Driekoningen (Victor Vroomkoning), T.S. Eliot

 

Bij het feest van Driekoningen

 


Aanbidding der koningen door Jacopo Bassano ca.1564

 

Driekoningen

Ik loop nog eenmaal om het lege
huis, kijk naar binnen. Zie ik
jou daar knielend naast Caspar-
met-de-zevenmaalgelijmde kop?

Elke dag liet jij ze dichter bij
het kind, jij was hun ster.
In drie weken trokken ze van
zolder met je mee via serre

naar de kribbe op de kast. Je geloof
lag in je daden. Met tafelkleed,
gordijnen, moeders onderrok trans-
formeerde jij ons tot wijzen.

Verbeelding krijgen kinderen van vaders
die kinderen van vaders bleven.

 


Victor Vroomkoning (Boxtel, 6 oktober 1938)
De St. Petrusbasiliek in Boxtel

 

Onafhankelijk van geboortedata

De Engels-Amerikaanse dichter en schrijver T. S. Eliot werd op 26 september 1888 geboren in St.Louis, Missouri. Zie ook alle tags voor T. S. Eliot op dit blog.

 

De reis van de drie koningen

Het was een koude tocht,
en de slechtste tijd van het jaar
voor een reis, voor zulk een verre reis.
De wegen modderig, het weer guur,
de winter op zijn strengst.
De kamelen, die hun knieën ontvelden, hun hoeven bezeerden,
werden onhandelbaar
en legden zich neer in de smeltende sneeuw.
Menigmaal dachten we met spijt terug
aan onze zomerpaleizen op bloeiende berghellingen,
aan meisjes, in zijde gehuld, die gekoelde wijn ronddienden.
Onze kameeldrijvers vloekten, kankerden,
weigerden dienst, riepen om brandewijn en vrouwen.
Onze kampvuren wilden niet branden, onderdak was moeilijk
te vinden,
de steden waren vijandig, de dorpen stug,
de gehuchten smerig en verschrikkelijk duur:
het was een ellendige tocht.
Tenslotte reisden wij de gehele nacht door,
sliepen zo nu en dan langs de wegkant
en hoorden gedurig in onze oren zingende stemmen, zeggend:
jullie onderneming is waanzin.

Eindelijk, toen het licht werd, daalden we neer in een luw dal,
vochtig, onder de sneeuwlijn, geurend naar groeizaamheid;
een beek snelde voort, een watermolen karnde het duister,
er waren drie bomen onder een bewolkte lucht,
en een oud wit paard galoppeerde door een weiland.
Wij kwamen bij een herberg met wijngaardranken boven de stoep.
Zes handwerkslieden dobbelden bij de open deur om zilverlingen
en zes voetknechten schopten lege wijnzakken over de vloer.
Maar niemand kon ons inlichtingen verschaffen, en zo gingen
we verder,
en bereikten des avonds, geen uur te vroeg,
de plaats van bestemming; het was (dat mag ik wel zeggen) de
moeite waard.

Dit alles is lang geleden, ik heb het onthouden
en zou het over willen doen, maar ik stel,
dit vooropgesteld,
één vraag: was het doel dat ons dreef
geboorte of dood? Wij waren getuigen van een geboorte, zeker,
daar is geen twijfel aan. Maar als ik vroeger geboorte of dood zag,
dacht ik dat ze tegenstellingen waren. Deze geboorte echter
was een onverbiddelijk einde voor ons, een dood, onze dood.
Wij keerden terug naar ons land, onze koninkrijken,
maar voelden ons niet meer thuis in de oude orde
tussen vreemde mensen die hun goden omklemmen.
Ik zal blij zijn als ik andermaal sterf.

 

Vertaald door Martinus Nijhoff

 


T.S. Eliot (26 september 1888 – 4 januari 1965)
Interieur van de rooms-katholieke Shrine of-St. Joseph kerk  in St. Louis, Missouri, de geboorteplaats van T. S. Eliot

 

Zie voor de schrijvers van de 5e januari ook mijn blog van 5 januari 2024 en ook mijn blog van 5 januari 2021 en ook mijn blog van 5 januari 2019 deel 1 en eveneens deel 2.

