum Sterben erkoren hast.
Schlafe Du, schlaf sanft und still,
Bis Dich auferweckt
Unser armer Leib, den der Rasen deckt.

 

ball

Hugo Ball (22 februari 1886 – 14 september 1927)

 

De Servische schrijver Danilo Kiš werd geboren op 22 febrari 1935 in Subotica. Zie ook mijn blog van 22 februari 2007.

Uit: Een verhaal om van te blozen (Vertaling: Reina Dokter)

 

Een nacht op open zee, in de buurt van de koraalbanken. Ik voel voor de zekerheid of mijn pistool onder mijn kussen ligt. Ja, alles in
orde. Voor het geval dat de bemanning aan het muiten slaat of de mannen van Big Joe het schip enteren. Alleen nog de patrijspoort wat verder open zetten: het is een broeierige tropische nacht. Je hoort het gekrijs van de meeuwen. Ik moet goed uitslapen. Morgen wacht me een zware dag.

‘Hé Sám, wat heb jij van je opstel gemaakt?’

 

‘Weet ik veel. Het zal wel goed zijn.’

‘Wat moet je daar nou over schrijven? Zo’n stom onderwerp. Waar heb jij over geschreven?’

‘Hoe mijn moeder naar Baksa gaat, ik wacht haar op bij de rivier, mijn buik rammelt als die van een hongerige wolf. En dan komt ze eraan. Dat is alles. Ik heb de glimlach van het brood in haar mand beschreven.’

‘Sám, jij fantaseert altijd maar wat. Wat is dat nou weer, een brood dat glimlacht? Wat bedoel je daar nou mee?’

‘Zomaar wat. De geur van het brood misschien. Maar waar heb jij dan over geschreven?’

‘Hoe je brood bakt. Hoe mijn moeder naar de zolder gaat om meel te halen, je weet wel, hoe ze de broden in de oven stopt en ze er later weer uit haalt. Dat hebben wij allemaal geschreven. Alleen jij hebt weer iets bijzonders.’

‘Gal, ik moet zo nodig, maar ik ben te lui om op te staan. Ik lig zo lekker hier in de schaduw, ik heb geen zin om naar het toilet te gaan.’

‘Ik moet ook. Nog even en ik doe het in mijn broek. Maar wat doe jij weer deftig. Het toilet! Dat heet plee of w.c., of: waar ook de keizer te voet gaat.’

‘Straks gaat de bel en dan doen we het in onze broek. Dat zal je zien. Ik tenminste wel.’

‘Draai je om en doe het hier. Achter mij.’

‘Dat was ik al van plan. Maar stel je voor dat er een meisje aankomt. Ik denk niet dat het me hier lukt.’

 

DaniloKis

Danilo Kiš (22 februari 1935 – 15 oktober 1989)

 

Zie voor onderstaande schrijvers ook mijn blog van 22 februari 2007.

De Canadese schrijver Morley Callaghan werd geboren op 22 februari 1903 in Toronto.

De Amerikaanse dichter, essayist, uitgever en diplomaat James Russell Lowell werd geboren op 22 februari 1819 in Cambridge, Massachusetts.

De Ierse schrijver Sean O’Faolain werd geboren op 22 februari 1900 in Cork.

De Franse schrijver Jules Renard werd geboren op 22 februari 1864 in Châlons-du-Maine.

 

 

Herman de Coninck, Hans Andreus, W. H. Auden, Raymond Queneau, Anaïs Nin, Rosalía de Castro, Justus van Effen

De Vlaamse dichter, essayist, journalist en tijdschriftuitgever Herman de Coninck werd geboren in Mechelen op 21 februari 1944. Zie ook mijn blog van 21 februari 2007.

Nog een geluk dat

Zoals met de gek uit het grapje
die zich voortdurend met een hamer
op het hoofd sloeg, en naar de reden gevraagd, zei:
“Omdat het zo prettig is, als ik ermee ophou”-
zo is het een beetje met mij. Ik ben ermee opgehouden
je te verliezen. Ik ben je kwijt.

Misschien is dat geluk: een geluk bij een ongeluk.
Misschien is geluk: Nog een geluk dat.
Dat ik aan jou kan terugdenken, bv.,
in plaats van aan een ander.