This Section Is A Christmas Tree (Vachel Lindsay), Joseph Brodsky

 

Aan alle bezoekers en mede-bloggers Prettige Kerstdagen!

 

 
Interieur met kerstboom door Stanislav Joukovski, 1918

 

This Section Is A Christmas Tree 

This section is a Christmas tree:
Loaded with pretty toys for you.
Behold the blocks, the Noah’s arks,
The popguns painted red and blue.
No solemn pine-cone forest-fruit,
But silver horns and candy sacks
And many little tinsel hearts
And cherubs pink, and jumping-jacks.
For every child a gift, I hope.
The doll upon the topmost bough
Is mine. But all the rest are yours.
And I will light the candles now.

 


Vachel Lindsay (10 november 1879 – 5 december 1931)
Kerstmis in Springfield, Illinois, de geboorteplaats van Vachel Lindsay

 

De Russisch-Amerikaanse dichter en schrijver Joseph Brodsky werd op 24 mei 1940 in Leningrad (het huidige St.Petersburg) geboren als Iosif Brodski. Zie ook alle tags voor Joseph Brodsky op dit blog.

 

25 XII 1993

Recept voor een wonder. Roer engelenhaar
wat gisteren en wat vandaag door elkaar
een mespuntje morgen erbij, aangemengd
met snippertjes ruimte en vers firmament.

Het wonder zal zeker geschieden op aard’
omdat ieder wonder adressen bewaart
en stuifsneeuw trotserend en snijdende wind
zelfs in de woestijn een bewoner weervindt.

En mocht je je woning verlaten, doe dan
ten afscheid de ster van vier kaars voor ons aan
opdat ze, terwijl je verdwijnt uit het zicht
’t heelal tot in lengte van dagen verlicht.

 

Vertaald door Peter Zeeman

 


Joseph Brodsky (24 mei 1940 – 28 januari 1996)
Kerstmis in St. Petersburg, de geboorteplaats van Joseph Brodsky

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 26e december ook mijn blog van 26 december 2018 deel 1 en ook deel 2 en eveneens deel 3.

 

In Weihnachtszeiten (Hermann Hesse), Rainer Maria Rilke

 

Aan alle bezoekers en mede-bloggers Prettige Kerstdagen!

 


De aanbidding der herders door Pier Maria Bagnadore, ca. 1600

 

 

In Weihnachtszeiten

In Weihnachtszeiten reis’ ich gern
Und bin dem Kinderjubel fern
Und geh’ in Wald und Schnee allein.
Und manchmal, doch nicht jedes Jahr,
Trifft meine gute Stunde ein,
Daß ich von allem, was da war,
Auf einen Augenblick gesunde
Und irgendwo im Wald für eine Stunde
Der Kindheit Duft erfühle tief im Sinn
Und wieder Knabe bin…

 


Hermann Hesse (2 juli 1877 – 9 augustus 1962)
Calw, de geboorteplaats van Hermann Hesse in de Kersttijd

 

De Duitse dichter Rainer Maria Rilke werd als René Karel Wilhelm Johann Josef Maria Rilke op 4 december 1875 in Praag geboren. Zie ook alle tags voor Rainer Maria Rilke op dit blog.

 

Kerstmis

De winterstormen doordringen
de wereld met woedende macht.
Op besneeuwde vleugels daalt neer
de naar dennen geurende nacht…

Daar zweeft bij het licht van de kaarsen
zo rustig, zodat je het nauwelijks herkent,
door arme dolende harten
het geloof – zoals voorheen was gekend.

Tranen glinsteren in je ogen,
je ontvlucht de vreugde – en weent,
je denkt met verlangen aan je kindertijd,
ach, was het maar weer zoals voorheen!

Je weent!… De klokken luiden,
hij zinkt in feestelijke pracht
op besneeuwde vleugels daalt hij neer
de naar sparren geurende nacht.

 

Vertaald door Germain Droogenbroodt

 


Rainer Maria Rilke (4 december 1875 – 29 december 1926)
Rainer Maria Rilke in Moskou. Portret door Leonid Pasternak, 1928

 

Zie voor de schrijvers van de 25e december ook mijn blog van 25 december 2018 deel 1 en eveneens deel 2.

Kerkgezang voor het feest van Jezus Geboorte (Anthony Staring), Ingo Baumgartner

 

Aan alle bezoekers en mede-bloggers een Prettig Kerstfeest!

 


De aanbidding der herders door Anton Raphael Mengs, ca. 1770

 

 

Kerkgezang voor het feest van Jezus Geboorte

I
Jezus kwam als Mens Op aarde:
Mensdom, ’t is uw schoonste Feest!

Gij Geringen, ken uw waarde:
Armoede is zijn deel geweest!

Kindren, juich met ons tezaam:
Die u lief had, droeg ook uwe naam!

II
Judea slaapt; der Wijzen oog alleen
Ontwaart de ster, die aan de kim verscheen.
Door Bethlehem weergalmt een hemels lied;
Judea slaapt, en hoort de zangen niet.

’t Is zegepraal – ’t is wereldse oppermacht
Wat Israël van zijn Messias wacht!
Hij komt; maar, ach, het ijdel zelfbedrog
Vindt Jezus Kribbe, en zoekt de Heiland nog!

’t Voorspelde aan Abraham zien WIJ vervuld!
Geen waan, die ONS niet twijflings nacht omhult!
Een Christenschaar knielt naast de Herders neer:
Maria’s Zoon is Gods Zoon, onze Heer!

III
Ja, Christnen, zinge ook UWE stem
De Lofzang, boven Bethlehem
De wolken uitgedrongen!
Al straalt Gods licht het zwerk niet door,
Gelijk het straalde, om ’t heilig koor,
Toen duizend Englen zongen;
Hij schenkt toch Bethlems Lied gehoor!
Zing! Prijs, met dankbre tongen.

 


Anthony Staring (24 januari 1767 – 18 augustus 1840)
De pastorietuin en de Protestantse kerk in Gendringen, de geboorteplaats van Anthony Staring in de Kersttijd 

 

De Oostenrijkse dichter en schrijver Ingo Baumgartner werd op 24 december 1944 in Oberndorf an der Salzach geboren. Zie ook alle tags voor Ingo Baumgärtener op dit blog.

 

Santcta nox

De dennen, de sparren, de wijde velden,
ze dragen geen last, maar omhullende pracht.
Zij bevallen als blikvangers en melden
sfeervol aan christenen de heilige nacht.

’t Geloof verkondigt men in gezangen,
een ja of een nee kent het scheppingsidee.
Maar elk mens ter wereld voelt een verlangen
naar vreugde en licht in des zijns Odyssee.

Men viert een feest met verschillende namen
de komst van de beloofde verlossing ter eer.
Nood blij de gasten, kom vrolijk tezamen,
uit de wolken dalen al harpklanken neer.

 

Vertaald door Frans Roumen

 


>Ingo Baumgartner (24 december 1944 – 16 juli 2015)
De Stille Nacht kapel in Oberndorf, de geboorteplaats van Ingo Baumgartner.

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 24e december ook mijn blog van 24 december 2021 en ook mijn blog van 24 december 2018 deel 1 en eveneens deel 2.

La visitation (Marie Noël), Kenneth Rexroth

 

Bij de vierde zondag van de Advent

 


La Visitation de la Vierge (Le Magnificat) door Jean Jouvenet, 1716

 

La visitation

La vieille Elisabeth sur sa porte fleurie
File, écoutant des yeux les pas lointains du soir…
Voici par le sentier sa cousine Marie,
Celle de Nazareth, qui monte pour la voir.

Voici venir Marie avec sa grand’ nouvelle
Ce qui l’autre semaine en elle est arrivé..
Elisabeth la voit et court au-devant d’elle
Laissant rouler au vent son fil inachevé.