 

 

Sneeuwstorm

 

In mijn streek zegt men ‘ver’ in de zin van
‘bijna’. Het is al ‘ver’ winter.
En zo ver is het inderdaad. Sneeuw is eeuwig leven
op een wit blad zonder letters geschreven,

niets is nog hier, alles is ginder.
Zoals dat boerderijtje, tien vadem
onder de sneeuw. Sneeuw doet het landschap
wat longen doen bij het inhouden van adem,

wat ik doe door niet te zeggen
hoe ik me tastend op alle plaatsen
en duizend keer per minuut en amechtig

en toch zoekend en bijna plechtig,
en lief en definitief, op jou wil neerleggen
als sneeuw, van de eerste vlok tot de laatste.

 

 

Vingerafdrukken op het venster

Ik denk dat poëzie iets is als vingerafdrukken
op het venster, waarachter een kind dat niet kan slapen
te wachten staat op de dag. Uit aarde komt nevel,

uit verdriet een soort ach. Wolken
zorgen voor vijfentwintig soorten licht.
Eigenlijk houden ze het tegen. Tegenlicht.

Het is nog te vroeg om nu te zijn. Maar de rivieren
vertrekken alvast. Ze hebben het geruis
uit de zilverfabriek van de zee gehoord.

Dochter naast me voor het raam. Van haar houden
is de gemakkelijkste manier om dit alles te onthouden.
Vogels vinden in de smidse van hun geluid

 

coninck

Herman de Coninck  (21 februari 1944 – 22 mei 1997)

 

De Nederlandse dichter en prozaschrijver Hans Andreus werd geboren in Amsterdam op 21 februari 1926. Zie ook mijn blog van 21 februari 2007.

Liggen in de zon

Ik hoor het licht het zonlicht pizzicato

de warmte spreekt weer tegen mijn gezicht

ik lig weer dat gaat zo maar niet dat gaat zo

ik lig weer monomaan weer monodwaas van licht.

 

Ik lig languit lig in mijn huid te zingen

lig zacht te zingen antwoord op het licht

lig dwaas zo dwaas niet buiten mensen dingen

te zingen van het licht dat om en op mij ligt.

 

Ik lig hier duidelijk zeer zuidelijk lig zonder

te weten hoe of wat ik lig alleen maar stil

ik weet alleen het licht van wonder boven wonder

ik weet alleen maar alles  wat ik weten wil.

 

 

 

Liedje

Alle roekoemeisjes
van vanavond
alle toedoemeisjes
van vannacht
wat zeggen we daar nu wel van?

 

Niets.
We laten ze maar zitten
maar zitten maar liggen maar slapen
maar dromen van jaja.

 

 

Laatste gedicht

 

Dit wordt het laatste gedicht wat ik schrijf,

nu het met mijn leven bijna is gedaan,

de scheppingsdrift me ook wat is vergaan

met letterlijk de kanker in mijn lijf,

 

en, Heer (ik spreek je toch maar weer zo aan,

ofschoon ik me nauwelijks daar iets bij voorstel,

maar ik praat liever tegen iemand aan

dan in de ruimte en zo is dit wel

 

de makkelijkste manier om wat te zeggen),-

hoe moet het nu, waar blijf ik met dat licht

van mij, van jou, wanneer het vallen, weg in

 

het onverhoeds onnoemelijke begint ?

Of is het dat jij me er een onverdicht

woord dat niet uitgesproken hoeft voor vindt ? 

 

andreus

Hans Andreus (21 februari 1926 – 9 juni 1977)

 

De Engelse dichter, essayist en criticus Wystan Hugh Auden werd geboren in York op 21 februari 1907. Zie ook mijn blog van 21 februari 2007. 

‘Op het feestje’

Het kletsen kent geen ritme, rijm of maat;
en toch hoort niemand proza in zijn praat.
De grondtoon onder al wat wordt ontvouwd
Zeurt monotoon dat men geen mens vertrouwt.
De namen van wie in de mode zijn
Blijken, ontcijferd, boodschappen van pijn.
Ik ben geen open boek waar je in kijkt.
Ik ben meer mij dan jij op iemand lijkt.
Is er geen hond die luistert naar mijn lied?
Ik ben wel bij je, maar daar blijf ik niet.
Een
schril en angstig huilen om gehoor
Snijdt door het volle penthouse, maar in koor
Praat iedereen slechts in zijn eigen oor.