Dieu sait ce quelles ont toutes les deux ensemble
De pressant à ce dire ! Et pourtant l’entretien
leur manque tout à coup, la joie en elle tremble
Leurs mots se sont perdus, elles ne disent rien.
Chacune va cherchant en elle une assurance

Avant de confier à l’autre sans délai
Sous son voile une nouvelle
Tout haut, cette espérance au-dessus d’espérance
est ce bien vrai ? … Mon Dieu, si ce n’était pas vrai

Mais soudain le miracle a bougé dans leur âme
Dans leur corps ! Le silence autour a chancelé
Elle, la jeune fille, elle, la vieille femme,
Tressaillent : leurs petits en eux se sont parlés.

C’est impossible, ô Dieu ! c’est une rêverie…
Impossible ! Et pourtant plus vrai que tout, plus vrai
Que le soleil qu’on voit. Et le cœur de Marie
En a chanté comme un buisson au mois de mai.

Elle part, elle monte, elle a pris sa volée
Elle monte et sans route arrive au pied de Dieu.
Elle chante, à jamais hors de terre en allée,
Elle chante, perdue au plus haut du ciel bleu.

Et ne sachant plus rien, réalité, chimère,
Mensonge, vérité, raison ou déraison,
Sauf que son Dieu peut tout et qu’elle sera mère…
Mais voici Zacharie au seuil de la maison.

 


Marie Noël (16 februari 1883 – 23 december 1967)
Auxerre, de geboorteplaats van Marie Noël met de kathedraal Saint-Étienne

 

De Amerikaanse dichter Kenneth Rexroth werd geboren in South Bend (Indiana) op 22 december 1905. Zie ook alle tags voor Kenneth Rexroth op dit blog.

 

De stad van de maan

Boeddha nam wat herfstbladeren
in zijn hand en vroeg
aan Amanda of dit alle
rode bladeren waren die er waren.
Amanda antwoordde dat het
herfst was en dat er overal bladeren
op hen neervielen,
meer dan ooit geteld
kunnen worden. Dus zei
Boeddha: “Ik heb je
een handvol waarheden gegeven. Naast
deze zijn er nog vele
duizenden andere waarheden, meer
dan ooit geteld kunnen worden.”

 

Vertaald door Frans Roumen

 


Kenneth Rexroth (22 december 1905 – 6 juni 1982)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 22e december ook mijn blog van 22 december 2018 deel 1 en eveneens deel 2.

 

Vor Weihnachten (Karl Gerok), Klaus Rifbjerg

 

Bij de derde zondag van de Advent

 


Morning Of Advent door Tancau Emanuel, 2012

 

 

Vor Weihnachten

Die Kindlein sitzen im Zimmer
– Weihnachten ist nicht mehr weit –
bei traulichem Lampenschimmer
und jubeln: “Es schneit, es schneit!”

Das leichte Flockengewimmel,
es schwebt durch die dämmernde Nacht
herunter vom hohen Himmel
vorüber am Fenster so sacht.

Und wo ein Flöckchen im Tanze
den Scheiben vorüberschweift,
da flimmert’s in silbernem Glanze,
vom Lichte der Lampe bestreift.

Die Kindlein sehn’s mit Frohlocken,
sie drängen ans Fenster sich dicht,
sie verfolgen die silbernen Flocken,
die Mutter lächelt und spricht:

“Wisst, Kinder, die Engelein schneidern
im Himmel jetzt früh und spät;
an Puppenbettchen und Kleidern
wird auf Weihnachten genäht.

Da fällt von Säckchen und Röckchen
manch silberner Flitter beiseit,
von Bettchen manch Federflöckchen;
auf Erden sagt man: es schneit.

Und seid ihr lieb und vernünftig,
ist manches für euch auch bestellt;
wer weiß, was Schönes euch künftig
vom Tische der Engelein fällt!”

Die Mutter spricht’s; – vor Entzücken
den Kleinen das Herz da lacht;
sie träumen mit seligen Blicken
hinaus in die zaubrische Nacht.

 


Karl Gerok (30 januari 1815 – 14 januari 1890)
De Stadtkirche in Vaihingen an der Enz, de geboorteplaats van Karl Gerok

 

 

De Deense dichter en schrijver Klaus Rifbjerg werd geboren op 15 december 1931 in Kopenhagen. Zie ook alle tags voor Klaus Rifbjerg op dit blog.

 

Conceptie

Een, twee, drie
onbegrijpelijk samensmelten van twee organismen
pilatus pas
en de basis is gelegd voor het beste van al:
bestaan

Hocus, pocus,
zonder mystiek vindt de bevestiging plaats
een leven wordt gevormd
en de verwondering is groot en warm
over de intense samenwerking
tussen deze microscopische elementen.

Bim, bam in de klok van het lichaam
een klein kaarsje aangestoken
in het buikuniversum
de donkere boog van de moederhemel

 

Vertaald door Annelies van Hees

 


Klaus Rifbjerg (15 December 1931 – 4 April 2015)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 15e december ook mijn blog van 15 december  2023 en ook mijn blog van 15 december 2018 deel 1 en eveneens deel 2.

St. John Baptist (Arthur O’Shaughnessy), Delmore Schwartz

 

Bij de tweede zondag van de Advent

 


De heilige Johannes de Doper door Orazio Ferraro, 1625

 

 

St. John Baptist

I THINK he had not heard of the far towns;
Nor of the deeds of men, nor of kings’ crowns;
— Before the thought of God took hold of him,
As he was sitting dreaming in the calm
— Of one first noon, upon the desert’s rim,
Beneath the tall fair shadows of the palm,
All overcome with some strange inward balm.

He numbered not the changes of the year,
The days, the nights, and he forgot all fear
— Of death: each day he thought there should have been
A shining ladder set for him to climb
— Athwart some opening in the heavens, e’ndash
To God’s eternity, and see, sublime —
His face whose shadow passing fills all time.

But he walked through the ancient wilderness.
O, there the prints of feet were numberless
— And holy all about him! And quite plain
He saw each spot an angel silvershod
— Had lit upon; where Jacob too had lain
The place seemed fresh, — and, bright and lately trod,
A long track showed where Enoch walked with God.

And often, while the sacred darkness trailed
Along the mountains smitten and unveiled
— By rending lightnings, — over all the noise
Of thunders and the earth that quaked and bowed
— From its foundations — he could hear the voice
Of great Elias prophesying loud
To Him whose face was covered by a cloud.

 


Arthur O’Shaughnessy (14 maart 1844 – 30 januari 1881)
Londen, de geboorteplaats van Arthur O’Shaughnessy in de Adventstijd

 

De Amerikaanse dichter en schrijver Delmore Schwartz werd geboren op 8 december 1913 in New York. Zie ook alle tags voor Delmore Schwarz op dit blog.

 

Baudelaire

Als ik in slaap val, en zelfs tijdens mijn slaap,
hoor ik heel duidelijk stemmen spreken
Hele zinnen, alledaags en triviaal,
Die niets met mijn zaken te maken hebben.

Lieve moeder, is er nog tijd voor ons
Om gelukkig te zijn? Mijn schulden zijn immens.
Mijn bankrekening is onderworpen aan het oordeel van de rechtbank.
Ik weet niets. Ik kan niets weten.
Ik heb het vermogen verloren om moeite te doen.
Maar nu, net als voorheen, neemt mijn liefde voor jou toe.
Je bent altijd gewapend om me te stenigen, altijd:
Het is waar. Het dateert uit mijn kindertijd.

Voor het eerst in mijn lange leven
ben ik bijna gelukkig. Het boek, bijna af,
Lijkt bijna goed. Het zal blijven bestaan, een monument
Voor mijn obsessies, mijn haat, mijn afkeer.

Schulden en onrust blijven bestaan en verzwakken mij.
Satan glijdt voor me uit en zegt lieflijk:
“Rust een dag! Je kunt vandaag rusten en spelen.
Vanavond ga je werken.” Als de nacht komt,
Belooft mijn geest, doodsbang door de achterstanden,
Verveeld door verdriet, verlamd door onmacht:
“Morgen: morgen zal ik rusten.”
Morgen speelt dezelfde komedie zich af
Met dezelfde vastberadenheid, dezelfde zwakte.