 

 

Zet stil die klokken

Zet stil die klokken. Telefoon eruit.
Verbied de honden hun banaal geluid.
Sluit de piano’s, roep met stille trom
de laatste tocht van deze dode om.

Laat een klein vliegtuig boven ’t avondrood
de witte boodschap krassen: Hij is Dood.
Doe crêpepapier om elke duivenkraag
en hul de landmacht in het zwart, vandaag.

Hij was mijn Noord, mijn Zuid, mijn West en Oost,
hij was al mijn verdriet en al mijn troost,
mijn nacht, mijn middag, mijn gesprek, mijn lied,
voor altijd, dacht ik. Maar zo was het niet.

Laat in de sterren kortsluiting ontstaan,
maak ook de zon onklaar. Begraaf de maan.
Giet leeg die oceaan en kap het woud:
niets deugt meer, nu hij niet meer van mij houdt.

 

Vertaling door Willem Wilmink

 

auden

Wystan Hugh Auden (21 februari 1907 – 29 september 1973)

 

De Franse schrijver Raymond Queneau werd geboren op 21 februari 1903 in Le Havre. Zie ook mijn blog van 21 februari 2007.

Uit: L’instand fatal

 

Si tu t’imagines
si tu t’imagines
fillette fillette
si tu t’imagines
xa va xa va xa
va durer toujours
la saison des za
la saison des za
saison des amours
ce que tu te goures
fillette fillette
ce que tu te goures

Si tu crois petite
si tu crois ah ah
que ton teint de rose
ta taille de guêpe
tes mignons biceps
tes ongles d’émail
ta cuisse de nymphe
et ton pied léger
si tu crois petite
xa va xa va xa va
va durer toujours
ce que tu te goures
fillette fillette
ce que tu te goures

les beaux jours s’en vont
les beaux jours de fête
soleils et planètes
tournent tous en rond
mais toi ma petite
tu marches tout droit
vers sque tu vois pas
très sournois s’approchent
la ride véloce
la pesante graisse
le menton triplé
le muscle avachi
allons cueille cueille
les roses les roses
roses de la vie
et que leurs pétales
soient la mer étale
de tous les bonheurs
allons cueille cueille
si tu le fais pas
ce que tu te goures
fillette fillette
ce que tu te goures

 

Queneau

Raymond Queneau (21 februari 1903 – 25 oktober 1976)

 

De Franse schrijfster Anaïs Nin werd geboren op 21 februari 1903 in Neuilly. Zie ook mijn blog van 21 februari 2007.

Uit: The Diaries

 

December 31 1919 *New Years Eve*

What a quiet way to await the beginning of another year! There must be many other things to think about that are more important than the passage of time, since so many other things stir our enthusiasm and drive us to act. That proves that Time doesn’t rule through the power of the Inevitable, and that the Inevitable isn’t Life.
There are the bells, the whistles. Happy New Year! Happy New Year!
JANUARY 16 1920
I am almost at the end of another notebook. But oh! how few adventures I will have written if nothing else happens before the last page! To be sure Maman is definately leaving for Cuba, but that is rather sad, and I always feel gloomy when she is going away.

Also, if I write so much everyday, I will not be able to tell you in here about my 17th birthday! I ought to shorten my chats, but I was born with a terribly long pen instead of a long tongue, and the dozens of letters I write seem like a drop in the water–I always want to write more!

If only you had a tongue, my little diary! You know that there was a sculptor who created a statue that came to life, and people made a snow-child that also came to life! From one moment to the next, I expect a little movement, a smile. I created you. Oh, become somebody!”

 

nin

Anaïs Nin (21 februari 1903 – 14 januari 1977)

 

Zie voor onderstaande schrijvers ook mijn blog van 21 februari 2007.

De Spaanse dichteres Rosalía de Castro werd geboren op 21 februari 1837 in  Santiago de Compostela.

De Nederlandse schrijver Justus van Effen werd geboren in Utrecht op 21 februari 1684.