Ik ben dit leven van gemeubileerde kamers zat.
Ik ben het zat om verkoudheden en hoofdpijn te hebben:
Je kent mijn vreemde leven. Elke dag brengt
Zijn quotum van woede. Je weet weinig over
Het leven van een dichter, lieve moeder: ik moet gedichten schrijven,
De meest vermoeiende van alle bezigheden.

Ik ben verdrietig vanmorgen. Verwijt me niets.
Ik schrijf vanuit een café bij het postkantoor,
Te midden van het geklik van biljartballen, het gekletter van borden,
Het bonzen van mijn hart. Mij is gevraagd om
“Een geschiedenis van karikaturen” te schrijven. Mij is gevraagd om
“Een geschiedenis van beeldhouwkunst” te schrijven.
Zal ik een geschiedenis schrijven
Van de karikaturen van de sculpturen van jou in mijn hart?

kost het je ontelbare kwellingen,
Ook al kun je niet geloven dat het nodig is,
En twijfel je eraan of de som klopt,
Stuur me alsjeblieft genoeg geld voor ten minste drie weken.

 

Vertaald door Frans Roumen

 


Delmore Schwartz (8 december 1913 – 11 juli 1966)
Portret door Jan Robert Dünnweller, z.j.

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 8e december ook mijn blog van 8 december 2023 en ook mijn blog van 8 december 2020 en eveneens mijn blog van 8 december 2018 deel 1 en eveneens deel 2.

Neuer Advent (Maximilian von Schenkendorf), Arthur Sze

 

Bij de eerste zondag van de Advent

 


Kerstmarkt op de Marienplatz door Julie Galante, 2011

 

Neuer Advent

Komm wieder aus der Jungfrau Schoß,
O Kind aus Himmelshausen!
Es sehnt sich alles, klein und groß,
Ins Antlitz dir zu schauen.
Es schmachtet deinem Segen
Die Erde, Herr, entgegen.

Wie damals in der Römerzeit
Die Menschheit lag gebunden,
Des Paradieses Herrlichkeit
Von hinnen war geschwunden,
Als du, sie zu entsühnen,
Auf Erden warst erschienen.

So liegt sie nun, gebeugt, gedrückt,
In namenlosen Wehen;
Dein Licht, o Herr, ist ihr entrückt,
Ihr Licht scheint auszugehen;
Wollst wieder sie erlösen
Von der Gewalt des Bösen.

Dich rufen Leid und Klageton,
Dir weint ein Meer von Tränen
Und leise Seufzer kaum entflohn
Bescheidnem bangem Sehnen,
Zum Retten, zum Befreien
Das Alte zu erneuen.

O Menschensohn, voll Lieb’ und Macht,
O ew’ges höchstes Leben,
Hast oft schon Funken angefacht
Und Sterbekraft gegeben!
O Himmelsgast, steig wieder
Zum Tränentale nieder.

Wir haben oft auf unsrer Bahn
Wie Simeon gebetet;
Wir blicken alle himmelan,
Ob sich der Osten rötet,
Komm denn im alten Liede
Auf Erden Freud’ und Friede!

 


Maximilian von Schenkendorf (11 december 1783 – 11 december 1817)
De Duitse kerk in Tilsit (tegenwoordig: Sovjetsk), de geboorteplaats van Maximilian von Schenkendorf

 

De Chinees-Amerikaanse dichter Arthur Sze werd geboren op 1 december 1950 in New York. Zie ook alle tags voor Arthur Sze op dit blog.

 

Tienduizend op een

De Foeniciërs waakten over een recept dat
tienduizend purperslakken vereiste om
een onsje Tyrisch purper te maken.

Scan het oppervlak van Aldebaran met een radiogolf;
vermaal lapis lazuli
tot ultramarijn.

Zoek de zomerhemel af naar het sterrenbeeld kalkoen van de Anasazi;
zie hoe algen onder een elektronenmicroscoop
lijken op een Magelhaese wolk.

Een chemicus probeerde benzeen om te zetten in kinine
maar verknoeide het tot een violette
anilinekleurstof geheel bij toeval.

Heb je ooit maden zich tegoed zien doen aan een dode rat?
Luister naar het scheren van een roodstaartbuizerd
over de verstomde sparren en

dennenbomen in de canyon. Voel hoe een waterdruppel
langs een dennennaald rolt en glinstert
hangend aan de punt.

 

Vertaald door K. Michel

 

 

Arthur Sze (New York, 1 december 1950)

 

Zie voor nog meer schrijvers van de 1e december ook mijn blog van 1 december 2023 en ook mijn blog van 1 december 2020 en eveneens mijn blog van 1 december 2018 deel 2 en eveneens deel 3.  

Sint Maarten (Jan-Paul Rosenberg), Hans Magnus Enzensberger

 

 

Lampionnenoptocht. Linosnede door Elsa Haensgen-Dingkuhn
(1898 -1991), z.j
.

 

Sint Maarten

De halve mantel van de jonge avond vlekt.
Het dorp zakt in een violette schemer weg.
De huizen worden door de hemel afgelegd

met najaarskleuren, vallend blad
klampt zich aan de verweerde wolken vast
jong maanlicht valt

laat initialen achter op een modderplas, in water
begraven we de resten van de dag, voor later.
Milde nevel schept een hoedend personage

rond een kinderschaar, met lampionnen zingend
door de avond dwalend om wat zoet, zo klinkt
het onverbloemde ogenblik verlicht

als teken in de duisternis, verdwenen geesten
brengen dode heiligen tot leven en ze zweven
uitgedost als wind en regen door de najaarsleegte.

 

Jan-Paul Rosenberg (Leiden, 16 oktober 1966)
De Hooglandse Kerk in Leiden

 

De Duitse dichter en schrijver Hans Magnus Enzensberger werd geboren op 11 november 1929 in Kaufbeuren. Zie ook alle tags voor Hans Magnus Enzensberger op dit blog.

 

Aan alle telefoonabonné’s

iets dat geen kleur vertoont, iets dat
nergens naar ruikt, iets kleevrigs
druipt neer op de regelkamers,
zet zich vast in de naden van de tijd
en de schoenen, iets gezwollens,
het komt uit de cokesovens, bolt
als een vale wind dividenden
en bloedige ziekenhuiszeiltjes,
het loopt plakkerig door het gewriemel
rond professoraten en snabbeltjes, vloeit
viskeus en visdodend door rivieren,
kleurloos sijpelend moordt het de
mossels en oesters op de banken.

de minderheid heeft de meerderheid,
de doden zijn overstemd.

in de staatsdrukkerijen
mobiliseert geniepig het lood,
departementen smiespelen, augustus
geurt naar flox en vergeelde
resoluties, het plenum is leeg.
de radarspin weeft erboven
langs de hemel zijn taaie net.

de tankschepen op de hellingen
weten het al eer de loods komt,
en het embryo voelt het donker
in zijn warme trillende graf:

er is iets in de lucht, kleverig
en taai, dat geen kleur bekent
[onmerkbaar voor nieuwe aandelen]:
het zit ons tegen, het worgt de zeester
en het koren, en we eten ervan
en versmelten zelf met dat taaie,
we slapen in de bloeiende hausse,
in een vijfjarenplan, argeloos,
slapen terwijl ons hemd schroeit,
als gijzelaars opgesloten in een taaie,
kleurloze, gezwollen toren.

 

Vertaald door A. Marja

 

Hans Magnus Enzensberger (11 november 1929 – 24 november 2022)

 

Zie voor nog meer gedichten bij Sint Maarten ook alle tags voor Sint Maarten op dit blog.

Zie voor nog meer schrijvers van de 11e november ook mijn blog van 11 november 2018 deel 1 en ook deel 2. en eveneens deel 3.

Allerzielen (Willem Wilmink), Ilse Aichinger, Kees van den Heuvel

 

 

Day of the Dead door Marta Martonfi-Benke, 2006

 

Allerzielen

Soms loopt er door een drukke straat
ineens een oude kameraad
of reisgenoot.
Je weet zodra je hem begroet:
het kan niet dat ik hem ontmoet,
want hij is dood.

Eerst ben je nog een tijd verbaasd
omdat die levende toch haast
die dode was.
Heb je de zaak dan afgedaan,
dan komt er weer zo’n dode aan,
met flinke pas.

Thuis van het dodencarnaval
zie je de spiegel in de hal,
je schrik is groot:
die man daar in het spiegelglas,
met die bekende regenjas,
was die niet dood?

 

Willem Wilmink (25 oktober 1936 – 2 augustus 2003)
De Grote kerk in Enschede, de geboorteplaats van Willem Wilmink

 

De Oostenrijkse dichteres en schrijfster Ilse Aichinger werd met haar tweelingzusje Helga geboren op 1 november 1921 in Wenen. Zie ook alle tags voor Ilse Aichinger op dit blog.

 

FLORESTAN

Nu wil ik jou,
mijn broer,
in de gangen vangen
en onder de sneeuw
drijven.
De overgangen
wil ik je laten zien
en de plaatsen
om kort te rusten.
Ik wil je
van de lichte plekken
wegjagen,
dat je ver omhoogvliegt
en naar mij
op weg gaat,
naar onze krans,
de nacht.

 

Vertaald door Frans Roumen

 

Ilse Aichinger (1 november 1921 – 11 november 2016)

 

De Nederlandse dichter en vertaler Kees van den Heuvel werd geboren op 2 november 1960 in Mill. Zie ook alle tags voor Kees van den Heuvel op dit blog.

Uit: Medelijden, medeleven, bijna: vriendschap. Hans Werkman en Willem de Mérode (Samen met Cees van der Pluijm)

“Hans Werkman: Ook ik heb een aantal fouten gemaakt, zeker in mijn eerste biografie: daarin was ikzelf te nadrukkelijk aanwezig. Een biograaf moet de feiten geven. De manier waarop hij dat doet, heeft een forse mate van subjectiviteit, maar het gaat toch om controleerbare gegevens. Bovendien was ik te weinig op mijn hoede ten aanzien van briefgetuigenissen. Ik dacht: ‘Als die man aan Jaap Romijn iets in een brief schrijft, dan klopt dat.’ Pas later kwam ik erachter dat hij bij voorbeeld in de zelfde tijd iets heel anders aan Barend de Goede schreef. Dat moet je dan tegen elkaar afwegen. [Jaap Romijn, Barend de Goede en Bert Bakker waren vrienden die De Mérode tijdens de laatste jaren van zijn leven regelmatig bezochten; KvdH/CvdP.] Voor mijn tweede biografie heb ik alle brieven weer doorgelezen en daaruit heb ik dingen opgenomen die ik vroeger als minder belangrijk zag, maar die ik nu goed vond passen. In dat boek ben ik ook minder op de voorgrond getreden. En in De Mérode en de jongens heb ik dingen gepubliceerd die in dat kader weer van belang waren, zoals mijn eigen ervaringen met De Mérodes inmiddels oud geworden vriendjes. Hoe gaan die met zijn nagedachtenis om? Daar zit ook een verhaal in.Ik ben niet van plan nog meer over De Mérode te schrijven, maar als ik ooit weer de geest zou krijgen, zou het een boek worden over 1924, de acht maanden die De Mérode toen in de gevangenis heeft gezeten, met wat daaraan voorafging en wat erop volgde. Hoe is dat voor hem geweest? Ik kan dat enigszins reconstrueren aan de hand van een getuigenis van Ernst Groenevelt [vriend en collegaredacteur van Het Getij; KvdH/CvdP], die in de zelfde periode in de gevangenis zat, en van een aantal gedichten. Ik ben ook in die gevangenis geweest. Maar dat boek kan natuurlijk alleen maar een roman worden en geen biografie, daarvoor zijn er te weinig gegevens beschikbaar.”

 

Kees van den Heuvel (2 november 1960 – 11 januari 2010)

 

Zie voor de schrijvers van de 2e november ook mijn blogs van 2 november 2018.